Wie was ... Willem Dolleman

Willem Frederik Dolleman werd op 29 juli 1894 geboren. Op 13-jarige leeftijd trad hij in de voetsporen van zijn vader en werd bakkersknecht. In Den Haag. Daar sloot hij zich aan bij De Zaaier, een radicaal linkse jongerenorganisatie met ongeveer 150 leden. In 1914 werd hij voorzitter van deze jeugdbond. Voor De Zaaier organiseerde hij acties tegen het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. Maar hij speelde ook mee in politiek opvoedende toneelstukken. En hij trapte, zelf supporter van het Haagse ADO, een balletje mee in potjes tegen de Leidse afdeling.
In 1915 overlijdt zijn elfjarige zusje aan tuberculose. Een ziekte die in de volksmond ‘de tering’ werd genoemd. Mensen met genoeg geld wisten meestal aan deze ziekte te ontsnappen door betere voeding, medicijnen en sanatoria. Willem is bedroefd én razend: ‘Met bleek pijnlijk gezichtje lag je op je sterfbed, de oogen gesloten. Even deed je ze open toen ik een kus - de laatste - op je voorhoofd drukte. Met je lieve blauwe oogen keek je me nog eenmaal aan, om ze enkele uren later voorgoed te sluiten. Arme kleine! Hooger slaan de vlammen van haat in mij op, ik zal je wreken! Met verdubbelde kracht en energie zal ik den strijdbijl hanteren en mocht ooit de vijand trachten met sluwe list mij van den juisten weg, den onverzoenlijken strijd af te houden, zal ik steeds denken aan jou, jouw korte leven en droeve dood!’
Een belofte waar Willem zich aan zou houden.

Energiek
Direct na de afloop van de Eerste Wereldoorlog trouwt Willem Dolleman met Meta Mater. Eén van de redenen is zichtbaar: vijf maanden later bevalt Meta van een zoon, Andries.
Willem is dan al actief geworden in de Sociaal Democratische Partij (SDP). De veel grotere Sociaal Democratische Arbeiders Partij (SDAP) is hem te gematigd. Samen met de latere partijleider van de Communistische Partij in Nederland (CPN), Louis de Visser, bestiert hij de Haagse SDP-afdeling. Ze zijn beiden bakker en lid van een vakorganisatie, alleen niet van dezelfde. Dolleman zit bij de bakkerbond van het revolutionaire Nationaal Arbeids Secretariaat (NAS) en De Visser zit bij het ‘moderne’ Nederlandsch Verbond van Vakvereenigingen (NVV). Een verschil dat na 12 jaar nauwe samenwerking aan een onherstelbare breuk tussen beide mannen zou bijdragen.
Willem is tomeloos energiek. Hij plakt affiches, kalkt leuzen, colporteert, schrijft en organiseert discussie-avonden en acties. Bijvoorbeeld tegen de krotwoningen in de stad, maar ook voor de bevrijding van Nederlands Indië. Bovendien bakt hij 60 uur per week brood voor anderen om het zelf op de plank te krijgen. Geen overbodige luxe, want binnen enkele jaren komen er in huize Dolleman nog twee monden bij: van zijn zonen Willy en Frans.

RSAP
In 1927 breken de NAS-communisten met de CPN. Willem Dolleman is één van hen. Henk Sneevliet, voorzitter van het NAS, is een ander. De anti-NAS-lijn van de CPN is overigens maar één van de redenen om uit de CPN te stappen. Het gebrek aan democratie, de opkomst van Stalin en de verguizing van Trotsky zijn voor Dolleman en Sneevliet evenzeer argumenten voor een breuk. Het betekent echter niet het einde van hun politieke activiteit. Samen zijn ze betrokken bij de oprichting van het Revolutionair Socialistisch Verbond (RSV) dat in 1929 opgaat in de Revolutionair Socialistische Partij (RSP). Willem zit in het partijbestuur van de RSP en in de redactie van haar orgaan De Baanbreker. Hij is nauw betrokken bij de fusie met de Onafhankelijke Socialistische Partij (OSP), een afsplitsing van de SDAP, waaruit in 1935 een nieuwe partij voortspruit: de Revolutionair Socialistische Arbeiders Partij (RSAP).
De RSAP kiest niet alleen voor de socialistische revolutie en zet zich niet alleen sterk af tegen kapitalisme en fascisme, ze keert zich ook heftig tegen reformisme en stalinisme.
De RSAP stelt echt iets voor: met Sneevliet in de Tweede Kamer, ongeveer 3.700 leden verdeeld over 94 afdelingen, 4 zetels in de Provinciale Staten en 23 zetels in verschillende gemeenteraden.
Willem Dolleman maakt deel uit van het partijbestuur van de RSAP. Maar hij zit ook in het Haagse afdelingsbestuur. En is actief in het NAS. Hij schrijft voor diverse bladen. En hij bakt nog steeds 60 uur in de week brood, is echtgenoot en vader. Zijn huis in de Schilderswijk is een trefpunt voor linkse activisten, zoals het latere PvdA-kamerlid Herman Drenth. Het is tevens een uitvalsbasis voor plak- en kalktochten en een centrum voor buurtactiviteiten. Er worden acties tegen de huurverhoging voorbereid, maar ook het optreden van een harmonie-orkest om ‘cultuur naar de arbeiders te brengen’.

Oorlog
Op 10 mei 1940 valt het Duitse leger Nederland binnen en vijf dagen later is de bezetting een feit. De sociaal-democraten van de SDAP en het NVV proberen nog geruime tijd ‘normaal’ door te gaan. Zelfs de CPN roept aanvankelijk op tot ‘een correcte houding tegenover de Duitse bezetting’. De RSAP daarentegen gaat onmiddellijk ondergronds. Ze doopt zichzelf om in het Marx-Lenin-Luxemburg-Front (MLL-Front) en gaat vanuit de illegaliteit met ongeveer vijfhonderd leden de strijd aan voor een democratisch socialisme. Willem Dolleman zit in de Centrale Leiding en is naast Sneevliet redacteur van Spartacus, de eerste gedrukte verzetskrant in Nederland die elke twee weken in een oplage van 5.000 verschijnt. In Spartacus, maar ook middels stickers, neemt het MLL-Front scherp stelling tegen de jodenvervolging. Zo levert ze een bijdrage aan de beroemde Februaristaking van 1941, waar de Amsterdamse CPN het initiatief voor nam.
Ondanks de Nazi-terreur eist Willem handhaving van de interne democratie binnen het MLL-Front. Hij botst daarbij met Sneevliet die niet meer wil discussieren over zijn mening dat de Sovjet Unie als progressieve kracht is afgeschreven. Als Dolleman dreigt het Front te verlaten, haalt Sneevliet bakzeil en wordt de discussie voortgezet. Willem doet meer. Hij onderhoudt contact met kameraden die worden opgepakt, slaagt er soms zelfs in die te voorzien van ‘een grote zelfgebakken boterkoek’ en ondersteunt hun familieleden.
Op 2 maart 1942 wordt hij zelf gearresteerd.

Executie
Willem Dolleman wordt samen met de andere leiders van het MLL-Front, waaronder Sneevliet, opgesloten in het hoofdkwartier van de Sicherheitsdienst (SD) in Amsterdam. Na een kort proces volgt het doodvonnis.
Een mede-gevangene beschrijft hun laatste uren op 13 april 1942: ‘Ongeveer zes uur ‘s morgens werd hun medegedeeld, dat het gratieverzoek was afgewezen ... en dat het vonnis aanstonds zou worden voltrokken. Sneevliet vroeg .. of ze zonder blinddoek mochten sterven. Dit werd toegestaan (...) en uit volle borst zongen toen zeven mannen, een uur voor hun dood ‘de Internationale’. Wat een melodie en wat een woorden (...) Ik schaam me niet dat ik huilde (...) Daarna werden ze in een auto geladen. Om twintig over negen viel het eerste salvo.’
De dood van Willem Dolleman was een groot verlies voor zijn familie en vrienden. De arbeidersbeweging verloor een onvermoeibare activist. Een eerlijk en moedig mens.

Rob Lubbersen

Dit artikel is een samenvatting van een hoofdstuk uit het onlangs verschenen boek Tesamen solidair in alle hoeken: drie eeuwen arbeidersbeweging door een Haags vergrootglas. Het boek is te bestellen bij uitgeverij “De Nieuwe Haagsche”. Een telefoontje naar Dick van der Toorn, 070-3694004, volstaat. Het boek kost 22 Euro.

Soort artikel

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop