De resultaten van de uitwerking van het pensioenakkoord gaan in de richting van een debacle. De vier eisen waarvoor de afgelopen twee en een half jaar hard gestreden is, verdwijnen meer en meer naar de prullenbak van een nare polderklem. De onderhandelaars van de vakbeweging doen over het bereikte akkoord al lang het zwijgen toe. Dat is geen kwestie van fatsoen en dat komt, omdat die uitwerkingen ronduit onfatsoenlijk zijn. De vakbonden zijn een fuik ingezwommen, waaruit ze zich bijna niet meer kunnen bevrijden.
Gijs Herderscheê schrijft er over op de voorpagina van de Volkskrant van 20 mei 2020. Hoe hij aan de informatie komt die nog zwaar onder embargo is en de onderhandelaars angstvallig verzwijgen, is een raadsel. Maar het ziet er waarachtig uit:
De rendementen worden in hoge mate bepalend voor de hoogte van de pensioenen. Het directe verband tussen de hoogte van de uitkering en het eerder verdiend salaris verdwijnt. De kans op mee- en tegenvallers wordt groter, maar er worden schokdempers ingebouwd om dat effect in te tomen.
Mythe dekkingsgraad
Dat betekent in de praktijk dat het systeem van een uitkeringsstelsel vervangen wordt door een premiestelsel. Hoeveel je straks nog aan aanvullend (op de AOW) pensioen krijgt, wordt geheel afhankelijk van hoeveel pensioenpremie je betaald hebt, eventueel aangevuld met een brokje uit een solidariteitsreserve. Dit in tegenstelling tot de huidige situatie, waarbij je de garantie krijgt van een uitkering van 70 procent van het gemiddelde loon. Dit is voor ieder die het betreft, een ernstige verslechtering ten opzichte van het huidige stelsel. De vakbeweging zou dat niet op haar conto mogen krijgen.
De geïnformeerde Gijs gaat verder en zwemt daarmee in de fuik die vele rekenmeesters hebben uitgezet, De Nederlandsche Bank voorop.
‘Het nieuwe stelsel dat nu op tafel ligt, moet een einde maken aan de discussies over de slechte situatie van de pensioenfondsen waardoor zij niet aan eerder beloofde aanspraken van hun deelnemers kunnen voldoen. Ook hoeft er straks niet meer voortdurend over de 'rekenrente' of het al of niet verlagen van de pensioenen te worden onderhandeld.'
Twee mythes moeten de wereld uit.
Ten eerste bevinden de gezamenlijke pensioenfondsen zich helemaal niet in een slechte situatie. De voorvechters van het behoud van het huidige stelsel tonen al tijden aan dat er een enorm vermogen in de pensioenfondsen zit. Dat komt, omdat de rendementen uit het verleden gigantisch zijn. Tot kort voor de corona crisis was dat vermogen opgelopen tot 1.600 miljard euro en groeide jaarlijks, vanwege de rendementen, aan met een slordige 80 miljard euro. Door de corona crisis moesten de pensioenfondsen geweldig afschrijven op hun vermogen, tot dusverre zo'n 200 miljard euro. Daarvan is het einde nog niet in zicht. Een klein vergelijking: voor de eerste twee reddingsoperaties heeft de minister van Financiën Hoekstra zo'n 40 miljard euro nodig. Dat is de helft van wat de pensioenfondsen nu jaarlijks aan rendementen maken.
Mythe verplichtingen
Maar zegt vicevoorzitter en FNV, hoofdonderhandelaar, Tuur Elzinga telkens: rendementen uit het verleden zijn geen garantie voor de toekomst. Daarmee bedoelt hij te zeggen dat de verplichtingen die voortvloeien uit het systeem van uitkeringen van ons aanvullend pensioen ook beïnvloed worden door de mogelijke rendementen die op het vermogen gemaakt worden.
Dat is de tweede mythe, een erg hardnekkige. Bestreden, maar de cijfers liegen niet. De enige factoren die de pensioenverplichtingen beïnvloeden, zijn het aantal deelnemers aan de pensioenfondsen, de hoogte van de uitkering en de duur voor de verplichtingen. Dat laatste betekent dat als mensen langer leven het totaal van de verplichtingen toenemen. En inderdaad, de pensioenverplichtingen groeien nu naar een slordige 35 miljard euro per jaar. Dat staat echter in geen enkele verhouding tot de jaarlijkse rendementen die gemaakt worden. Bovendien gaan die verplichtingen niet oplopen in de verhouding tot de rendementen voor een solidariteitsreserve. Er is nooit sprake geweest van een slechte situatie voor de pensioenfondsen en die zal er voorlopig ook niet komen. Tenzij we meegaan in de mythe van mensen als Klaas Knot en Jeroen Dijsselbloem die ons willen doen geloven dat de verplichtingen wel beïnvloed worden door de lage rentestand.
Solidariteit generaties
Er is nog een narigheid die het nieuwe pensioenstelsel met zich meebrengt: de kwestie van de leeftijdsgroepen ('cohorten'). Doordat het een premiestelsel wordt met collectief belegde rendementen, zijn de jongere leeftijdsgroepen langer in staat om van eventuele gunstige rendementen te profiteren. Bij de overgang zouden dus de mensen, zeg tussen de veertig en vijftig jaar, gecompenseerd moeten worden voor de beperking om voldoende pensioen op te bouwen.
Dit wordt het invaren genoemd. Daarbij gaat het om een bedrag van, geschat, 50 tot 100 miljard euro. Een bizarre situatie die we niet moeten willen. Het draait de solidariteit tussen de generaties de nek om en zwengelt juist de discussie aan over ongelijke pensioenaanspraken tussen leeftijdsgroepen. Daarbij komt dat alles er op lijkt dat dit beruchte invaren een sigaar uit eigen doos wordt. Het komt met andere woorden voor rekening van de pensioenfondsen, waarvan de redenering nog is dat ze er zo slecht voor staan. Die redenering is dus hiermee ook ontmaskerd.
Inhoudelijk kan niet anders geconcludeerd worden dat we met dit nieuwe contract belazerd worden. We zijn er slechter af. Dat is iets dat de strijders voor het behoud van ons pensioenstelsel wilden voorkomen, dat ze niet wilden accepteren.
Welke nog nauwelijks uitgesproken consequenties zijn er nog meer?
De omslag van een uitkeringsstelsel naar een premiestelsel is een voortgaande individualisering van het pensioen. Amechtig proberen de onderhandelaars deze aantasting te bezweren, bijvoorbeeld door te zeggen dat de vermogens collectief belegd worden. In de praktijk gaat het er echter op uitdraaien dat de individualisering van de pensioenopbouw de deur wagenwijd openzet voor het omvormen van het pensioenstelsel tot een verzekeringsstelsel. Een situatie waarbij de pensioenfondsen verder geprivatiseerd kunnen worden. Dat is de werkelijke fuik, waarin de vakbeweging gezwommen is en waarbij ze aangekomen is op een punt waar ze niet meer terug lijkt te kunnen.
Vakbondsdemocratie
Herderscheê, hij is letterlijk goed geïnformeerd, zegt dat het Centraal Planbureau aan het rekenen is om te zien hoe het nieuwe contract uitpakt.
Die berekeningen moeten binnen zijn als vakbeweging, werkgevers en kabinet het eind volgende week [eind mei] eens willen worden. Daarna moet de achterban van de werkgeversverenigingen en de vakbonden nog instemmen. Op vrijdag 12 juni buigt het 'ledenparlement' van de FNV zich over het plan.
Wij die knokken voor het behoud van het pensioenstelsel, horen van velen de klacht dat de informatie over wat er gaande is, ontbreekt. Doordat onze medeleden niet weten wat er aan de hand is, voelen ze zich niet betrokken. De onderhandelaars menen dat de verdere uitwerking geheel in het verlengde ligt van het akkoord dat vorig jaar juni is afgesloten. Zij stellen op basis van de toenmalige uitslag dat een raadpleging van de leden via het Ledenparlement van de FNV volstaat.
Dat is echter totaal niet het geval. De informatie die nodig is om het onderhandelingsresultaat te kunnen beoordelen, is beperkt en komt heel erg laat ter beschikking. Zoals het er nu naar uitziet, zijn de ingrepen in het pensioenstelsel fundamenteel en leiden ze tot een ernstige verslechtering voor de gepensioneerden ten opzichte van het huidige contract, het huidige systeem.
Het is niet meer dan fatsoenlijk dat hierover de leden geïnformeerd worden en dat er een nieuwe ledenraadpleging komt. Dit afraffelen in twee weken, waarbij de invoering van het nieuwe 'pensioencontract' mogelijk nog zeven jaar zal duren, is fnuikend voor de toekomst van de vakbeweging.
De onderhandelaars zijn in een fuik gezwommen en denken niet meer terug te kunnen. Ook dat is niet waar. Er is een mes waarmee in open water de fuik open gesneden kan worden, zo’n mes heet in de volksmond een herder. Hoe toepasselijk. De strijders voor behoud van ons pensioenstelsel willen graag de herders zijn om het pensioenstelsel te redden. Dat is de ware vakbondsdemocratie die dit contract moet kunnen wegvagen.
Dit artikel verscheen eerder op Solidariteit.
De Stichting Pensioenbehoud
De Stichting Pensioenbehoud spant zich ook al jaren in voor het behoud van ons pensioenstelsel en is daarom ook een procedure tegen de Staat gestart, omdat de Pensioenwet op verschillende punten in strijd is met de voor ons betere Europese pensioenwetgeving van IORP 1 en 2. Zie onze website www.stichtingpensioenbehoud.nl Wilt u ons in deze proceure steunen? Ik hoop van harte dat wij uw steun mogen ontvangen. Ik hoor graafg van u. Met vriendelijke groeanErik Daaevoorzitter Stichting PensioenbehoudEmail: voorzitter@stichtingpensioenbehoud.nl
ik zelf vind het een
ik zelf vind het een eenzijdig besluit vanuit de politiek en vakbonden.laten de leden dit beslissen over een goed stelselen zelf ben ik er zeker van dat we een goed stelsel hebben.
En anders vechten voor ons oude stelsel.
Over zo'n belangrijk iets als
Over zo'n belangrijk iets als pensioen hervormingen moet een referendum gehouden worden. Wie zijn de FNV en Tuur wel dat ze denken uit te kunnen maken wat goed voor ons is.
Ik onderschrijf de stelling:
Ik onderschrijf de stelling: Geen nieuw pensioenstelsel dat slechter uitpakt voor alle deelnemers. Ga eerst de reparaties maar verrichten die aan gepensioneerden en hun pensioen doen zijn zoals de noodzakelijke indexeringen. Bij het voorgestelde nieuwe stelsel worden de overheid en werkgevers er beter van. De rest gaat alleen maar achteruit. Dat is al jaren zo. Het is dus een "eigengewin-spel" ( egoistische daad) waarbij de overheid en werkgevers hun werkers tekort doen. Schandalig. Laten we het maar eens over de inzet van die werknemers, pensioenspaardets, hebben. Het is hun uitgesteld loon, dat verdiend is in hun werkzame leven. Dat hoorde bij het gesloten arbeidscontract of arbeidsoverednkomst. Dus wie is er eigenlijk eigenaar? Niet de overheid en zeker de werkgevers niet. Dus handen af van wat je niet toebehoort.
Ik heb een voorstel om van
Ik heb een voorstel om van alle ellende af te komen. Geen indexaties meer nodig noch kortingen. Ik heb dit voorstel middels een brief en email aan Koolmees, Rutte, DNB, ABP, PGGM en alle fracties doen toekomen. Ben benieuwd wie er wat mee gaat doen. 1. Geef het eigendomsrecht en de zeggenschap over de vermogens in de pens.fondsen terug aan de enige echte eigenaren t.w. de (ex-)deelnemers. Opm.: in de PW zijn gepensioneerden ex-deelnemers. 2. Verdeel minimaal 60% van de huidige vermogens over alle (ex-)deelnemers. Dat is dan dus incl. de inhaalindexaties. 3. lees vanaf nu voor deelnemers ook de gepensioneerden. 4. Iedereen heeft al een eigen individuele pens.pot want gezien het middelloon kun je anders niet tot een goede en juiste pensioen-uitkering komen. 5. Bestaande en opgebouwde rechten blijven behouden en staan zoals ze op 31 dec. 2019 waren. De oude contracten worden gerespecteerd. 6. Er worden alleen nog kostendekkende premies vastgesteld. 7. Nadat de verdeling van de vermogens heeft plaatsgevonden zijn er geen indexaties meer noch kortingen. 8. Vanaf 1 jan. 2020 (?) vindt er winstdeling plaats van de behaalde rendementen. Deze netto-winst wordt voor 50 (of hoger %) uitgekeerd aan de deelnemers en toegevoegd aan hun pens.pot. Voorbeeld: je ontvangt nu jaarlijks € 12.000 aan pens.uitkering. Afgelopen jaar was er 8% netto-winst (kan per fonds verschillen) en dan gaat er 4% (dus de helft) naar de deelnemers. Voor iemand die dus € 12.000 p.jr ontvangt wordt dat € 12.480. Iemand in de opbouwfase met € 50.000 groeit pot met € 2.000 naar € 52.000. De andere helft gaat naar de reserves om onvoorziene uitgaven kosten, beleggings tegenvallers enz. op te vangen. 9. Het pensioen gaat in op de dag dat men 65 wordt en de uitkering wordt berekend en vastgesteld op basis van je pensioenpot uitgaande van een uitkering voor weliswaar levenslang maar minimaal 20 jaar. 10. Wordt men ouder dan 85 dan is er voldoende in je persoonlijke pot omdat die ook blijft meedoen met het saldo in de winstdelingen. Mocht dat niet zo zijn omdat je toevallig 95 wordt dan wordt dat door de reserves/buffers opgevangen. 11. Overlijdt men voor de 85e jaar dan krijgen de nabestaanden/erven een uitkering ineens van 50/60% van de pensioenpot of men kiest als partner voor voortzetting uitkering gebaseerd op 75% van de gangbare uitkering. Het overblijvende gaat naar een solidariteitsreserve. 12. Overlijdt een 65- nog opbouwende dan krijgen de nabestaanden (partner) de keuze tussen uitkering ineens van 75% of premievrij opbouw tot pens.gerechtigde leeftijd (65) en daarna pens.uitkering; 13. Een keer per jaar is er een deelnemersvergadering waarin bestuur en VO verantwoording aflegt aan de deelnemers. In deze vergadering wordt ook de winstdeling vastgesteld. Ook evt. bestuursleden worden benoemd. 14. De zeggenschap van DNB wordt ingeperkt tot toezicht, controle en als advies-orgaan. Niets meer. 15. Er wordt wel een "rekenrente" vastgesteld per 1 jan. van het boekjaar doch is alleen bestemd voor maandelijkse berekening van de vermogens, rendementen ter controle van de fin.toestand fonds. 16. Mocht blijken dat de vermogens uitbundig te hoog worden/zijn kan er een extra winstuitkering plaatsvinden te bepalen bijv. tijdens de jaarlijkse bijeenkomst op voorstel van het bestuur. Aanvulling zoals vermeld in mijn brief aan Koolmees, ABP, PfzW, DNB en alle 2e en 1e kamerfracties e.v.a.belanghebbenden Ik hoop dat het bovenstaande u van enige hulp is bij de huidige onderhandelingen en er geen kostbare en onzinnige besluiten, beslissingen enz. worden genomen. Ik merk tot slot op dat het onbestaanbaar is dat zoals nu kennelijk in de verwachting is en wat er uit de wandelgangen is vernomen dat € 60 tot wellicht € 100 miljard nodig is om - zoals men zegt - de huidige pensioenrechten en die van 40+ te compenseren. Het kan niet zo zijn dat ons en dus ook mijn pensioenrechten en uitgestelde loon wordt gebruikt om niet te zeggen misbruikt voor een politiek doel want het doel van een nieuwe PW is niet anders dan een politiek doel. En wat was het ook alweer die pensioenen? Is dat niet een zaak tussen werkgevers en werknemers. Maar daarbij komt de vraag rijzen: waarom bemoeit de overheid zich opeens zo met de pensioenen? Is de overheid als werkgever niet de belangrijkste en grootste belanghebbende in deze? Als men geen eigen rekenrente vaststelt maar handelt zoals genoemd in de huidige PW dan is er geen enkele geldige reden om te komen tot een nieuwe wet. Doch naar het lijkt is er een verborgen agenda hoe de ongeveer € 1.700 miljard te gebruiken beter te misbruiken en zelfs te stelen of onteigenen. Dat is in strijd met de mensenrechten zoals vermeld in het Verdrag van Maastricht en Lissabon, en zal aanleiding geven om dank ook naar het EVRM in Straatsburg te gaan. Er is op dit moment meer dan genoeg vermogen om bij een totaal aan pensioenuitkeringen van € 31 miljard per jaar en te ontvangen premies van rond € 33 miljard nog 60 (ZESTIG) jaar pensioenuitkeringen te kunnen doen en dan is er geen vermogenswinst.....
Wat hier door Mullenders
Wat hier door Mullenders wordt voorgesteld is exact wat we volgens mij niet moeten willen. Dit voorstel gaat over individuele potjes met zelfs nog een uitkering aan nabestaanden. Alle economische onderzoeken van enige waarde hebben aangetoond dat een solidair pensioenstelsel tussen jong en oud, tussen kortlevenden en langlevenden, enz. veruit superieuren opbrengsten heeft ten opzichte van welke particuliere belegging dan ook. Binnen die solidaire pot heeft niemand een eigen potje. Dat solidaire, dat democratische karakter is de beste garantie om het te behouden, maar dan moeten we bereid zijn om ervoor te strijden. Liefst met, maar desnoods tegen het FNV.
Sjarrel Massop heeft groot
Sjarrel Massop heeft groot gelijk om de alarmbel te luiden, want opnieuw laat het FNV zich in het pak naaien. Dit gebeurt zo vaak dat het er op lijkt alsof ze het expres doen. Ik kan mij nog goed de bezweringen herinneren van de vakbondbijeenkomsten vorig jaar dat het goed ging komen, maar ook de arrogantie waarmee critici werden weggezet en de agendapunten waarbuiten niet gediscussieerd mocht worden. Bijvoorbeeld terugkeer naar het stelsel met zijn veilige beleggingen voordat de EU met zijn concurrentiedwang de weg naar beleggingen door financiële instellingen afdwong. Deze beleggingen kosten zo'n 25% van de jaarlijks ingelegde premies. Zo'n zeven á acht miljard ieder jaar weer! Terwijl deze gelden veiliger en beter belegd kunnen worden zonder schade voor het millieu, werkgelegenheid en veel goedkoper!
Wat te doen. We moeten niet alleen het huidige plan en de poensioenmythes er omheen onthullen, ontmaskeren en bestrijden, maar moeten ook ons verhaal en alternatieven (ER ZIJN ALTIJD ALTERNATIEVEN) brengen op een heldere en voor iedereen begrijpelijke manier.
Ik stel de metafoor van het STUWMEER voor. Het pensioenfonds is een stuwmeer waar premie en beleggingsopbrengsten instromen en uitkeringen uitstromen. Zo simpel is het feitelijk. Het stuwmeer hoeft niet overvol te zijn (wat een stuwmeer nooit is) en kan zelfs in zware tijden gedeeltelijk leeglopen. Als het in betere tijden maar aangevuld wordt. Als we dit beeld gebruiken zullen alle zogenoemde experts en professoren over ons heen tuimelen, ons belachelijk proberen te maken, maar dat geeft niet. Als de gepensioneerden en de werkers het maar begrijpen.
Want er zal een gigantische begeleidende angstcampagne komen, dat de pensioenen in gevaar komen voor jong en oud, als de 'pensioenhervorming' niet wordt aangenomen. Jongeren zullen tegen 'gierige' ouderen opgezet worden. Ouderen zal gevraagd worden om jongeren ook een 'toekomst' te geven, wat ze als ouders allang gedaan hebben. Het is daarom van ontzettend belang dat iedere betrokkene begrijpt wat er op het spel staat door overtuigd te zijn van het eenvoudige beeld van het stuwmeer en geen duimbreed zullen wijken. Alleen dan is de afbraak tegen te houden. Bij Tata Steel, de hoogovens, is een spontane staking uitgebroken tegen afbraak van het bedrijf. Bekende vakbondsmensen eisen terecht nationalisatie. Dat is de kracht waar we vanuit moeten gaan. Dat is de enige kracht waar deze VVD-ondernemingsregering voor wijkt!
Wat nu voorlegd , voldoet
Wat nu voorlegd , voldoet niet aan de 4 door het ledenparlement goedgekeurde eisen.Dus zou het Ledenparlement hier niet mee meegonen instemmen.Helaas wordt er door het DB een tijdspad bepaald zodat het erop lijkt dat het stikkenof slikken moet worden.En ik stel mij weer de vraag wie vertegenwoordigd de niet bij bonden aangesloten Pensioendeelnemers , en wat zijn hun rechten in dit hele verhaalVanaf 2010 is er nog steeds niets veranderd in de gedachtegang van een DB nog steeds stelt men zich boven de besluiten van de Vereniging
Reactie toevoegen