Het regime van Iran zit in een lastig parket dat het zelf heeft veroorzaakt

Een van de beroemdste uitspraken over revoluties wordt toegeschreven aan een van de meest prominente leiders van de Franse Revolutie tijdens haar meest radicale fase, Louis Antoine de Saint-Just (1767-1794): 'Wie een revolutie maar half doet, graaft zijn eigen graf.' Dat gezegde geldt ook voor gewapende conflicten, want de geschiedenis laat zien dat wie halfslachtig strijdt tegen mensen die ze als hun grootste vijanden zien, en daarmee die vijanden alleen maar sterker maakt, gedoemd is om te verliezen. Dat is zeker het geval met de 'Islamitische Republiek' Iran. Sinds de oprichting na de omverwerping van de sjah heeft het land zich volledig vijandig opgesteld tegenover wat het de 'Grote Satan' noemt, de Verenigde Staten, en de 'Kleine Satan', de staat Israël.

Het gedrag van Teheran is echter nogal dubbelzinnig geweest. Het heeft Israëlische en Amerikaanse hulp aanvaard tijdens zijn achtjarige oorlog tegen Irak en vervolgens meegewerkt aan de Amerikaanse invasie van dat land, waarbij zijn Iraakse bondgenoten deel uitmaakten van het door de bezetter ingestelde overgangsbestuur. Vervolgens zagen we hoe de troepen die het ter redding van het regime van Assad in Syrië had ingezet, achtereenvolgens klappen kregen van de zionistische staat zonder dat Iran ooit terug sloeg. Toen de tolerantiegrens vorig jaar werd overschreden met de Israëlische bombardementen op zijn consulaat in Damascus, lanceerde Teheran uiteindelijk een beperkte, bijna symbolische aanval op Israël als vergelding.

Hamas voerde op 7 oktober 2023 de Operatie Al-Aqsa uit, in de hoop dat de 'As van het Verzet' zich op beslissende wijze in de strijd zou mengen, naïef gelovend in de bombastische verklaringen van de leiders van de As in Teheran. Die verklaringen werden herhaald door Hezbollah in Libanon, de Volksmobilisatiekrachten in Irak en het Houthi Ansar Allah-regime in het noorden van Jemen (alleen het regime van Assad sloot zich niet aan bij dit koor en bleef Israël gunstig gezind, aangezien het al lang de veiligheid van de zionistische bezetting van de Syrische Golanhoogte had gegarandeerd).

Het resultaat was typisch: Teheran bleef halverwege in de confrontatie staan, onthield zich van deelname aan de strijd aan de zijde van Hamas en stond zijn bondgenoten in Libanon en Jemen toe op beperkte schaal in te grijpen, door in het geval van Jemen raketten af te vuren vanuit de verte en in het geval van Libanon een geografisch beperkte uitputtingsoorlog te voeren. Het resultaat was dat Israël – dat, op zijn zachtst gezegd, nooit halverwege stopt in zijn vijandigheid jegens zijn vijanden – een verwoestende aanval uitvoerde op Hezbollah zodra het zijn herverovering van de Gazastrook had voltooid in een genocidale oorlog met een mate van geweld die zijn weerga niet kent in de hedendaagse geschiedenis. Vervolgens deelde het het Houthi-regime pijnlijke klappen toe, en blijft dat doen, totdat het zich in een grootschalige aanval op Iran zelf stortte.

De halfslachtige houding van de 'Islamitische Republiek' geldt ook voor haar nucleaire programma. In plaats van in het geheim kernwapens te verwerven, zoals Israël in de jaren zestig, India in de jaren zeventig, Pakistan in de jaren tachtig en Noord-Korea aan het begin van deze eeuw, heeft Teheran in het openbaar uranium verrijkt tot boven het niveau dat nodig is voor vreedzame kernenergie. Maar het is gestopt bij de drempel van 60 procent en is niet verder gegaan tot het niveau dat nodig is voor een militair programma.

Dat halfslachtige gedrag escaleerde na de terugtrekking van de Verenigde Staten in 2018 uit het nucleaire akkoord dat drie jaar eerder met Iran was gesloten, een besluit van Donald Trump tijdens zijn eerste ambtstermijn. De bezorgdheid van Israël over het verwerven van kernwapens door Teheran werd daardoor versterkt, terwijl Iran op dat moment niet over het afschrikkingsvermogen beschikte dat aan die wapens verbonden is. En dat nog steeds niet heeft.

Het werd daarom duidelijk dat de zionistische staat eerder vroeg dan laat een grote aanval op het Iraanse grondgebied zou uitvoeren om het militaire potentieel van het regime, en met name zijn nucleaire programma, te vernietigen. Dat heb ik herhaaldelijk benadrukt (zie bijvoorbeeld 'De uitgestelde Israëlische aanval op Iran', Grenzeloos, 29 april 2024). Want in de ogen van de zionistische staat is dit een beslissende strijd, terwijl de 'Islamitische Republiek' haar confrontatie met Israël aanpakt op dezelfde manier als de voormalige Arabische nationalistische regimes in Irak en Libië: van veraf blaffen om hun Arabische buren te overtroeven, in de overtuiging dat ze immuun zijn voor een directe oorlog.

Het beslissende karakter van de strijd voor Israël vloeit in de eerste plaats voort uit zijn sterke verlangen om zijn monopolie op kernwapens te behouden. Het gelooft dat als zijn nucleaire afschrikking geneutraliseerd zou worden, het in gevaar zou komen en dat dit een rem zou zetten op zijn ongebreidelde agressieve gedrag in het Midden-Oosten, dat de afgelopen maanden zijn hoogtepunt heeft bereikt met de aanval op Hezbollah, de vernietiging van de militaire capaciteiten van Syrië en nu de aanval op Iran.

Het is duidelijk dat Israëls agressieve gedrag niet alleen gebaseerd is op zijn eigen afschrikkingskracht, maar ook op de bescherming en het partnerschap van zijn westerse bondgenoten, vooral de Verenigde Staten. Veel van de wereldwijde media zijn weer eens voor de gek gehouden door de zogenaamde 'meningsverschillen' tussen de zogenaamd 'vreedzame' bedoelingen van Trump en de agressieve bedoelingen van Netanyahu. De waarheid is dat de twee mannen een spelletje ‘goede agent, slechte agent’ speelden met maar één doel voor ogen: Iran dwingen zich over te geven en zijn uraniumverrijkingsprogramma volledig te ontmantelen. Of dat nu vreedzaam is door Teheran te dwingen zich te onderwerpen aan militaire dreigementen van Israël en Washington, of militair door Iran te onderwerpen aan een verwoestende aanval door hen, zoals we nu voor onze ogen zien gebeuren.

Trump had de 'Islamitische Republiek' zestig dagen de tijd gegeven om zijn capitulatievoorwaarden te accepteren, terwijl hij en zijn bondgenoot Netanyahu met oorlog dreigden als het land zich niet zou schikken. Toen de deadline verstreek en Teheran nog steeds weigerde zijn verrijkingsprogramma op te geven, gaf Trump de zionistische staat groen licht om op de 61e dag zijn aanval in te zetten. Daarbij veinsde hij een valse neutraliteit die alleen degenen misleidde die zich overgaven aan ‘wishful thinking’. De schijnbaar neutrale houding van Trump ten opzichte van de aanval (volledig gesteund door zijn strijdkrachten, maar zonder hun directe betrokkenheid tot nu toe) was bedoeld om de wereld ervan te overtuigen dat hij alles had gedaan om te voorkomen dat Amerikaanse troepen in een directe oorlog met Iran terecht zouden komen.

Dit is weer een voorbeeld van hoe Teheran halve maatregelen neemt. Het heeft herhaaldelijk gedreigd, in de woorden van de 'Opperste Leider' zelf, dat het elke Israëlische agressie tegen het land zou beschouwen als gesteund door Washington. Zijn vergeldingsmaatregelen zouden de Amerikaanse troepen in de regio niet sparen. Het regime heeft echter afgezien van het uitvoeren van die dreiging, zelfs via zijn regionale ‘proxies’, omdat het heel goed weet dat Trump elke Iraanse aanval op Amerikaanse troepen zou gebruiken als voorwendsel om zich rechtstreeks in de Israëlische oorlog te mengen, onder politieke omstandigheden die het deel van zijn eigen aanhangers dat zich verzet tegen de betrokkenheid van Amerika in andermans oorlogen, het zwijgen zou opleggen.

Dit artikel stond op Al-Quds al-Arabi. Nederlandse vertaling redactie Grenzeloos.

Dossier

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop