La fille du RER

Kortsluiting
De Franse regisseur André Téchiné analyseert in La fille du RER (Het Meisje van de Metro) wat er toen is gebeurd. Hij volgt vooral het meisje Jeanne dat uiteindelijk met het ‘gruwelijke verhaal’ op de proppen komt. Zij lijkt aanvankelijk heel gewoon. Een meisje dat nog bij haar moeder woont en een baantje zoekt. Al spoedig blijkt dat het toch niet zo goed met haar gaat. Ze heeft schulden, is niet al te snugger en de zoektocht naar werk verloopt uiterst moeizaam. Daarenboven is haar moeder een beetje bedillerig en neigt de jongedame zelf naar een vlucht in de wereld der fantasie. Ze liegt dus af en toe alsof het gedrukt staat. Haar leven lijkt een wending te nemen als ze een leuke knul ontmoet. Deze prins op het witte paard zorgt voor Liefde en zelfs voor een Woning en Werk. Maar het sprookje duurt niet lang. De prins doet domme dingen, krijgt een mes tussen zijn ribben en eindigt in de gevangenis. Weg zijn de liefde, het geld en het eigen huis. Jeanne zit weer bij mamma thuis en moet opnieuw op zoek naar een baantje. Ze voelt zich slachtoffer en na het zien van een documentaire over de Holocaust, met al die Joodse slachtoffers, ontstaat er kortsluiting in haar hoofdje. Ze snijdt zichzelf met een mes en tekent met een viltstift enige hakenkruisen op haar buik. Zo meldt ze zich bij de Parijse politie en vertelt daar het verhaal van de aanranding. Er volgt grote commotie.

Croiset
De verwikkelingen rond Jeanne doen in de verte denken aan de affaire Jules Croiset. Deze Nederlandse toneelspeler keerde zich in 1987 tegen de vertoning van het stuk ‘Het vuil, de stad en de dood’ van Rainer Werner Fassbinder. In dat stuk komt een rijke joodse uitbuiter voor en Croiset zag dat als de aanloop naar een antisemitische hetze. Om het gevaar van een opleving van jodenhaat en fascisme zo scherp mogelijk aan de kaak te stellen, gooide hij al zijn acteertalent in de strijd. Hij verdween letterlijk enige dagen van het toneel en kwam terug met het verhaal dat hij extreem-rechtse dreigbrieven had gekregen en daarna door neo-nazi’s was ontvoerd en gemarteld. Het bleek alras klinkklare nonsens en dat deed zijn zaak meer kwaad dan goed. Bij het meisje van de metro was van politieke motieven hoegenaamd geen sprake. Door een samenloop van beroerde omstandigheden was ze wat meer in de war dan ze al was en door een vereenzelviging met mensen die volkomen buiten hun schuld het allerergste was overkomen, hoopte ze op wat meer medeleven. In plaats daarvan werd haar zaak schaamteloos geëxploiteerd.

Suggestie
Tot aan het moment van ‘de aanslag’ zitten in La fille du RER tussen de scènes met Jeanne ook scènes over de familie van de Frans-joodse advocaat Samuel Bleistein. Die tweede verhaallijn lijkt er met de haren bijgesleept, maar blijkt toch van belang voor de manier waarop en de sfeer waarin het drama van Jeanne wordt opgelost. Dat gebeurt met veel kalme doortastendheid en een nieuwe genegenheid tussen Jeanne en de kleinzoon van Bleistein. Tegelijk wordt duidelijk dat nogal wat autoriteiten – politie, justitie, president – maar al te graag aan de haal gingen met Jeanne´s verhaal. In plaats van de feiten te controleren werden de media gealarmeerd. En die lustten er wel pap van! De suggestie van jonge, mediterrane, antisemitische barbaren uit de banlieues kwam sommigen kennelijk toen al goed uit. André Téchiné brengt het subtiel in beeld. En het acteerwerk is ijzersterk. Émilie Dequenne, Catharine Deneuve, Michel Blanc en Nicolas Duvauchelle doen hun prachtige namen eer aan. Zij maken van La fille du RER een mooie en krachtige film.

Soort artikel

Add new comment

Plain text

  • Allowed HTML tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web page addresses and email addresses turn into links automatically.
  • Lines and paragraphs break automatically.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop