De recente presidentsverkiezingen in Bolivia, waarbij Evo Morales voor de vierde keer kandidaat was, hebben tot grote onlust geleid. Volgens de aanhangers van de president heeft hij de eerste ronde met de noodzakelijke marge van 10% gewonnen. De (rechtse) oppositie bestrijd dit en spreekt van fraude, terwijl Morales de oppositie er op haar beurt van beschuldigt met een coup bezig te zijn. Dit artikel, dat geschreven werd voor de verkiezingen, gaat in op het dilemma van Bolivia onder Morales. [leestijd 15 minuten]
‘Het gevecht, de strijd is permanent. En ik wil dat u weet, zusters en broeders, dat zolang het imperialisme bestaat, zolang het kapitalisme bestaat, de strijd zal doorgaan, niet alleen in Bolivia, niet alleen in Latijns-Amerika, maar over de hele wereld, waar er mensen zijn. Want, zusters en broeders, opstanden vinden niet alleen plaats in Bolivia en Latijns-Amerika, maar overal ter wereld. We kunnen het hebben over de Franse Revolutie, we kunnen de grote opstanden van vele landen, van Afrika, opnieuw bekijken. Dat wil zeggen dat, waar er ongelijkheid is, waar onrechtvaardigheid heerst, mensen rebelleren en volkeren in opstand komen...’ 1)
Zo sprak de Boliviaanse president Evo Morales op 7 november 2017. Het was toevallig de 100ste verjaardag van de Russische Revolutie, dus zijn boodschap was passend. Maar het was ook een moment van een staatsritueel waarbij geld dat werd gegenereerd door de ontwikkeling van aardgas werd omgezet in materiële objecten - in dit geval cheques - die aan de bevolking werden uitgedeeld.
Sinds 2006 plukt de Boliviaanse regering de vruchten van de export van aardgas. Na de val van het neoliberale regime in 2003 leidde Evo's verkiezing in 2005 tot wat Evo's regering de 'nationalisatie' van gas noemde. Om precies te zijn, heronderhandelde de regering contracten met buitenlandse gasbedrijven, waardoor er veel hogere royalty's aan de overheid werden betaald.
In de afgelopen 13 jaar van Evo's presidentschap (hij is drie keer herkozen), zijn deze opbrengsten op vele manieren herverdeeld, met name in de vorm van deze directe leveringen van de president aan het volk.
Tegenstanders noemen veel van deze uitgaven verspilling. In sommige gevallen zijn nieuwe vliegvelden in kleine steden en buitenmaatse stadions op het hoge Andesplateau onbenut gebleven. Ander geld is besteed aan grootschalige projecten, waaronder het kabelbaansysteem dat nu in de lucht boven de Boliviaanse hoofdstad La Paz loopt.
Een van de belangrijkste gebouwen is het monumentale nieuwe 'Grote Huis van het Volk' – La Casa Grande del Pueblo – dat doet denken aan de Grote Volkszaal in China. De nieuwe wolkenkrabber in La Paz zal dienen als presidentieel paleis en residentie, compleet met karaokebar, een jacuzzi met acht plaatsen en een helikopterplatform op het dak.
Een anarcho-feministische criticus, María Galindo, noemde het een 'fallisch monument ... een fascistische visie ... [zoals] een casino in Las Vegas ... een eersteklas bordeel ... of het grote huis van de meester.' Terwijl het land zich opmaakte voor verkiezingen in oktober 2019, ziet de rechtse oppositie in deze projecten het bewijs van het wanbeheer door de Movimiento Al Socialismo (MAS) van de welvaart gegenereerd door de ontwikkeling van aardgas.
Toch wordt een groot deel van deze projecten goed ontvangen. Meestal gaat het hierbij om projecten in het kader van openbare werken: een nieuw voetbalstadion met een kunstgrasveld voor een kleine plattelandsgemeenschap, een lokaal ziekenhuis, nieuwe computers voor een school, een transformatorhuisje, een nieuwe gas-installatie of een nieuw tankstation.
Op de dag dat hij sprak over wereldwijde revolutionaire strijd, was Evo in Potosí, de beroemde stad waarvan de zilvermijnen het Spaanse rijk hebben verrijkt. De laatste tijd was Potosí politiek problematisch. Plaatselijke leiders van de gemeenschappen in het arme departement eisten meer aandacht van de regering.
Potosí is nog steeds een mijndepartement en de mijnbouw levert niet die opbrengsten die gas oplevert. Ondertussen plukten de gasrijke departementen Santa Cruz en Tarija zoveel vruchten van de hausse dat ze moeite hadden alles uit te geven.
Om aan te tonen dat de staat aan iedereen gelijkelijk uitdeelde, was Evo's strategie in Potosí om de oppositieleiders te omzeilen en rechtstreeks naar de lokale gemeenschappen te gaan.
Na zijn toespraak deelde hij aan een honderdtal gemeentelijke vertegenwoordigers cheques uit, die in theorie bedoeld waren om lokale projecten zoals bruggen en irrigatiesystemen te financieren. Evo zei die dag in Potosí nog eens dat hij aan de verplichting van de staat tegenover de bevolking voldeed en dat hij ongeveer twee miljoen dollar aan cheques heeft overhandigd.
Herinneren aan de revolutie
In zijn toespraak herhaalde Evo wat hij vaak zegt. De verovering van het gas – en de goederen en middelen die aan het volk worden geleverd – zijn het resultaat van een langere geschiedenis van revolutionaire strijd tegen de militaire dictaturen, de Amerikaanse militaire interventie en het neoliberalisme.
Wat Evo vaak zegt, zei hij opnieuw: 'We moeten ons geheugen opfrissen,' en erkennen hoe we in het verleden de onderdrukking hebben bestreden, een geschiedenis die maakt dat we het nu veel beter hebben.
Dit beroep op het geheugen is belangrijk, omdat de opstand in 2003, die leidde tot de ineenstorting van het neoliberalisme, nu uit het geeheugen aan het wegzakken is, net als de strijd tegen het Amerikaanse militarisme in de jaren zestig en Evo's eigen verzet tegen de door de VS gesteunde militaire interventies in verband met de zogenaamde 'Drugsoorlog' in de jaren tachtig en negentig.
Maar Evo probeert ook een soort revolutionair effect te genereren – een emotionele aanroeping van heroïsche strijd tegen het kapitalisme en voor radicale verandering. Zijn woorden, die zich uiten in zijn eigen persoon en geschiedenis, roepen een gevoel van bevrijding en een euforische omarming van de mogelijkheden van collectieve strijd op. Natuurlijk is de euforie ook materieel vertegenwoordigd in het geld en de goederen die Evo dankzij de verovering van het gas naar het volk brengt.
Bovendien blijft Evo voor veel Bolivianen de vertegenwoordiger van de omwenteling na eeuwenlange rassenongelijkheid. Als eerste inheemse persoon die de hoogste zetel van de macht bezet, heeft – zoals veel Bolivianen zullen zeggen – 'iemand zoals wij' nu de controle over de herverdelingsmechanismen van de staat. Deze macht is grotendeels afkomstig van de export van aardgas.
Natuurlijk zijn fossiele brandstoffen een groot probleem voor de opwarming van de aarde en andere vormen van geweld die fossiele brandstoffenregimes produceren: van vervuiling tot oorlog en militarisme. En fossiele brandstoffen zijn ook, in wereldwijde zin, de brandstof van het huidige kapitalisme.
Zoals Andreas Malm heeft laten zien, staan fossiele brandstoffen, die in hun plaats van herkomst kunnen worden gewonnen en verplaatst volgens de eisen van het kapitaal, centraal in het proces van accumulatie (en de productie van CO2).
Voor Malm vormen fossiele brandstoffen de basis voor de 'biosferische universalisering van de kapitalistische heerschappij'. Bovendien is, vanwege de onderlinge afhankelijkheid tussen het kapitalistische systeem en fossiele brandstoffen, al het kapitaal fossiel kapitaal en al het fossiele kapitaal is inherent kapitalistisch.
Toch spreekt Evo voortdurend over revolutie. Van buitenaf lijkt Evo's MAS-regering een radicaal-links alternatief te zijn voor de rechtse verschuiving in de regio en werd onlangs door een schrijver in The Nation geprezen als een 'socialistisch succesverhaal'. Toch ligt in deze diepe afhankelijkheid van fossiele brandstoffen – en fossiel kapitaal – het dilemma van het revolutionaire Bolivia.
Samenwerking met het wereldkapitaal
De heronderhandeling van de gascontracten die in 2006 plaatsvond, heeft – zoals Evo graag zegt – van Bolivia een 'partner' van buitenlandse bedrijven gemaakt. Dit was een verbetering ten opzichte van de contractuele orde die het neoliberale regime en de Wereldbank voor ogen hadden. Maar als partner van multinationaal kapitaal stemt Bolivia noodzakelijkerwijs een belangrijk deel van zijn politieke en economische beleid af op de eisen van multinationaal (fossiel) kapitaal.
Fossiel brandstofkapitaal, vooral omdat het geconfronteerd wordt met een toenemende uitdaging van degenen onder ons die zich zorgen maken over het geweld dat het veroorzaakt tegen de mensen en de aarde, heeft als het ware haast. Het fossiele kapitalisme streeft in toenemende mate naar contractuele of financiële versnelling, dat wil zeggen, het wegnemen van belemmeringen voor een snelle omzetting van gas in geld.
Zo is de regering van Evo bijvoorbeeld overgegaan tot het verzwakken van de inheemse rechten in een proces dat 'voorafgaand overleg' wordt genoemd. Voorafgaand overleg wordt verondersteld om inheemse organisaties een stem te geven in het proces van gasexploratie en -winning. Terwijl het vaak een in de tijd beperkte aangelegenheid is die enkele maanden in beslag neemt, wordt het door de industrie gezien als een tijdrovend obstakel voor exploratie- of booractiviteiten.
Daarnaast heeft het fossiele kapitaal een politiek instrument, zoals Evo met zijn cheques, nodig om voortdurende exploratie en winning te rechtvaardigen. De gasbedrijven hebben ook behoefte aan een regering die een overtuigend verhaal vertelt dat inspeelt op een collectieve vraag naar verandering in een land dat bekend staat om krachtige sociale opstanden.
Kortom, bedrijven in fossiele brandstoffen willen zo snel mogelijk toegang krijgen tot het gas en zo veel mogelijk geld verdienen. Evo verleent hen in veel opzichten een dienst door te suggereren dat het huidige moment eerder het eindpunt is van een revolutionaire strijd dan een begin, en dat de winning en verkoop van gas zelf een revolutionaire, zo niet socialistische daad is.
In de Verenigde Staten hebben bedrijven in de fossiele brandstoffen het publieke besef van tijd en verandering verdraaid door diverse (en snode) vormen van ontkenning van de klimaatwetenschap of door verhalen. De laatste tijd is het verhaal dat we aardgas nodig hebben als 'brug' naar een hernieuwbare toekomst. Natuurlijk zal de aanleg van gasinfrastructuur ons opsluiten in destructieve niveaus van CO2-uitstoot.
Andere mechanismen, zoals de regulerende greep van het Trump-regime op het energie-agentschap EPA en andere instellingen, verlengen ook deze tijdelijke vertraging, waardoor veranderingen verder de toekomst in worden geduwd. Snelle monetarisering en rendement voor fossiel kapitaal en de infrastructuur die het heeft aangelegd en die het wil bouwen, zullen ons verder in de afhankelijkheid opsluiten en de overgang vertragen.
De opkomst van Evo Petrolero
In Bolivia werkt dit door middel van wat Evo 'partnerschap' met de gasbedrijven noemt, en door Evo's revolutionaire invloed, of beter gezegd, zijn revolutionaire affectatie (gemaaktheid). Vanuit het perspectief van het fossiele kapitaal (fossiele tijd, mobiliteit en vrijheid in de ruimte moeten voorrang krijgen), of in politieke termen iets dat verwant is aan soevereiniteit, boven alle andere zorgen, met alle mogelijke middelen.
In zijn werk, waarin hij publieke goederen aan het volk levert, verricht Evo Morales een bepaalde vorm van arbeid voor multinationaal privékapitaal. We zouden deze figuur 'Evo Petrolero' kunnen noemen, of Evo de Gasman. Evo Petrolero draagt vaak een helm van de nationale oliemaatschappij als hij een gasveld inspecteert of de gastoevoer in iemands keuken openzet.
Dit is een veel voorkomend verschijnsel in de symboliek van de nationalistische strijd om de soevereiniteit over de hulpbronnen tegen de buitenlandse uitbuiting. In een marginale buurt van Oruro poseerde de president voor een foto naast een gasmeter die in de buitenmuur van een nederig onderkomen is geplaatst.
Vervolgens, in de keuken, bij het fornuis (en met zijn helm op), als een medewerker van een plaatselijke nutsbedrijf, zet hij het gas aan, terwijl hij zich temidden van de alomtegenwoordige confetti tooit met een traditionele bloemenkrans die in Bolivia bij openbare rituele hoort.
Hij was vol lof over het nationalisatieproces dat de regering in staat stelde om 'aan de eisen van het volk te voldoen' en hun gaskosten terug te brengen tot ongeveer 2 dollar per maand. Dit alles, zo betoogde hij, was omdat 'dankzij moeder aarde' Bolivia 'goedkoop gas' heeft.
Tegenover de versnelde tijdelijkheid van het fossiele kapitaal dat toegang tot de ruimte zoekt en materiële zaken wil verzilveren door ze zo snel mogelijk naar elders te verplaatsen, werkt Evo aan een revolutionaire tijdelijkheid waarin het huidige moment van herverdelende grootmoedigheid het hoogtepunt zou zijn van een lange eeuw van revolutionaire strijd.
Met Evo's dagelijkse werk, het uitdelen van cheques of het aanzetten van het gas, wil hij een affectieve reactie activeren, een gelijktijdige omarming van zichzelf, van gas en van het verhaal van de volksstrijd. Dit wordt gecomprimeerd tot een verhaal van revolutionaire transformatie, waarbij van minime beïnvloeding naar revolutionaire genegenheid wordt overgegaan.
Door zich te beroepen op rebellie suggereert hij niet dat mensen blijven rebelleren, maar dat het huidige moment het voldongen resultaat is van die universele strijd. We zouden dus kunnen zeggen – met het risico van ruw functionalisme, maar omwille van de argumentatie – dat Evo's revolutionaire affectatie probeert de tegenstellingen te verzoenen die zijn ontstaan door de tijdelijke tegenstellingen die het fossiele kapitaal moet overbruggen en betekenis te geven aan de abstracties die ontstaan door de voortdurende afhankelijkheid van het fossiele kapitaal.
Zolang de Bolivianen hiervan overtuigd blijven, zal het gas blijven stromen. Naar mijn mening is dit geen socialisme, maar eerder een herverdelingspolitiek die afhankelijk is van het gas, gekoppeld aan andere, minder progressieve realiteiten, waarover hieronder meer.
De balans
Zeker, Evo Morales is terecht gevierd omdat hij de eerste inheemse president in Amerika en van Bolivia is. Hij heeft leiding gegeven aan een relatief ambitieus programma om publieke goederen te herverdelen. Bolivia's draai naar links is een welkom alternatief voor de draai naar rechts, in heel Europa en Amerika.
We moeten de economische stabiliteit erkennen die in Bolivia heerst. De buitenlandse reserves bevinden zich op een recordniveau. De armoede is afgenomen. De economische groei heeft het grootste deel van de rest van Latijns-Amerika in de schaduw gesteld. De munt is stabiel. De lonen zijn gestegen van ongeveer 50 dollar per maand in 1995 tot meer dan 100 dollar per maand.
Macro-economisch gezien lijkt de regering van Evo Morales – voorlopig – het overschot eindelijk te hebben opgevangen en het te hebben gebruikt om in het land te investeren.
Een taxichauffeur vatte zijn steun voor Evo samen als erkenning van het beleid van de regering om de toegang tot krediet te democratiseren: 'Ik heb nooit een voet in een bank gezet voordat Evo werd gekozen. Nu heb ik een nieuw huis en een nieuwe auto.'
Oppervlakkig gezien, is het regime erin geslaagd om in relatief goede fiscale termen een economische opgang op basis van gas te realiseren. Toch hangt dit alles af van de verdere winning van gas.
Het is om deze redenen dat vice-president Alvaro García Linera, die door velen aan de linkerzijde in Bolivia ter discussie wordt gesteld, eind 2018 zo'n klinkend applaus kon krijgen voor zijn deelname aan het eerste internationale forum van de Consejo Latinamericano de Ciencias Sociales (Latijns-Amerikaanse Raad voor Sociale Wetenschappen), dat in het naburige Argentinië werd gehouden over kritisch denken.
García Linera, die namens links lof kreeg toegezwaaid vanwege het uit de armoede halen van miljoenen mensen, voor de autonomie van vrouwen over hun lichaam, voor de combinatie van democratie van de straat en parlementaire democratie, zei dat er in de volgende linkse golf in Latijns-Amerika 'ecologisch socialisme' moet zijn. 2)
Net als Evo had Alvaro op het moment dat hij de ecologische crisis van het heden naar een toekomstig socialisme verplaatste, het beheer van de tijd in handen. Net als Evo's management van de revolutionaire tijd – dat het verzet naar het verleden duwt – duwt Alvaro's management van revolutionaire verwachtingen de mogelijkheid van echte radicale verandering naar de toekomst.
In beide gevallen sluiten deze manieren van spreken, al dan niet bewust, aan bij de temporele bekommernissen van het fossiele kapitaal, dat de tijd moet verdichten en de winning in het heden moet versnellen. Toch oogstte de vice-president veel applaus en lof van zogenaamde revolutionairen op de commentaarsectie van YouTube.
Als de revolutionaire affectatie in Bolivia thuis effectief is, dan lijkt ze ook effectief te zijn in internationale fora.
Diepe tegenstellingen, perverse resultaten
De herverdelende staat verdeelt tenminste, iets wat geen enkele neoliberale staat goed doet. Er zijn ook aanzienlijke verschillen met de modaliteiten van neoliberale aansporingen om de gezondheid te verbeteren, voor zelfbeheer en om te streven naar zelfverbetering. Dit is bijvoorbeeld het discours van rechts, hun zwakke alternatief voor Evo en de MAS: dat het land een land van 'ondernemers' moet worden.
Voor de rechtervleugel, of het nu technocratisch, neoliberaal of ongegeneerd fascistisch is, verdichten de natuurlijke werking van de markt en het rationele individu zich tot een burgerlijke theorie van het onvermijdelijke verbruik van fossiele brandstoffen.
Maar in de gasgestookte staat zijn de aansporingen om echte en ingebeelde collectieve publieke goederen te 'verdedigen' en te 'recupereren', om te eisen dat de staat zijn verplichting nakomt (zelfs als dat niet het geval is), en om het recht om te 'consumeren' te omarmen als volk, het collectieve subject van zowel de natie als de strijd.
Als zodanig wordt de onvermijdelijkheid van de winning van fossiele brandstoffen op een andere manier bereikt. Desalniettemin heeft het werk om een ambitieuze revolutionaire tijdelijkheid om te zetten in consumptieve praktijken die afhankelijk zijn van een hegemoniaal regime van fossiele brandstoffen diepe tegenstrijdigheden en perverse resultaten.
In plaats van een socialistisch succesverhaal hebben Evo en de MAS een nogal conservatieve en pragmatische deténte met Bolivia's eigen kapitalisten, verschanst in de oostelijke agro-industriële sector. De recente branden in het Amazonegebied hebben de aandacht gevestigd op de door de overheid gesteunde expansie van een grootschalige soja-export economie.
In sommige delen van het land is er steeds meer verzet tegen de winningsindustrie, zelfs van inheemse organisaties. Een andere tegenstrijdigheid komt voort uit de androcentrische vorm van de industrie zelf, die de economische bloei omzet in de vermarkting en consumptie van alles, waardoor bestaande vormen van geweld, met name tegen vrouwen, worden verdiept.
Terwijl femicide – het doden van vrouwen – wereldwijd alarmerend hoog is, is het in Bolivia nog hoger. Het is moeilijk om een direct verband te leggen tussen gas en dit gender-gerelateerde geweld. De regering van Evo is echter afhankelijk van een mannelijke vorm van politiek die een brug slaat tussen maatschappelijke organisaties, het leger en de partij - allemaal op hun beurt gereproduceerd door controle van de politie en de rechterlijke macht.
Activisten hebben gesuggereerd dat deze patriarchale politieke orde – wederom verre van het socialistische ideaal zoals we ons dat kunnen voorstellen – de oorzaak is van de toename van het geweld tegen vrouwen. Bovendien zien de families van de slachtoffers zelden gerechtigheid. Om hier de aandacht op te vestigen, sloot María Galindo, de hierboven geciteerde activiste, zich onlangs aan bij haar kameraden om de voorgevel van het nieuwe 'Grote Huis van het Volk' met rode verf te bekladden, als symbool van het bloed van vermoorde vrouwen.
Bovendien heeft Evo, ondanks het eindeloze beroep op de anti-imperialistische strijd, de leiding over het juridische en politieke werk om de soevereiniteit en de collectieve wil van het volk ondergeschikt te maken aan de infrastructuur van fossiele brandstoffen. Dit heeft tot pervers gevolg het aantasten van de Boliviaanse natuur en het ondermijnen van de politieke fundamenten van bewegingen door hun politieke perspectief te beperkentot een interne strijd om de gasopbrengsten.
Misschien wel de meest schandelijke recente weerspiegeling hiervan is toen Evo Petrolero – als Evo de Presidente Indio van het multinationale Bolivia – aanwezig was bij de inhuldiging van de racist, militarist en fascist Jair Bolsonaro in Brazilië. Bezorgd dat Brazilië zijn aankopen van Boliviaans gas zou verminderen, noemde Evo Bolsonaro een 'broeder' in een 'gezamenlijke strijd'.
In Bolivia, waar Evo veel van zijn revolutionaire geloofsbrieven maakt, wordt dit tragando sapos (padden eten) genoemd. Dat is de soevereiniteit van het gas: de eigenaar ervan buigt voor de klant en de gebruiker.
Hoewel Bolivia's beheer van de gaseconomie in sommige opzichten zeker een succesverhaal is, is het moeilijk om te suggereren dat een herverdeling op basis van gas een serieuze of ambitieuze politieke horizon voor socialistisch denken weerspiegelt, gezien deze interne tegenstrijdigheden, laat staan gezien wat we weten over de opwarming van de aarde.
Vanwege Bolivia's heftige geschiedenis van strijd en rebellie van sociale bewegingen, stellen zelfs rechtseconomen vast dat er zonder een nationalistisch kader geen olie of gas uit Bolivia geëxporteerd zou worden. Om te beargumenteren dat dit een revolutie betekent, treedt de gas-arbeider, die ook als Evo de revolutionair optreedt, aan om een revolutionaire strijd en revolutionaire tijdelijkheid te produceren, te beheren en te belichamen.
Uiteindelijk heeft het fossiele kapitaal zijn doel bereikt, de monetarisering van de natuur in dienst van de kapitaalaccumulatie. Evo's revolutionaire affectatie in Bolivia bereikte wat de neoliberale orthodoxie niet kon: de gasstroom. Op het moment van schrijven zijn er alle aanwijzingen dat Evo (en de gasindustrie) in oktober van dit jaar herkozen zal worden.
Voetnoten
1) Evo Morales, toespraak gehouden op 7 november 2017. Ministerie van Communicatie. 2017. Vertaling door de auteur.
2) Zijn bureau tweette de quote https://twitter.com/VPEP_Bol/status/1066857954996117504, uit de toespraak die beschikbaar is op: https://www.youtube.com/watch?v=lUFZ3NCi9IA.
Dit artikel verscheen eerder op Solidarity. Nederlandse vertaling redactie Grenzeloos.
10-11: Dit artikel stond ook
10-11: Dit artikel stond ook op de Grenzeloos facebook pagina. Daar schreef ik al dat ik het een problematisch tweede artikel over Bolivia vind. Nu duidelijk wordt dat vanuit fascistische hoek van alles wordt geprobeerd om Morales ten val te brengen herhaal ik hier nog 's wat ik op fb schreef: Wij behoren dit soort leiders te beschermen tegen neo liberale aanvallen. Kritiek is goed maar hang je niet aan de grote klok.
Reactie toevoegen