Tea Baggers: Rechtspopulisme in de VS

Nederlandse commentators hebben niet kunnen begrijpen waarom de kiezers in Massachusetts bang waren voor de zorgplannen van Obama terwijl een vergelijkbaar plan al een jaar wet is in Massachusetts zelf. De verklaring is simpel: de hervorming in Massachusetts is, zoals huisarts Susanne King vorig jaar schreef in de Boston Globe, een mislukking.
Bedoeld om een ziekteverzekering voor iedereen te garanderen, liet het plan 200,000 mensen onverzekerd – al vóór de crisis zijn hoogtepunt had bereikt. Het plan is heel duur, zowel voor individuen – iemand met een vrij laag jaarinkomen van 31,213 dollar moet 9,872 dollar per jaar betalen in contributies en zorgkosten – als voor de staat: van 630 miljoen dollar in 2007, namen de kosten voor de staat in 2009 toe tot 1,3 miljard. Dat betekende hogere belastingen. En toch dekt het plan een heel groot deel van de zorgkosten niet.
De ‘hervorming’ mislukte grotendeels om dezelfde redenen dat het plan van Obama zal mislukken. De ziekteverzekeringen blijven een monopolie van de verzekeringsmaatschappijen. En net als Obama durfden de Democraten in Massachusetts geen grenzen te stellen aan de torenhoge prijzen en winsten van de zorgbedrijven.
Het mag een klein wonder heten dat 68 procent van de mensen in Massachusetts zegt het plan nog steeds te steunen. Maar onder het 32 procent die dat niet doet, zijn vermoedelijk vrij veel werkende mensen met lage inkomens die normaal voor de Democraten stemmen. Waaronder een groot deel van de ongeveer 20 procent van de kiezers die in november 2008 voor Obama stemde en eind 2009 voor Republikein Brown. Volgens 63 procent van de kiezers in Massachusetts is het land ‘serieus op het verkeerde pad’; van deze mensen stemde ruim 80 procent in 2008 voor Obama, maar tweederden in 2009 voor Brown.
En het plan dat in maart op federaal niveau is aangenomen bevestigt al hun bange vermoedens. Door het initiatief aan het Congres te laten, waar de lobby van farmaceutische bedrijven en verzekeraars de meeste macht heeft, en zijn basis nauwelijks te mobiliseren, heeft Obama gezorgd voor een slechte wet. Het hele stelsel blijft in privé-handen; er zijn nauwelijks prijsgrenzen; de enorme kosten worden deels betaald door een belasting op ‘luxe’ ziekteverzekeringen; en het wordt véél moeilijker om een verzekering te sluiten die een abortus betaalt. Geen wonder dat een kleine meerderheid van de burgers verwacht slechter af te zijn.
Tea Party
De overwinning van Brown was ook een overwinning voor de Tea Party beweging, die voorlopig de oppositie tegen Obama leidt. Op 12 september 2009 was ze al in staat om bijna 100,000 mensen te mobiliseren voor een protestmars in Washington.
De Tea Baggers (“theezakjes-mensen”) doen alsof ze iets anders zijn dan de rechtervleugel van de Republikeinse partij. Veel van hen hebben George W. Bush en zijn partij vergeten noch vergeven.
Volgens een peiling van TV-network NBC en het Wall Street Journal, heeft 41 procent van de bevolking een positieve mening over de Tea Party beweging. Dat is meer dan de 35 procent die positief denken over de Democraten. Maar de Republikeinen doen het nog slechter met slechts 28 procent.
Het lijkt gek dat zoveel mensen een onderscheid maken tussen Tea Baggers en Republikeinen, terwijl hun eisen grotendeels dezelfde zijn: lagere belastingen, een kleinere overheid, het recht om wapens te dragen, een eind aan het Obama-tijdperk. Sarah Palin, ontegenzeggelijk Republikeins, is een heldin van de Tea Baggers. Maar de belangrijkste motor van de Tea Party beweging is woede tegen de banken die de crisis hebben veroorzaakt en de federale regering die de banken heeft gered met ruim een duizend miljard dollar aan belastinggeld. Veel Tea Baggers zien de Republikeinen (terecht), evenals de Democraten, als een partij van de banken, en blijven hopen dat de Tea Party beweging de redding wordt van de kleine man.
Hun onwetendheid over hun eigen beweging is verbijsterend – tot je eraan denkt dat veel mensen hun informatie van totaal partijdige bronnen als Fox News krijgen. De Tea Party beweging is begonnen met een oproep van Rick Santelli, zelf een oud-vicepresident van zakenbank Drexel Burnham Lambert. Tom Tancredo, openingsspreker op het congres van de Tea Party, was eerder Congreslid voor de Republikeinen en gaf een week geleden in een interview met de NRC toe dat hij zelf in september 2008 vóór de redding van de banken stemde. De Tea Party organisatie krijgt miljoenen van traditioneel Republikeinse stichtingen als FreedomWorks van Dick Armey, oud-Republikeinse fractievoorzitter in het Huis van Afgevaardigden, en rechts-Republikeinse miljardairs als Steve Forbes.
Wortels
Dit soort tegenstrijdig rechtspopulisme heeft een lange geschiedenis in de VS. Begin jaren 1960, toen de leiding van de Republikeinse partij deels nog in handen lag van rijke mensen uit het Oosten als Nelson Rockefeller, wist de ultrarechtse senator Barry Goldwater uit Arizona een interne revolutie van de ‘kleine lui’ te ontketenen. Dit nieuw Republikeins rechts was uiteindelijk de basis van presidenten als Ronald Reagan (uit Californië) in de jaren 1980 en George W. Bush (uit Texas) in het afgelopen decennium.
De vermoedens van populistisch rechts dat er een elite aan de macht is die de vijand is van hardwerkende blanke mensen, gaan nog veel verder in de geschiedenis terug. Hoewel de leden van de oorspronkelijke Tea Party in 1773, die tegen Britse belastingen protesteerden door thee in de haven van Boston te dumpen, zich als indianen vermomden, werd verzet tegen de Britten ook gevoed door het feit dat de koloniale heersers vanaf 1763 grenzen probeerde te stellen aan de onteigening van de indianen in het Westen. In het zuiden van de VS, waar de Tea Party beweging sterk is, werd de ‘bemoeizieke’ federale regering zowel in de jaren 1870 als in de jaren 1960 gezien als de vriend van opstandige zwarten. In Massachusetts wist Scott Brown maar 30 procent van de stemmen in de hoofdstad Boston te winnen, maar hij kreeg een meerderheid in South Boston, een blanke arbeidersbuurt die zich in de jaren zeventig met hand en tand verzette tegen de toelating van zwarte kinderen op hun scholen.
Zo zijn er parallellen met Geert Wilders, de oud-VVDer die doet alsof in Nederland ‘de elite’ en ‘de moslims’ bondgenoten zijn, en met zijn verzet tegen de verhoging van de pensioensleeftijd doet alsof hij iets anders is dan een ouderwetse liberaal. In Nederland, dankzij de evenredige vertegenwoordiging, kan een dergelijke rechts-liberaal makkelijk een nieuwe partij oprichten en in het parlement komen. In de VS, met zijn tweepartijenstelsel, is een onafhankelijke Tea Party de droom van een groot deel van uiterst rechts – en ook van de Democraten, die hopen dat rechts in 2012 verdeeld optreedt en daardoor de zege misloopt.
Linkspopulisme?
Een links-populistische beweging in de VS hoort ook tot de mogelijkheden. Zelfs het woord ‘populisme’ gaat terug tot de People’s party van de jaren 1880 en 1890, een radicale boeren- en arbeiderspartij die vanaf 1900 voor een groot deel de basis legde van de socialistische beweging.
Drie factoren zorgen er grotendeels voor dat het rechtspopulisme van de Tea Baggers nu veel sterker is dan links. Eerst het racisme. Als een aan Harvard afgestudeerde, zwarte advocaat lijkt Obama momenteel een perfecte incarnatie van het elitaire kwaad. De Tea Baggers doen alsof niet zij, maar Obama zelf de racist is: volgens velen van hen ‘haat Obama blanke mensen’. Hun aversie voor de zwarte president gaat blijkbaar heel diep. Op de borden bij hun mars in Washington vorig jaar september stonden kreten als ‘De Antichrist woont in het Witte Huis’ and ‘Oppressive Bloodsucking Arrogant Muslim Alien’. Als ze roepen dat ze de VS gaan ‘herveroveren’, bedoelen ze zeker niet dat ze een andere niet-blanke president willen.
Links kan nooit toegeven aan dit soort onderbuikgevoelens. Een tweede factor van belang is dat links, de vakbonden en progressieve bewegingen in de VS zich nog steeds niet losmaken van de Democraten – grotendeels vanwege allerlei persoonlijke verbintenissen tussen de bovenlaag van de bewegingen en de Democratische partijmachine.
Ten slotte lijdt het populisme aan een inherente zwakheid. In plaats van te begrijpen dat de structuur zelf van een kapitalistische maatschappij mensen zonder kapitaal benadeelt, zien populisten – ook linkspopulisten – de markt als iets neutraals. Het feit dat een kleine elite voortdurend greep houdt op de staat, ondanks alle democratische spelregels, is voor hen dus een groot mysterie. Om dit te verklaren neigen populisten tot allerlei samenzweringstheorieën.
Die drie factoren samen geven rechtspopulisten een grote voorsprong terwijl de desillusie over Obama aanzwelt. Links zal heel hard moeten werken, en ook veel mazzel hebben, om te voorkomen dat Sarah Palin of een soortgelijk iemand in 2013 in het Witte Huis zit.

Add new comment

Plain text

  • Allowed HTML tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web page addresses and email addresses turn into links automatically.
  • Lines and paragraphs break automatically.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop