Artikelen van Ander Europa
Nederland tekent VS-oekaze ‘bij het kruisje’
Fabels over arbeidsmarkt en arbeidsloon
“De ontsporing van de kosten is momenteel veruit het grootste probleem voor ondernemingen. De inflatie zit in België aan een niveau van meer dan 9%, wat er via de automatische loonindexering voor zorgt dat de loonkosten in ons land in 2022-2023 met ongeveer 11% zullen stijgen, 5 procentpunt sneller dan in onze buurlanden. Dat brengt een loon-prijsspiraal op gang die nu al volop zichtbaar is, aangezien ook de onderliggende inflatie (excl. energie en verse voeding) nu al boven 5% ligt. De opnieuw toenemende loonkloof met het buitenland zal onze marktaandelen doen dalen, ons land minder aantrekkelijk maken voor buitenlandse investeringen en nieuwe delokalisaties teweegbrengen.”
U moet er niet aan twijfelen, beste lezer, hier zijn de Belgische ondernemers aan het woord, met name het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO in juli 2022). Alhoewel hun ondernemingen vaak onderlinge concurrenten zijn, zijn ze een verenigd front tegen de werknemers, in hun streven om de lonen zo laag mogelijk te houden, tot en met door wettelijke maatregelen van de overheid. De ‘vergelijking met de buurlanden’ speelt hierin vaak een belangrijke rol: we verliezen terrein, onze concurrentiepositie is in gevaar, etc. Dat hetzelfde argument ook in dat buitenland gebruikt wordt stoort blijkbaar hun gevoel voor logica niet. In een goed van cijfermateriaal voorziene studie, Sociaal-economische barometer 2022, weerlegt het Algemeen Belgisch Vakverbond (ABVV) een hoop mythes. We pikten er een aantal grafieken uit, vooral waar er vergelijkingen met de buurlanden worden gemaakt. ‘Loonhandicap’ Een veel gehoord argument, vooral in België met zijn automatische indexering, is de ‘stijging van de lonen’, de ‘loonhandicap’. ” De lonen stijgen met 10%! ”, klinkt het onheilspellend. In werkelijkheid echter is in 2022 het reële loon, de koopkracht, gedaald: Noteer dat de cijfers komen van ‘gerespecteerde’ bronnen als de Nationale Bank van België, de OESO en het Centraal Planbureau. Het verlies aan koopkracht lag in België (2%) onder het Europees gemiddelde (4%), en dat van Nederland (6%) en Duitsland (5%) een pak erboven, wat een aansporing moet zijn voor de vakbonden aldaar om de loonstrijd in een hogere versnelling te schakelen. Maar uit de grafiek blijkt ook dat de Franse reële lonen minder teruggelopen zijn dan de Belgische; loonindexering is één ding, maar men kan vermoeden dat het sociaal verzet er ook voor veel tussen zit. In de ABVV-studie kan men over die Belgische loonindexering ook lezen dat die voor meer dan 37% van de werknemers slechts één maal per jaar doorgaat, en dat maandelijkse aanpassing slechts bij 0,7% voorkomt. Als men de term ‘loonhandicap’ wil gebruiken is die eerder van toepassing op de werknemers; want als een loonindexering een jaar op zich laat wachten betekent dit een handicap die men jaar na jaar met zich meesleept. Vergelijkingen lopen mank, vooral als die vervalst worden Bij de vergelijking van de ‘loonkost’ met de buurlanden is er één post die uit de berekeningen weggehouden wordt: de loonsubsidies en tegemoetkomingen van de overheid. In een andere vakbondsstudie (ACV, De maximale loonmarge) lezen we dat in 2019 voor 2,77 miljard € bijdrageverminderingen aan de sociale zekerheid, of 1.55 % van de totale loonmassa, niet meegerekend wordt voor de berekening van de evolutie van de uurloonkost. De totale loonkostsubsidies waar geen rekening mee gehouden wordt liepen in 2019 op tot 8,38 miljard € of 4.66% van de loonmassa. Nu gebeurt dat weglaten van deoverheidstegemoetkomingen uit de statistieken ook in de buurlanden, maar het ACV berekende dat het gemiddelde van de loonsubsidies in de referentielanden slechts 1.22% van de loonmassa bedraagt. “Samen wordt dus 4.99% van de loonmassa aan kortingen voor de werkgevers ten onrechte niet verrekend bij de vergelijking van de uurloonkostevolutie”, aldus de studiedienst van de christelijke vakbond. Het is interessant dat de ABVV-studie de evolutie over de jaren van deze ‘statistiekvervalsing’ weergeeft. Het is blijkbaar in België dat het uitgestoken patroonshandje het best gevuld wordt: Als het, vanuit ondernemersstandpunt, zo hachelijk zou zijn om in België te opereren, het land waar - hou je vast - de lonen min of meer gekoppeld worden aan de levensduurte, en waar er toch regelmatig wat gestaakt wordt [1], dan zou dat waarschijnlijk toch blijken uit het eindresultaat, namelijk de winst? Wat zeggen de cijfers? Een brutowinstmarge al jaren in stijgende trend, voorlopig culminerend rond de 45%: Maar zoals men weet kijken ondernemers vooral naar de comparatieve voordelen. Ook op dat vlak zitten ze in België blijkbaar niet zo slecht: De ‘werkzaamheidsgraad’ “De werkzaamheidsgraad moet omhoog, in België wordt er in vergelijking veel te weinig gewerkt!” Sinds vele jaren is die werkzaamheidsgraad ook een graadmeter voor de Europese Commissie om te zien in hoeverre de arbeidsmarkt ‘gemoderniseerd’ is. Te royale werkloosheidsvergoedingen en uitstapregelingen zijn natuurlijk nefast voor het arbeidsethos! Op naar minstens 80% om onze toekomst veilig te stellen! En in België bedraagt die maar 70,6%. België, kijk naar je noorderburen, in Nederland bedraagt die 81,7%! Maar ook hier is het raadzaam om te kijken wat achter een statistiek schuilt. Voor Eurostat, de statistische dienst van de Europese Unie, wordt men als ‘werkend’ beschouwd van zodra men 1 (één) uur tegen een vergoeding gewerkt heeft in een referentieweek. Maak dus van een voltijdse job twee halftijdse en je werkzaamheidsgraad gaat automatisch omhoog! Hetzelfde statistisch wonder gebeurt als een werkloze een paar uurtjes voor Uber rondrijdt. De werkzaamheidsgraad zegt dus weinig over het verzette werkvolume, eerder over de mate waarin slechte banen gecreëerd worden. Als men het vanuit het oogpunt van dat werkvolume bekijkt, met andere woorden het aantal ‘voltijds equivalenten’ berekent, dan blijkt de werkzaamheidsgraad in België en Nederland zo goed als even groot te zijn, zelfs met een zeker overwicht voor België… 'Fake news’ Het is, hopelijk, duidelijk geworden dat statistieken die door overheden of grote sociale spelers zoals werkgevers worden gehanteerd [2] met de nodige omzichtigheid moeten bekeken worden. Men moet van hen ook niet verwachten dat ze het publiek duidelijk zullen informeren over hun eigen ‘partizane’ voorstelling van zaken. De Europese Unie bijvoorbeeld creëerde een anti- desinformatie site, helemaal gewijd aan het doorprikken van Kremlin-propagandastukken, maar geeft natuurlijk geen kik over de eigen neoliberale propaganda. Dit probleem zou, volgens gangbare overtuigingen, moeten opgenomen worden door de ‘onafhankelijke’ media, kwaliteitskranten, openbare zenders en dies meer. Er is echter weinig van terug te vinden. Weinig journalisten zeggen wat in de EU verstaan wordt onder ‘werkzaam’, weinigen zeggen hoe ‘loonkostenhandicaps’ berekend worden, en zelfs wat het verschil is tussen reëel loon en nominaal loon. In de media probeert men niet te liegen, maar de waarheid te vermijden. [1] Er verscheen onlangs een interessant Europees overzicht over stakingen en ‘verloren’ werkdagen; zie hier. [2] Sommige lezers zullen misschien - terecht - opmerken dat ook vakbonden grote sociale spelers zijn; moeten hun standpunten dan ook niet kritisch bekeken worden? Mijn antwoord is volmondig ja, en dat gebeurt op deze site ook regelmatig. Zie bijvoorbeeld a, b of c.Over de ‘strategische soevereiniteit van de EU’
Duitsland en Frankrijk streven naar meer "Europese soevereiniteit" en willen "de EU als geopolitieke speler versterken", aldus een Frans-Duitse verklaring die op 22 januari in Parijs is gepubliceerd ter gelegenheid van de plechtigheid bij de 60e verjaardag van de ondertekening van het Élysée-verdrag *. De verklaring voorziet in militaire steun voor Oekraïne "zo lang als nodig is", kondigt nieuwe bewapeningsprojecten aan en een Frans-Duitse oefening in de "Indo-Pacific" *. Dit is ook het gevolg van de ernstige tegenslagen van Duitsland in zijn rivaliteit met de Verenigde Staten, waaronder zijn toenemende militaire afhankelijkheid en de dreigende deïndustrialisatie door delocalisatie naar de VS. Volgens de Franse publicist Emmanuel Todd gaat de huidige mondiale machtsstrijd - "de Derde Wereldoorlog is begonnen" - ook over Duitsland. De Duitse bondskanselier Olaf Scholz voorziet de opkomst van een "multipolaire wereld", waarin Duitsland en de EU als sterke militaire machten een leidende rol zullen spelen.
Tegenslagen in de transatlantische rivaliteit De ontwikkeling van de relatie tussen Duitsland en de Verenigde Staten is grotendeels de reden voor de roep voor 'Europese soevereiniteit' in de Elysée-verklaring. In zijn rivaliteit met Washington heeft Berlijn het afgelopen jaar een aantal ernstige tegenslagen geleden. Enerzijds staat de transatlantische alliantie in het Oekraïne-conflict op militair vlak duidelijk onder leiding van de NAVO, en dus van de VS. Op economisch vlak is de Duitse economische afhankelijkheid t.o.v. de VS toegenomen door de beëindiging van alle economische banden met Rusland, en omvat de nieuwe afhankelijkheid van Amerikaans vloeibaar gas, LNG. [1] Dit laatste is permanent verzekerd door de beschadiging van de Nord Stream pijpleidingen. Zelfs leden van het Berlijnse regeringsapparaat zijn intussen begonnen - off the record - westerse mogendheden van de misdaad te beschuldigen.[2] Parallel daaraan is de regering Biden met haar honderden miljarden dollars aan investeringsprogramma's begonnen op grote schaal industrieën uit Europa, vooral uit Duitsland, aan te trekken. Bedrijfskringen waarschuwen voor de deïndustrialisatie van Duitsland.[3] Er zijn bijkomende factoren, niet in het minst het feit dat een groot deel van het wapenpakket van 100 miljard euro van Berlijn niet naar de Duitse maar naar de Amerikaanse wapenindustrie gaat.[4] Berlijn verliest - Washington wint. Washington tegen Berlijn Onlangs maakte de Franse publicist Emmanuel Todd een scherpe beoordeling van de situatie. Todd had naam gemaakt met de publicatie van zijn boek "After the Empire: The Breakdown of the American Order" in 2002.[5] Een gesprek tussen Todd en Jürg Altwegg, een auteur van de Frankfurter Allgemeine Zeitung (FAZ), werd gepubliceerd in de Weltwoche, een rechts, sterk Zwitsers georiënteerd weekblad. Volgens Todd gaan de huidige internationale conflicten - "de Derde Wereldoorlog is begonnen" - niet in de laatste plaats over Duitsland.[6] Verwijzend naar Amerikaanse strategen als Zbigniew Brzezinski,[7] legde de Franse publicist uit dat Washington al jaren probeert elke vorm van "toenadering" tussen Berlijn en Moskou te onderbreken. Dit komt overeen met de Amerikaanse inspanningen om Duitsland "los te koppelen van Russisch gas", wat werd bereikt met de sloop van de Nord Stream pijpleidingen. Al met al staat Berlijn onder druk van een door de VS gedomineerde "as Washington-Londen-Warschau-Kiev". Duitslands "overheersende rol in Europa" is al "verleden tijd", aldus Todd. Er is slechts één kwestie waar de Duitse regering zich tegen verzet: zoals kanselier Scholz' reis naar China aantoonde, weigert Duitsland de banden met de Volksrepubliek China te verbreken. De multipolaire wereld De afgelopen maanden heeft Scholz herhaaldelijk geprobeerd verbaal de nadruk te leggen op alternatieven voor de groeiende eenzijdige afhankelijkheid van de VS. Zo verkondigde hij in december in een regeringsverklaring aan de Bondsdag over de huidige mondiale verschuiving van het machtsevenwicht, dat "het idee van een bipolair tijdperk, waarin alles draait om de VS en China, voorbijgaat aan de mondiale realiteit".[8] Al in september had hij in een interview voorspeld dat de wereld "multipolair" zal zijn. Er zullen "veel machtige naties" zijn, waaronder Aziatische naties zoals Japan, India, Indonesië of Vietnam, maar ook "succesvolle naties in Afrika en in Zuid-Amerika."[9] Begin dit jaar had Scholz in een internationaal opgemerkt artikel in het Amerikaanse tijdschrift Foreign Affairs verklaard dat in de huidige opkomende multipolaire wereld "Duitsers van plan zijn om binnen de Europese Unie een pleitbezorger te zijn van multilaterale oplossingen voor mondiale problemen" (…) Dit is de enige manier voor Duitsland om succesvol door de geopolitieke breuklijnen van onze tijd te navigeren."[10] In dit verband voegde Scholz eraan toe: "De opkomst van China rechtvaardigt niet dat Peking wordt geïsoleerd, of dat de samenwerking wordt beperkt." Deze verklaring staat haaks op het beheersingsbeleid (‘containment’) van de VS ten opzichte van de Volksrepubliek China. "Vorm geven aan de internationale orde" Volgens Scholz is het handhaven van een grotere mate van autonomie van primair belang voor Berlijn en de EU in de opkomende ‘multipolaire wereld’. Het is nodig om "een grotere autonomie voor Europa en het geopolitieke vermogen om de internationale orde vorm te geven te waarborgen," schrijft Scholz samen met de Franse president Emmanuel Macron in een opiniestuk gepubliceerd in het voorbije weekend, net voor de viering van de 60e verjaardag van het Élysée-verdrag in Parijs. [11] In de Frans-Duitse verklaring van 22 januari verklaren ze dat ze samen zullen werken aan een Europese Unie die "veerkrachtiger en duurzamer is en beter in staat zelfstandig op te treden" dan nu het geval is.[12] Het doel is "de strategische soevereiniteit van Europa te versterken" en "de economische, industriële en technologische basis van Europa veerkrachtiger, concurrerender en efficiënter te maken." Kortom, het doel is "een echte Europese soevereiniteit". "Het sterkste leger in de EU" Het streven naar ‘Europese soevereiniteit’ is gekoppeld aan een duidelijk oorlogs- en bewapeningsbeleid. De Frans-Duitse verklaring stelt dat zij "onwrikbare steun zullen blijven betuigen aan Oekraïne" op alle mogelijke gebieden, met name op politiek, economisch en cultureel vlak.[13] Militaire steun is expliciet opgenomen; niet genoemd is evenwel diplomatieke steun voor het bereiken van een via onderhandelingen tot stand gekomen regeling. "Versterking van de Europese defensiecapaciteit is bijzonder cruciaal." Dit sluit aan bij nieuwe inspanningen om de respectieve nationale strijdkrachten op te bouwen. President Macron heeft onlangs een drastische verhoging van het militaire budget van zijn land aangekondigd - tot een totaal van 400 miljard euro voor de periode van 2024 tot 2030.[14] (In een vergelijkbare periode van 2019 tot 2025 bedroeg het militaire budget 295 miljard euro.) Parijs volgt daarmee Berlijn, dat ook zijn militair budget massaal heeft verhoogd. Inmiddels bedraagt de geëiste verhoging niet 100 maar 300 miljard euro.[15] Onder verwijzing naar de Berlijnse plannen om het defensiebudget te verhogen, zei de Duitse minister van Defensie Boris Pistorius dat Duitsland "de grootste nationale economie van Europa" is. "Daarom moeten we er ook naar streven het sterkste en best uitgeruste leger in de EU te hebben." Hij noemde het zijn "job" om "de koers uit te zetten om de Zeitenwende* te doen slagen". (*) German-Foreign-Policy.com wordt gerealiseerd door een groep onafhankelijke journalisten en sociale wetenschappers die “permanent de hernieuwde pogingen van Duitsland opvolgen om terug een hoge machtsstatus te verwerven op economisch, militair en politiek vlak.” De meeste artikels zijn zowel in het Duits als het Engels beschikbaar. Voor de vertaling maakten we ook gebruik van de gratis versie van DeepL. * Elysée-verdrag: Frans-Duits vriendschapsverdrag, op 22 januari 1963 in het Elysée ondertekend door kanselier Adenauer en president de Gaulle. * Indo-Pacific: Dit is eerder een geostrategische dan een geografische term. Het slaat op de enorme ruimte die de Stille en de Indische Oceaan omvat, en die reikt van de Amerikaanse westkust tot de Afrikaanse oostkust. Betrokken gebieden zijn dus zowel China, Indochina als het Indisch subcontinent, Australië zowel als Oost-Afrika en de Perzische Golf. De term wordt in de eerste plaats gebruikt in verklaringen van de Verenigde Staten in verband met hun China-strategie (zie o.a. AUKUS), en werd ook meer en meer overgenomen in EU-verklaringen. * Zeitenwende: Duits voor ‘ommekeer’, ‘ommezwaai’, ‘keerpunt’. De term werd uitdrukkelijk gebruikt door Bondskanselier Olaf Scholz in een redevoering voor de Duitse Bondsdag op 27 februari 2022, drie dagen dus na de Russische inval in Oekraïne. Scholz bestempelde deze inval als een ‘keerpunt in de geschiedenis van ons continent’, wat inhoudt dat de naoorlogse Duitse terughoudendheid inzake militaire buitenlandse inzet moet verlaten worden. Scholz bevestigde er ook de extra-injectie van 100 miljard € in het Duitse leger. [1] Zie ook Die Flüssiggas-NATO. [2] Zie ook Crime Scene Baltic Sea. [3] Zie ook In “Systemic Competition” with the USA. [4] Zie ook Führungsnation im Krieg. [5] Emmanuel Todd: Après l‘empire. Essai sur la decomposition du système américain. Paris 2002. [6] Jürg Altwegg: „In diesem Krieg geht es um Deutschland”. weltwoche.ch 07.01.2023. [7] Vgl. Zbigniew Brzezinski: The Grand Chessboard. American Primacy and Its Geostrategic Imperatives. New York 1997. [8] Regeringsverklaring van Bondskanselier Olaf Scholz over de Europese Raad van 15-16 december 2022 voor de Duitse Bondsdag op 14. december 2022 in Berlijn. [9] Scholz: Deutsche Waffen haben Erfolge der Ukraine ermöglicht. deutschlandfunk.de 18.09.2022. [10] Olaf Scholz: The Global Zeitenwende. Foreign Affairs, January/February 2023. [11] Emmanuel Macron, Olaf Scholz: Sieben Ziele zur Stärkung der EU. Frankfurter Allgemeine Zeitung 21.01.2023. [12], [13] Deutsch-Französische Erklärung. Paris, 22. Januar 2023. [14] Regierung in Frankreich kündigt deutliche Erhöhung der Militärausgaben an. deutschlandfunk.de 20.01.2023. [15] Zie ook „Wie die USA im Zweiten Weltkrieg”. [16] Pistorius: Bundeswehr soll stärkste Armee der EU werden. n-tv.de 22.01.2023.‘Een bajonet is een wapen met een arbeider aan elk uiteinde’
verschenen op 23 januari bij Counterfire. Deze tekst is een (iets verkorte ) weergave van L. German's column van 23 januari 2023. Vertaling door Ander Europa. Met dank aan Counterfire voor de toelating tot vertaling en publicatie.
[caption id="attachment_22371" align="aligncenter" width="700"] Foto: Cassowary Colorizations / Flickr / CC BY 2.0 [/caption] Oorlog is de voortzetting van politiek met andere middelen, zoals de beroemde Pruisische generaal Carl von Clausewitz zei. We zien dit heel duidelijk bij de oorlog in Oekraïne. Oorlog leidt niet tot een opschorting van de normale politiek, maar tot een versnelling van bepaalde trends en tendensen, terwijl tegelijkertijd bepaalde andere politieke stromingen tegenslagen of nederlagen lijden. Met name oorlog - althans in het beginstadium - heeft de neiging de rechterzijde, de aanhangers van militarisme en imperialisme te bevoordelen. Het is ook een moment waarop de hoofdrolspelers hun eigen binnenlandse positie kunnen versterken en de democratische oppositie verzwakken. We hebben dit gezien bij de heersers van zowel Rusland als Oekraïne: Poetin onderdrukt de anti-oorlogsbeweging en de oppositie, terwijl Zelenski veel vakbonden heeft verboden en links heeft aangevallen. Hier in Groot-Brittannië is er een enorme inspanning van de staat en de media ter versterking van de militaire uitgaven, de NAVO en een regering die het voortouw heeft genomen bij het voeren van oorlog en het verhinderen van elke mogelijkheid tot vrede. Zij heeft ook geprobeerd de oorlog op de meest lage manier te gebruiken - door Poetin de schuld te geven van de crisis in de kosten van levensonderhoud, terwijl het duidelijk is dat de voedsel- en energieprijzen al voor de oorlog stegen, door te zeggen dat stakende verpleegsters Poetin in de kaart spelen, en door het conflict te gebruiken om te proberen de militaire uitgaven, die al de hoogste in Europa zijn, te verhogen. De regering wordt nu geconfronteerd met de grootste ripostering van de arbeidersklasse in meer dan drie decennia. Op 1 februari zullen ongeveer een half miljoen vakbondsleden in heel Groot-Brittannië gaan staken om loonsverhoging te eisen en de arbeidsomstandigheden te verdedigen. De regering zal er alles aan doen om te liegen, te verdraaien en te bedriegen over de echte problemen, en zal de oorlog gebruiken om te proberen haar falen in de financiering van gezondheidszorg en onderwijs te rechtvaardigen. De kwesties van oorlog en vrede, imperialisme en militair avontuur kunnen niet los worden gezien van de kwesties van bezuinigingen en loonmatiging. Dit was een terugkerend thema op de conferentie The World at War: a trade union issue die zaterdag in Londen plaatsvond, georganiseerd door Stop The War en gericht naar de vakbonden. In Groot-Brittannië, een van de landen die het meest uitgeven aan wapens, de oudste imperiale macht en bezitter van kernwapens, zijn internationale kwesties binnenlandse aangelegenheden en niet iets wat daar los van staat. De vakbonden hebben een lange geschiedenis van campagne voeren voor vrede en tegen oorlog. Toen in 2001 de Stop the War Coalition werd opgericht, kreeg deze al snel de steun van verschillende belangrijke vakbonden in haar verzet tegen de ‘oorlog tegen het terrorisme’. In de huidige oorlog is de vakbondsopinie veel meer verdeeld, waarbij delen van links ervoor pleiten dat de regeringen meer wapens naar Oekraïne sturen en volledig tegen vredesbesprekingen zijn. Dit heeft de rechterzijde in de arbeidersbeweging de kans gegeven het reactionaire beleid te promoten. Het is moeilijk voor te stellen dat, zonder de oorlog in Oekraïne, de motie gesteund zou geweest zijn die in oktober vorig jaar door de Trades Union Congress [Britse vakbond] werd aangenomen, waarin wordt opgeroepen tot een verhoging van de ‘defensie’-uitgaven. Het is ook tegen de achtergrond van de Oekraïne-oorlog dat men het veto van Keir Starmer [de rechtse Labour leider, opvolger van Jeremy Corbyn] moet zien, waardoor Labour-parlementsleden Stop The War niet mogen steunen. Dat betekent schandelijk genoeg dat geen enkel Labour-parlementslid zich zal aansluiten bij een Stop The War platform, of kritiek zal leveren op de NAVO. Op deze golf surft Starmer verder, hij zette de heksenjacht in op mensen ter linkerzijde en eiste loyaliteit aan elk aspect van het Britse imperialistische project. Steun voor de oorlog en voor meer wapenuitgaven, voor o.a. gevechtstanks en ander zwaar wapentuig, veroorzaakt nu politieke twisten in heel Europa. Rechtse regeringen maken gebruik van hun voordeel om links te verzwakken, en links zelf is verdeeld. In Duitsland zijn de Groenen het strijdlustigst en ze oefenen druk uit op de sociaal-democratische coalitiepartner om Leopard-tanks naar Oekraïne te sturen, en om anderen, zoals Polen, toe te staan dat ook te doen met zijn in Duitsland gebouwde tanks. Maar veel Duitsers, hun eigen geschiedenis indachtig, zijn daar zeer weigerachtig over. En in Denemarken stelt de regering voor een feestdag af te schaffen om de defensie-uitgaven te verhogen, wat op massaal verzet stuit van vakbonden en kerken. Beschamend genoeg behoren links en de liberalen tot de meest pro-oorlogsgezinden, en ze eisen nog meer. Simon Tisdall schrijft in de laatste van zijn virulente Observer columns dat "de vrees voor een escalerend, zelfs nucleair conflict, meestal geuit door de Duitse regering, dagelijks wordt overtroffen door de gruwel van Poetins meedogenloze slachtpartij.” Nee, een nucleair conflict zou álles overtroeven wat we in deze oorlog hebben gezien! Steun aan het oorlogsstreven van onze eigen heersende klasse verzwakt de arbeidersbeweging. Daarom hebben we alles in het werk gesteld om de motie van de TUC te verwerpen, die in feite de bezuinigingen goedkeurt op andere, veel belangrijker gebieden van de overheidsuitgaven, zoals gezondheidszorg en lokale overheden. Dat is ook de reden waarom de vele vakbondsleden die het woord voerden, allemaal op 1 februari zullen staken of de stakers zullen steunen, maar ook tijdens de stakingen en demonstraties kwesties van oorlog en vrede aan de orde zullen stellen. Verschillende sprekers op de conferentie verwezen naar de uitspraak van de Schotse socialist John Maclean dat een bajonet “een wapen is met een arbeider aan beide uiteinden”. Mensen uit de arbeidersklasse hebben niets te winnen bij een imperialistische oorlog, en we moeten noch de invasie van Rusland noch de proxy-oorlog van de NAVO in Oekraïne steunen. (*) Lindsey German is kampanjeleider van de Britse Stop The War Coalition, en schrijft een wekelijkse column voor Counterfire. Deze tekst is een (iets verkorte ) weergave van haar column van 23 januari 2023. Met dank aan Counterfire voor de toelating tot vertaling en publicatie.Boekbespreking: Putin’s wars
Geen Leopard 2 voor Oekraïne (voorlopig)
EU in dubio
Ongelijkheid, superrijken, armoede en honger in de wereld
- Voor de eerste maal in een kwart eeuw stijgen extreme armoede en extreme weelde terzelfder tijd;
- sinds 2020 heeft de welvarendste 1% van de wereldbevolking bijna twee keer zoveel van de rijkdomstijging binnengehaald dan de overige 99% $;
- 95 voedsel-en energieconcerns maakten 306 miljard $ extra-winsten in 2022, waarvan 84% uitbetaald werd aan de aandeelhouders;
- 828 miljoen mensen, 10% van de wereldbevolking, lijden honger;
- op zijn minst 1,7 miljard werkenden leven in landen waar de inflatie hoger ligt dan de groei van hun loon.
Wat steekt achter het handjesschudden’ van NATO en EU ?
“Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk zijn de landen gebleven met de beste militaire troeven in Europa, en ze hebben de leiding genomen van de Europese defensieorganisatie, initiatieven en projecten. De drie landen treden op als het Europees defensie triumviraat, en worden daarom ook bijgenoemd de ED3. Ondanks de uittrede van het Verenigd Koninkrijk uit de EU, bleven de drie landen op één lijn staan omdat ze sterker zijn samen. Parallel met de deelname van het VK in de ED3 ontwikkelde de Europese strategische autonomie zich op een manier die complementair is met de NAVO, met een goede coördinatie tussen de twee organisaties. De aanwezigheid van het VK in de ED3 heeft Washington gerustgesteld dat de Europese strategische autonomie zich zal ontwikkelen op een manier die de NAVO aanvult en de trans-Atlantische samenhang bewaart, al behouden Parijs en Berlijn twijfels over de verdeelde prioriteiten van het Verenigd Koninkrijk en hun speciale banden.”
RAND denkt dus dat de Europese ‘strategische autonomie’ vrij onschuldig is, maar raadt het Witte Huis toch aan waakzaam te blijven. IRA IRA staat hier niet voor het Iers Republikeins Leger van weleer, maar voor de ‘Inflation Reduction Act’, een wetgevend initiatief van Joe Biden goedgekeurd half augustus 2022. De bedoeling is om de VS-economie op te krikken door o.a. klimaatinvesteringen, lagere prijzen (onder andere op medicamenten), en een zekere belastinghervorming. Het doet gedeeltelijk denken aan EU-initiatieven als het Europese Covid Herstelfonds (Recovery and Resilience Facility, RRF), met de mobilisatie van ongeveer evenveel geld (RRF: 750 miljard € subsidies en leningen, IRA: 750 miljard $). Maar Biden’s IRA trekt zich van de in Europa zo geprezen ‘eerlijke concurrentie’ en het ‘gelijke speelveld’ (level playing field) niets aan, en gaat voluit voor Buy America. Een elektrische auto kan bijvoorbeeld tot 7500 $ subsidie krijgen, maar op voorwaarde dat hij in de Verenigde Staten geproduceerd werd. De Europese autobouwers voelen zich bedreigd, en de Europese Commissie vreest dat bedrijven uit Europa zullen wegtrekken om over de Oceaan van het Amerikaanse manna te kunnen genieten. Europees protest heeft tot nog toe niet veel uitgehaald, en het is een zoveelste frustratie voor de grootmachtambities van de Europese leiders. Twee jaar geleden kregen ze nog een dreigbrief uit het Pentagon dat met sancties dreigde als Amerikaanse wapenbedrijven niet zouden kunnen meeprofiteren van het Europees Defensiefonds… Nordstream Het is te betwijfelen of we vlug zullen weten hoe de reeds vermelde EU-NAVO werkgroep ‘tot versterkte bescherming van kritische infrastructuur’ tot stand kwam. De verklaring van 10 januari bevat zo weinig concreets dat de aankondiging van een gemeenschappelijke werkgroep er niet slecht zou bij gestaan hebben. Maar dat gebeurde dus pas in een aparte verklaring de dag erop, voorgesteld door Stoltenberg en von der Leyen alleen, zonder Michel, de vertegenwoordiger van de lidstaten. Natuurlijk is de ‘bescherming van kritische infrastructuur’ een codewoord voor de sabotage van de Nord Stream pijplijn, een onderwerp dat in de Europese hoofdkwartieren in zedig stilzwijgen en geheimhouding wordt gehuld. Terwijl alle evidentie wijst in de richting van Washington als uitvoerder, mede-uitvoerder, opdrachtgever of helper van dit ‘industrieel terrorisme’, met vol medeweten van de hoogste NAVO kringen, werd door de EU doodleuk besloten om samen met de NAVO er iets aan te doen. Vond men dit in Parijs, Berlijn en elders toch wat te verregaand, en hield Michel zich daarom afzijdig? China Zoals al vermeld in de paragraaf over AUKUS stellen de Verenigde Staten zich steeds agressiever op tegenover China, maar bij het AUKUS-bondgenootschap dat ze daarvoor sloten werd de EU niet betrokken. Daarover bestaan verschillende hypotheses. Volgens sommigen willen de VS dat de EU zich met de ‘nevenkwestie’ Rusland bezighoudt, terwijl ze het ‘serieuzere werk’ – China – liever zonder inmenging plant. Of misschien wil Washington de meningsverschillen onder ‘partners’, die hoogstwaarschijnlijk zouden blijken als het tot een gewapend optreden zou komen (bijvoorbeeld rond Taiwan) niet al te ostentatief naar buiten laten komen. De lage dunk die de VS heeft over het Europees militair potentieel kan ook meespelen. Maar het kan ook zijn dat de uitsluiting maar tijdelijk is, en dat men wat wacht tot de verontwaardiging over de ‘onderzeeër coup’ is gaan liggen. In dat geval zou de EU (na de beëindiging van de oorlog in Oekraïne?) naderhand kunnen gevraagd worden om het AUKUS-gezelschap te vervoegen. Zal de EU daarin meegaan? Niet met zekerheid te zeggen, maar waarnemers wijzen erop dat de verklaring van 10 januari voor de eerste maal de Chinese ‘groeiende assertiviteit’ vermeldt. De term ‘assertiviteit’ is ongetwijfeld een compromis, omdat niet alle Europese partners van het Atlantisch bondgenootschap uit zijn op een ramkoers met China. Zo tekende Hongarije enkele maanden geleden nog een samenwerkingsakkoord met Peking, en Duitse ondernemers waarschuwen al voor de gevolgen van een anti-Chinese koers, waar vooral de Grünen op aandringen. De toekomst van de ‘strategische autonomie’ China zou dus wel eens de toetssteen kunnen worden die aangeeft welke richting het buitenlandbeleid van de EU uitgaat. Officieel streeft dat nu een ‘strategische autonomie’ na, zoals de Commissie von der Leyen bij haar aantreden aankondigde, en wat ook de wens lijkt te zijn van de Franse president Macron. Maar hoe realistisch is deze droom van een deel van de EU-elite? We stipten al aan hoe in tal van dossiers er onenigheid is tussen lidstaten, wat het onwaarschijnlijk maakt dat de EU zich als geostrategische grootmacht op de kaart kan zetten. Inderdaad, hoeveel schiet er over van de Europese strategische autonomie als op het grondgebied aanslagen op infrastructuurwerken gepleegd worden die men niet eens kan/mag/wil onderzoeken? Welke grootmacht zou het toelaten dat er op het grondgebied kernraketten worden opgesteld (in België, Nederland, Duitsland en Italië) waarover alleen een vreemde mogendheid het voor het zeggen heeft? Waar een deel van de lidstaten meer oor heeft voor die vreemde mogendheid dan voor het eigen hoofdkwartier? En waar een vreemde mogendheid geheime folterkamers installeert zonder dat er een diplomatieke rel over ontstaat? Het is ook onwaarschijnlijk dat de EU als unie van 27 lidstaten een geostrategische wereldspeler, een grootmacht wordt als ze met unanimiteit onder 27 regeringen moet beslissen. Er is echter een andere mogelijkheid, die voorzichtigheidshalve ook in de Europese verdragen werd voorzien: allianties on specifieke domeinen van een beperkt aantal lidstaten in een ‘permanente gestructureerde samenwerking’, bekend als PESCO (Permanent Structured Cooperation). Zo wordt unanimiteit vermeden, maar de toegang tot de Europese geldpotten en instituties blijft open. PESCO wordt nu al toegepast in tal van militaire initiatieven. Een bijkomend ‘voordeel’ is o.a. dat het Europees parlement helemaal buiten het PESCO-gebeuren staat. Vooruitzichten? Uit wat voorafgaat wordt wel duidelijk dat het hachelijk is om prognoses te maken over de evolutie van de EU in de komende periode. Meer keuzes dringen zich op in een steeds conflictvoller wereld, wat de onenigheid binnen de ‘Unie’ alleen kan vergroten. Tot nog toe had het ‘Oude Europa’ het voor het zeggen binnen de EU, maar de oorlog in Oekraïne toonde ook een toenemende rol van het ‘Nieuwe Europa’, dat zich samen met Groot-Brittannië vaak oriënteert naar de ‘strategische hegemonie’ van Washington. Maar zelfs binnen het ‘Oude Europa’, en nog wel binnen de ‘Frans-Duitse tandem’, de ‘motor van de Europese integratie’, blijkt de eensgezindheid vaak heel gering te zijn. Het meest ambitieuze militaire samenwerkingsproject binnen de EU is FCAS, het ‘wapensysteem van de toekomst‘ gebaseerd op ‘zesde generatie gevechtsvliegtuigen’, zwermen drones en ondersteuning vanuit de ruimte. Of het er komt (we hopen natuurlijk van niet) is niet zo zeker, want de Frans-Duitse industriële samenwerking (Airbus-Dassault) stuit op de economische concurrentie tussen de twee groepen en staten, wat eigenlijk te verwachten is in een Unie die precies op economische concurrentie gebaseerd is. Ook op andere vlakken blijken de twee bestuurders van de tandem verschillende wegen te willen opgaan, wat de koers van een dergelijk voertuig eerder onzeker maakt. En voor de linkerzijde? Een mogelijke conclusie uit dit alles zou kunnen zijn dat de EU alle obstakels uit de weg moet ruimen die haar verhinderen een échte grootmacht te worden: afschaffen van de unanimiteitsregel, een werkelijke integratie van de 27 nationale legers, emancipatie ten opzichte van de Amerikaanse ‘schoonmoeder’, de ongecomplexeerde promotie van een eigen militair-industrieel complex, enzovoort. Aspecten van zulke optie vindt men niet alleen bij de rechtse partijen en ideologen, maar ook bij meer progressieve ‘europeanisten’, sociaaldemocraten, groenen, en ook bij sommige radicaal linksen. De Duitse politicus Oskar Lafontaine, medeoprichter van die Linke, verdedigt in een recent essay met de veelzeggende titel, Ami, it’s time to go, het idee van een ‘Europese NAVO’, niet gedomineerd door Washington. We hopen u binnenkort een kritische analyse van dit standpunt te kunnen brengen. [1] RAND Corporation, European Strategic Autonomy in Defence:Transatlantic visions and implications for NATO, US and EU relations, 2021, PDF hier, (Het citaat staat op bladzijde 66).Europees klimaatbeleid verspreidt steeds meer CO2
Lützerath: politieleger moet fossiele industrie beschermen
De gigantische impact van de EU-sancties op … de EU
4 januari 2023 – Bloomberg, het bekende New Yorkse financieel dienstverleningsbedrijf, berekende de kost van het Europese sanctiebeleid tegen Rusland, en komt tot het gigantische energiekostenplaatje van totnogtoe 1000 miljard $, of ongeveer 1000 miljard €. [1] En dat is maar het begin, voegt Bloomberg eraan toe, want na de winter moeten de gasreserves aangevuld worden met duur tankergas; wie daarbij rekent op de extra-capaciteit vanuit Qatar moet tot 2026 wachten tot de infrastructuur klaar is.
De lidstaten gaven tot eind november 2022 zo ‘n 700 miljard € uit aan de beveiliging van de bevoorrading en tussenkomst in de energiefactuur van consumenten en bedrijven. Het gaat om aanzienlijke percentages van het BBP (7,4% in Duitsland, 5,1% in Nederland …), wat de budgettaire tekorten en staatsschuld natuurlijk alleen doet toenemen. Wat kan de Europese Commissie anders doen dan deze inbreuk op de Europese financiële orthodoxie uitzonderlijk door de vingers zien, aangezien ze zelf mede aan de oorsprong ligt van de energiecrisis? Wie hoopt dat deze crisis ook zijn heilzame kanten heeft en tot een versnelde transitie naar duurzame energiebronnen leidt, komt bedrogen uit. Er worden gigantische sommen uitgegeven aan de aanvoer van vuil LNG gas, en zelfs steenkool krijgt een nieuwe adem. Maar voor sancties tegen een smerige oorlog moet je iets over hebben, zo klinkt het in Brussel, dat evenwel minder offerbereid is als het gaat over het moordende apartheidsregime in Israel, de Saoedische oorlog in Jemen of de invallen van NATO-partner Turkije in Koerdisch Syrië, en dat zelfs niet bereid is zijn deuren open te zetten voor Russische deserteurs zoals het doet voor Oekraïnse vluchtelingen. Maar OK, laat het ons hebben over sancties tegen Rusland, sancties die Poetin’s regime zodanig economisch moeten verzwakken dat het noodgedwongen een einde moet stellen aan zijn agressieve oorlog in Oekraïne. Een onverdachte bron daarover is Bruegel, een EU-toegewijde denktank in Brussel die evenwel vaak een kat een kat noemt; ten gerieve van het EU-kader is enige objectiviteit toch wel aangewezen. De conclusies van Bruegel [2] zijn eigenlijk een kaakslag voor het sanctiebeleid. “De inkomsten van Rusland hebben minder geleden dan de bedoeling was. (…) De financiële stabiliteit bleef gewaarborgd door maatregelen van de Russische centrale bank.” Zelfs de Europese leiders moeten toegeven dat de inflatie in Rusland een pak onder die in de EU ligt. “Maar dat zal allemaal binnenkort veranderen”, stelt Bruegel, en dat is ook geloofwaardig voor zover de oorlog in Oekraïne nog maanden of jaren aanhoudt. Als men dus zoekt naar rationaliteit in het Europees sanctiebeleid tegen Rusland is het duidelijk verbonden met de inzet op een langdurige oorlog, waarvoor geen prognoses over het aantal doden gemaakt worden, maar die het Russisch mini-imperium definitief uitschakelt uit het Westerse – Amerikaans geleide – streven naar het behoud van de wereldhegemonie. Een van de meest enthousiaste en loslippige verdedigers van zulk beleid, de Duitse groene minister van buitenlandse zaken Annalena Baerbock, hoopt dat de sancties de Russische economie ‘ruïneren’. De Franse minister van Economie, Bruno Le Maire, had hetzelfde verlangen: de instorting van de Russische economie. Het blijft een hachelijk vooruitzicht waartoe dit alles kan leiden als de echte hegemoniestrijd begint, die tussen de Verenigde Staten en haar Europese vazallen enerzijds en China anderzijds. De collateral damage daarvan is echter nu al te voorspellen: de gewone man en vrouw overal ter wereld. (hm) [1] ”Europe’s $1 Trillion Energy Bill Only Marks Start of the Crisis”, Bloomberg News, 18 december 2023. [2] “National energy policy responses to the energy crisis”, Bruegel, 15 december 2022.Onderhandelen moet de oorlog beëindigen
EU, wapenhandel en corruptie
Nieuwjaarswensen aan de Duitse vakbonden
De Griekse rechtsstaat
Biden en China: Trump Plus
Qatargate
Hoe de Europese Centrale Bank haar rol opvat
