Occupy Wall Street, Occupy Amsterdam, Occupy Everything

In twee maanden groeide Occupy Wall Street (OWS) uit tot een wereldwijd fenomeen, verspreid over meer dan 1000 steden en meer dan 80 landen, inclusief Nederland.

De afgelopen maanden nam ik deel aan ‘Occupy Amsterdam’, het tentenkamp op het Beursplein, naast het gebouw van ‘s werelds eerste beurshandel. Het tentenkamp ging van start op de wereldwijde actiedag 15 oktober, net zoals zoveel andere kampen in tientallen andere landen. Net als veel andere mensen die betrokken zijn bij Occupy Amsterdam overnacht ik daar niet maar ben voor de rest zoveel mogelijk aanwezig op het Beursplein, na mijn werk, in het weekend, op vrije dagen, om deel te nemen aan discussies en werkgroepen, demonstraties en acties en de dagelijkse Algemene Vergadering. Occupy Amsterdam is niet het enige kamp in Nederland, na 15 oktober werden ook in onder andere Den Haag, Rotterdam, Utrecht, Alkmaar en Ede tentjes opgezet. Nu is er discussie gaande over hoe verder te gaan – als bijdrage daaraan dit artikel.

Nieuwe tactiek
De oorspronkelijke oproep voor OWS kwam van het Canadese Adbusters, een anti-consumentisch tijdschrift van media-activisten. Zij riepen op om 17 september ‘zuid Manhattan binnen te stromen, tenten, keukens en vreedzame barricades op te zetten en Wall Street te bezetten’. De directe inspiratie hiervoor waren de Arabische Lente, vooral de bezetting van het Tahrir-plein in Cairo en protesten van de Indignados in Spanje. Op 13 juli verscheen op het blog van Adbusters al de vraag; ‘are you ready for a Tahrir moment?’ De oproep ging verder: “Er is een verschuiving gaande in de vorm van revolutionaire tactieken, een vol potentieel voor de toekomst. De geest van de nieuwe actievorm is een fusie van Tahrir plein en de Spaanse acampadas. In de woorden van Raimundo Viejo van de Universiteit van Barcelona; ‘de andersglobaliseringsbeweging was de eerste stap. Toen was ons model aan te vallen als een roedel wolven met een alfamannetje aan kop en de rest die volgde. Nu is dat model verder geëvolueerd en zijn we een grote zwerm van mensen’.

Het mooie van dit model, en wat deze nieuwe tactiek zo veelbelovend maakt, is de pragmatische eenvoud ervan; we ontmoeten elkaar in levende lijve en via virtuele volksverzamelingen, we concentreren ons op onze centrale eis, een die de fantasie prikkelt en indien verwezenlijkt ons naar de radicale democratie van de toekomst leidt, en vervolgens bezetten we een symbolisch belangrijk plein, maken we het hele gebeuren zelf mogelijk. Het is tijd om deze nieuwe actievorm in te zetten tegen de grootste saboteur van democratie, Wall Street, het financiële Gomorra van de Verenigde Staten.’Het was een mooi geformuleerde, krachtige oproep en veel linkse mensen werden geïnspireerd door het vooruitzicht, maar slechts weinigen durfden te dromen dat het een wereldwijde beweging zou worden die verbeelding en energie van miljoenen mensen over de hele wereld zou prikkelen. De slogan ‘we are the 99 percent’ is over de hele wereld overgenomen door sociale bewegingen in een poging hun strijd te verbinden met die van anderen en de internationale macht en solidariteit op te bouwen die nodig is om de macht van de grote concerns en de financiële sector uit te dagen. Waar is de bron van het opvallende succes van OWS, in de VS en internationaal? De beweging kwam niet uit de lucht vallen en de voorgeschiedenis is nuttig als we willen bedenken hoe we de beweging verder kunnen versterken.

Van Arabië naar Wisconsin
In de verkiezingen van november 2010 profiteerden de Amerikaanse Republikeinen van de wijdverspreide linkse teleurstelling en rechts ressentiment met de regering van Obama en de groeiende economische crisis. Verschillende staten, waaronder Wisconsin, een gebied met een lange progressieve traditie en geboorteplaats van de vakbeweging voor werknemers in de publieke sector, hadden nu opeens Republikeinse gouverneurs en Republikeinse meerderheden. In eenentwintig staten kregen Republikeinen controle over zowel de regionale senaat als het congres en de gouverneurszetel. In combinatie met de economische crisis en groeiende boosheid over de regering was dat een buitenkans voor uiterst rechts. Slechts weinigen konden voorzien wat er in Wisconson zou gebeuren toen de door de Tea Party gesteunde kandidaat Scott Walker daar gouverneur werd.

Ondertussen, tegen het einde van december 2010 – twee weken voordat mijn vrouw en ik van de VS naar Amsterdam verhuisden – begon de opstand in Tunesië. Een maand later ontvluchtte de Tunesische dictator Ben Ali het land en boekte wat bekend zou worden als de Arabische Lente haar eerste overwinning. Op 25 januari, geïnspireerd door de gebeurtenissen in Tunesië, verzamelden Egyptenaren zich op het Tahrir-plein voor een ‘dag van opstand’ die uitgroeide tot een massale, drie weken lange bezetting van het plein. Uiteindelijk werd president Hosni Moebarak gedwongen om na 30 jaar op te stappen. Omstreeks dezelfde tijd introduceerde de nieuwbakken gouverneur Walker een ‘reparatie budget’ met ingrijpende kortingen op bestedingen voor onderwijs, het schrappen van verschillende publieke voorzieningen en het afschaffen van het recht op collectieve arbeidsonderhandelingen voor bijna alle werknemers in de publieke sector – inclusief leraren en universiteitsstaf. In januari en februari werden verspreid door het land nog zo’n 400 wetten voorgesteld door de nieuwe republikeinse meerderheden om de vakbonden aan banden te leggen. Dezelfde maandag dat Walker zijn begroting voorlegde aan het parlement gingen 1000 studenten de straat op om te protesten tegen de wet en de gevolgen die deze zou hebben op het universitair onderwijs. Dinsdag groeiden de protesten: 10.000 mensen verzamelden zich voor het capitool van Wisconsin – 3000 gingen het gebouw binnen en bezetten de hoofdzaal. De bezetting zou drie weken, 24 uur per dag doorgaan. Woensdag gingen 20.000 mensen de straat op en gingen scholen in Madison dicht omdat meer dan de helft van leraren zich ziek meldde. En die donderdag groeiden de protesten nog verder: 25.000 mensen, waaronder politie en brandweer, trokken naar het parlementsgebouw. In een zeldzame vertoning van moed verlieten Democratische parlementariërs de zaal zodat de Republikeinen niet het benodigde quorum zouden kunnen behalen om de begroting aan te nemen. Vrijdag waren er 40.000 demonstranten, zaterdag 40.000. Een week later waren het er, ondanks een sneeuwstorm en bijtende kou, 100.000. Al die tijd maakten de demonstranten, een verzameling van mensen uit alle lagen van de bevolking, studenten, arbeiders, boeren, activisten en gepensioneerden, symbolische referenties naar Tahrir plein. De overeenkomsten waren voor iedereen duidelijk, borden hadden slogans als ‘One dictator (Moebarak) down! One (Walker) to go!’, ‘Scott ‘Hosni’ Moebarak’ en ‘Egypt in 18 days! Wisconsin in ???’De beweging in Madison eindigde echter in een nederlaag; de begroting werd aangenomen, net zoals vergelijkbare anti-vakbondwetgeving in verschillende andere staten. Werknemers in de publieke sector hebben niet meer het recht om collectief te onderhandelen, ook blijft er verzet bestaan tegen de wetten. Toch is het belang van de protesten in Madison op de gemoedstoestand van veel mensen in de VS maar moeilijk te overschatten. De bezetting en demonstraties behoren tot de grootste massaprotesten van de afgelopen decennia. Ze gaven nieuw leven aan links en de Amerikaanse vakbeweging en inspireerden in verschillende staten tot verzet tegen vergelijkbare Republikeinse voorstellen. En op 19 november gingen weer 30.000 mensen de straat op in Madison als begin van een campagne om Walker af te zetten als gouverneur. Samen met de Arabische Lente en de Spaanse Indignados was Wisconsin een grote bron van inspiratie voor Amerikaanse werknemers en een aanmoediging om zich aan te sluiten bij OWS. Ondanks dat het de eerste dagen vrijwel genegeerd werd door de grote media verspreidde OWS zich al snel over het land en daarna de wereld.

Een lange aanloop
Tunesië, Egypte, Spanje en Wisconsin hielpen de weg vrij te maken voor OWS maar de oorzaak van het succes ervan gaat dieper. OWS volgde op tientallen jaren van groeiende ongelijkheid, de snelle en grote groei van de macht en rijkdom van de grote concerns, gestolen verkiezingen en het ondergraven van democratie, illegale en brute aanvallen op burgerrechten en arbeidsrechten, torenhoge schulden en schier oneindige militaire agressie van de VS. En toen kwam de ineenstorting van het financiële systeem die honderdduizenden mensen hun baan en huis kostte en miljoenen Amerikanen, misschien voor het eerst in hun leven, echte armoede in het vooruitzicht stelde. De bail-outs voor de banken kostten belastingbetalers miljarden, misschien zelfs biljoenen terwijl de bankiers en speculanten die verantwoordelijk zijn voor de crisis zichzelf weer recordbonussen geven. En ten slotte voelen miljoenen diep teleurgestelde Amerikanen zich verraden door Obama, iemand waarvan veel mensen de ijdele hoop koesterden dat hij fundamenteel zou breken met het Bush-Cheney tijdperk van agressie en corruptie. Het besef dat ook Obama niet zal breken met veertig jaar neoliberaal beleid en militaire avonturen heeft talrijke Amerikanen wakker geschud en de ogen geopend voor de onmogelijkheid van het bereiken van werkelijke veranderingen via het huidige Amerikaanse politieke systeem.Maar bovenal kan het succes van OWS niet los gezien worden van de vele eerdere acties, organisaties en bewegingen in de VS en elders die het grondwerk ervoor hebben verricht: de andersglobaliseringsbeweging van rond de eeuwwisseling, de coalities van studenten, arbeiders en ecologische activisten die hierin vorm kregen, de bewegingen tegen sweatshops en privatiseringen, antikapitalistische bewegingen in Latijns Amerika en elders, studentenbewegingen tegen marktwerking in het onderwijs en stijgende studiekosten, campagnes tegen het op straat zetten van mensen die hun hypotheek niet meer konden betalen en ga zo maar door. Dit alles maakte, hoe indirect soms ook, OWS mogelijk. En natuurlijk is er de ellende en angst die veel Europeanen en Amerikanen nu voelen, ook al zijn deze niks nieuws voor miljoenen en miljoenen mensen in andere delen van de wereld.

Occupy Nederland!
In Nederland hebben de tegenstrijdigheden in het kapitalisme en de ellende die eruit voorkomt veel mensen nog niet zo hard getroffen als in de VS en andere landen. Toch verrezen er in verschillende steden Occupy tentenkampen. Dit getuigt van de uitstraling en kracht van OWS en het besef van veel mensen dat we worden geconfronteerd met een wereldwijde, structurele crisis. Na vijf weken bruist Occupy Amsterdam nog steeds van de activiteiten.

Geregeld zijn er seminars en discussies (‘Occupy College’) over verschillende aspecten van de economische crisis. Werkgroepen komen bij elkaar in de tenten en nabijgelegen cafés om ideeën, acties en strategie te bespreken. En nog steeds vindt elke dag een Algemene Vergadering plaats om de ontwikkeling van het kamp te bespreken en een consensus te bereiken over plannen en voorstellen van de werkgroepen.

Ondanks de badinerende toon van veel berichtgeving en oproepen van bestuurders om het kamp te ontruimen kan Occupy Amsterdam nog steeds op veel steun rekenen. Bij veel publieke acties van de Occupanten blijven voorbijgangers staan, maken deze een praatje en nemen soms deel. Maar als Occupy wil overleven en uitgroeien tot een echte sociale beweging moet het verbreden en nieuwe steun verwerven. In zowel de VS als in Nederland loopt de beweging het risico zich teveel te richten op de interne ontwikkelingen: het runnen van een permanent tentenkamp is een ingewikkelde operatie waar veel tijd in gaat zitten. Nu al wordt een groot deel van de Algemene Vergaderingen besteed aan logistieke kwesties die zeker belangrijk zijn maar ook weinig inspirerend voor nieuwe mensen. En te grote fixatie op het kamp zelf heeft het gevaar in zich dat de beweging naar binnen draait en Occupy in de ogen van het publiek niet meer wordt dan een toeristenattractie.

Om zich te verbreden en open te stellen voor nieuwe mensen moet er allereerst contact gemaakt worden met andere mensen die ook al in beweging zijn. Dit betekent het organiseren van concrete, tastbare solidariteit. Een goed begin daarvan was 20 november toen Amsterdamse Occupanten zich aansloten bij stakende werknemers van het Openbaar Vervoer en het ‘Dag van de Verontwaardiging’ protest tegen de bezuinigen en de stakers onthaalden op warme ‘solidari-tea’. Die dag kwamen werknemers, vakbondsleden, occupanten, kunstenaars en anderen samen – het is dit soort coalities die in de toekomst versterkt moeten worden. Daarnaast is het nodig om een goed beargumenteerde kritiek op de economische verhoudingen te ontwikkelen, iets waar het de beweging op het moment nog aan ontbreekt.

Dit laatst wijst op zowel een van de sterkste als zwakste punten van de beweging. De openheid en het verlangen om de ‘99 procent’ te verenigden zijn verantwoordelijk voor een groot deel van het succes en heeft de beweging veel sympathie opgeleverd. Zonder aan die openheid af te doen is het nu tijd voor de beweging om duidelijk partij te kiezen en zich aan te sluiten bij al de andere mensen die in verzet komen tegen ongelijkheid en uitbuiting, hier en wereldwijd. Op die manier kan Occupy zowel zichzelf versterken als anderen helpen en verder groeien. Wij zijn de 99 procent, jullie zijn de 99 procent, samen zijn we de 99 procent!

Tags

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop