FILMS OVER HET HOE EN WAAROM VAN DE OORLOG IN IRAK

Irritant
The Hurt Locker is een bejubelde en bekroonde film. Goed voor maar liefst zes Oscars. Waaronder die voor beste film. Ten onrechte. De film gaat over een Amerikaanse bomexpert die na ‘de verovering van Irak’ in Bagdad bermbommen en boobytraps onschadelijk maakt. Als een cowboy. Helm in plaats van hoed, koppel in plaats van gordel, schroevendraaier en tangetjes in plaats van pistolen, maar verder zoals het hoort. Bovenste knoopjes los, borst naar voren, eigengereid, breeduit stappend onverschrokken het gevaar tegemoet. American Hero! Regisseuse Kathryn Bigelow is niet achterlijk. Ze heeft begrepen dat een glad hap-slik-weg verhaal alleen geen roem oplevert. Er zitten in The Hurt Locker wat ingebouwde weerbarstigheden. Meer dan rafels aan de rand zijn het niet. Zo lijkt de heldenmoed van de hoofdpersoon in de verte wel wat op de roekeloosheid van een verslaafde die zijn dosis móet krijgen. Ook is de genegenheid van het thuisfront, inclusief die van zijn vriendin, niet verzekerd. En de Iraakse werkelijkheid om hem heen en de Irakezen zijn één groot vijandig raadsel. Natuurlijk houdt hij zielsveel van zijn zoontje. Dat is zijn alles. Wanneer een Iraaks knulletje, dat hem aan zijn zoon doet denken, belaagd wordt, dan gaat meneer helemaal uit zijn dak. En eenmaal thuis knuffelt hij zijn eigen kind, wezenloos dankbaar dat díe nog wél leeft. Guttegut. The Hurt Locker. Amerikaans cowboy-heldendom. Valse Hollywoodsentimenten. Een zwaar overschatte film. Irritant. En nergens de geringste aanwijzing waarvoor dat gedoe in Irak allemaal nodig is.
Plausibel
In Green Zone, een film van Paul Greengrass, staat het waarom van de oorlog in Irak zéér centraal. Hoofdrolspeler Matt Damon schreeuwt op een bepaald moment uit dat dit nu juist de allerbelangrijkste vraag is. Als sergeant Miller, commandant van een Amerikaanse eenheid die in en om Bagdad op zoek is naar massavernietigingswapens, is hij op zoek naar een rechtvaardiging van zijn aanwezigheid in Irak. Kennelijk is hij overtuigd van de mogelijkheid van een ‘rechtvaardige oorlog’. Welnu, hij komt van een koude kermis thuis. Massavernietigingswapens zijn nergens te vinden. In plaats daarvan stuit hij stukje bij beetje op meer leugens en bedrog, arrogantie en incompetentie van de Amerikaanse legerleiding en regering. Een beleid en politiek waar vooral de Iraakse bevolking zwaar de dupe van is, die betaalt met have en goed, lijf en leden voor het Amerikaanse optreden. Wanneer Miller steeds luider de vraag stelt naar het waarom van dit alles komt hij zelf onder vuur. Vuur van eigen troepen en dat niet bij toeval. Een tikkeltje merkwaardig is dat hij er uiteindelijk heelhuids vanaf komt dankzij medestanders bij de CIA. Helemaal onmogelijk is dat niet, gezien de rivaliteiten binnen het Amerikaanse machtsapparaat.
De plot is plausibel. John Le Carré zou zich er niet voor hoeven schamen. Zorgvuldig en kritisch. De sfeer in de Green Zone, de superbeveiligde bestuurswijk van Bagdad, zou zo kunnen zijn beschreven door Ernest Hemmingway. De actiescènes zijn wervelend. Greengrass en Damon hebben daarop samen eerder kunnen oefenen in de Bourne-serie. Net als in die films zijn de veelal met de hand geschoten opnames verpakt in meeslepende muziek van John Powell. Het tempo is behoorlijk hoog. Misschien niet voor iedereen te volgen. Wellicht ontgaat ook de finale minder oplettende kijkers. Dat zou jammer zijn. Want het antwoord op de vraag naar het waarom van deze oorlog komt niet in woorden. Green Zone eindigt met een lang aangehouden shot in de woestijn van … een olieraffinaderij.

Dossier
Soort artikel

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop