Amerikaanse Democraten: verwaarlozing oorspronkelijke aanhang

De Groene Amsterdammer van 1 oktober 2020 kopt op het voorblad met De waardigheid van het zware werk, over hoe links op de arbeider ging neerkijken. Het blijkt te slaan op twee artikelen over de Verenigde Staten. Het ene is een beschouwing van de Amerikaanse politiek filosoof Michael Sandel, een voorpublicatie van zijn boek De tirannie van verdienste: over de toekomst van de democratie. Het andere artikel is een reportage van Casper Thomas over de politieke atmosfeer in Beaver County, een verpauperde streek waar ooit duizenden staalarbeiders een goed bestaan hadden.

Beide schrijvers bekritiseren de Democratische Partij, omdat die de traditioneel sterke verbinding met de witte arbeiders en de vakbonden zwaar heeft verwaarloosd. De kop in De Groene klopt eigenlijk niet. De Democratische Partij is niet echt een 'linkse' partij. Ze kent momenteel een belangrijke linkse stroming, waarvan de socialist Bernie Sanders het boegbeeld is. Maar de Democratic Party (DP) als geheel en de top ervan zijn zeker niet links.

Deplorables

Wél is de DP sinds president Franklin Delano Roosevelt en zijn New Deal in de vorige eeuw de meest progressieve grote partij in de Verenigde Staten. Een partij met sterke banden met de vakbonden en de witte arbeiders. De verwaarlozing van die traditionele aanhang bereikte een hoogtepunt onder Bill Clinton, president van 1993 tot 2001, die een snoeihard neoliberaal beleid voerde. Sociale voorzieningen werden afgebroken en beperkingen voor het financierkapitaal opgeheven. Maar ook Obama 'leverde niet', zoals de Amerikaanse analiste Jill Lepore zou opmerken.

Het antwoord van de Democraten op de globalisering en de teloorgang van de oude industrie was: 'Ga toch studeren!'. Vanuit een hoogmoedige, meritocratische ideologie werd de handarbeiders voorgehouden dat ze door studie een plek in 'de nieuwe economie' konden 'verdienen'. In feite is dat meritocratische uitgangspunt niets anders dan een neoliberaal 'ieder voor zich en de markt voor ons allen'. Met een niemand ontziend 'winstprincipe' als hoogste beginsel. Uiteindelijk mondde deze koers van de Democraten uit in de omschrijving door Hillary Clinton van de blanke arbeidersaanhang van Trump als 'deplorables' - betreurenswaardigen. Sandel meent dat onder de laag van seksisme en racisme van die Trumpstemmers iets anders schuilging, namelijk hoop op economisch herstel, werk en herwaardering van hun waardigheid. Ook zonder diploma.

Identiteitspolitiek

Sandel is tevens van mening dat de identiteitspolitiek ten aanzien van vrouwen, homo's en zwarten niet voldoende zal zijn om de Democraten weer in het zadel te helpen. Die identiteitspolitiek plaatst de emancipatie van specifieke groepen heel hoog op de politieke agenda. Volgens sommigen benadrukt dat streven de verschillen tussen verschillende groepen en staat het onderlinge solidariteit soms in de weg. Zo zou het de gezamenlijke strijd tegen het kapitalisme als hoofdvijand van de mensheid soms belemmeren.

In Nederland is bijvoorbeeld Ewald Engelen die mening toegedaan. In Amerika is dat ook de mening van diverse linkse analisten, zoals de eerder genoemde Jill Lepore. Sandel denkt dat de Democraten veel meer moeten laten merken dat ze ook laaggeschoolde arbeid waarderen en dat ze die willen stimuleren met loonsubsidies en verlaging van de belasting op werk.

Sociaal programma

Of dat voldoende zal zijn? Casper Thomas heeft zo zijn twijfels. Hij constateert bij zijn rondgang in Beaver County dat de cultuurverschillen tussen de handarbeiders en hoger opgeleide Democraten groot zijn. En vier jaar Trump heeft het vooruitstrevende denken een flinke knauw bezorgd.

Maar er is hoop. De Democratische Partij heeft inmiddels een groot deel van het sociale programma van Bernie Sanders overgenomen. Dat betekent een prominente plaats voor zaken als banengaranties, hogere lonen, meer zorg en een uitgebreid investeringsprogramma. Misschien helpt dat om een deel van de oude, witte arbeidersklasse voor een progressieve politiek terug te winnen. Het is in ieder geval een poging.

Dit artikel verscheen eerder op Solidariteit

Soort artikel
Reactie van:

Willem Bos

ma, 10/12/2020 - 15:27

Hoi Rob, ik ben verbaasd over - met name het laatste deel - van je stuk. In het begin van je verhaal merk je terecht op dat de Democratische partij geen linkse partij is. Je benadrukt dat Bill Clinton een ‘snoeihard neoliberaal beleid voerde waarbij sociale voorzieningen werden afgebroken en beperkingen voor het financierkapitaal opgeheven.’ En dat onder Obama geen wezenlijk andere koers werd ingeslagen. Je geeft aan hoe het antwoord van de Democraten op de globalisering en de teloorgang van de oude industrie was: 'Ga toch studeren!'. En dat dat neerkomt op ‘een neoliberaal 'ieder voor zich en de markt voor ons allen'. Met een niemand ontziend 'winstprincipe' als hoogste beginsel’. En dat die houding vele (witte) arbeiders in de armen van Trump heeft gedreven. Je citeert  Sandel ‘dat onder de laag van seksisme en racisme van die Trumpstemmers iets anders schuilging, namelijk hoop op economisch herstel, werk en herwaardering van hun waardigheid.’ Tot zover kan ik je uitstekend volgen.

In de passage daarna, over identiteitspolitiek is dat al een stuk minder het geval. Je lijkt mee te gaan met de neiging van sommigen om de strijd van vrouwen, homo's en zwarten voor hun rechten als identiteitspolitiek te labelen en als een belemmering te zien van de gezamenlijke strijd tegen het kapitalisme als hoofdvijand van de mensheid.

Maar je bent me echt kwijt in de laatste alinea, waarin je schrijft: “Maar er is hoop. De Democratische Partij heeft inmiddels een groot deel van het sociale programma van Bernie Sanders overgenomen. Dat betekent een prominente plaats voor zaken als banengaranties, hogere lonen, meer zorg en een uitgebreid investeringsprogramma. Misschien helpt dat om een deel van de oude, witte arbeidersklasse voor een progressieve politiek terug te winnen.” Bij de eerst twee zinnen van die alinea zijn al grote vraagtekens te zetten. Mijns inziens is het ‘overnemen’ van grote delen van het programma van Sanders niet veel meer dan een papieren operatie om de kiezers van Sanders naar Biden te trekken. We moeten daarbij niet vergeten dat de democratische partij niet alleen geen linkse partij is zoals je terecht stelt, maar ook geen democratische partij. De gewone leden hebben er nauwelijks enige invloed en de dienst wordt er uitgemaakt door een laag betaalde  bestuurders en functionarissen. Daar komt bij dat in het presidentiele systeem van de VS het beleid van de president veel meer bepaald wordt door diens agenda dan door het programma van zijn partij. En de agenda van Biden, en zijn staat van dienst zijn bekend, daar is weinig progressiefs aan. Biden heeft zich bijvoorbeeld duidelijk uitgesproken tegen de meest progressieve voorstellen van Sanders, zoals een universele ziekteverzekering (Medicare for All) en gratis hoger onderwijs.

Er woedt onder socialisten in de VS een heftig debat over de komende verkiezingen. Sommigen pleiten voor een stem op Biden als het minste kwaad om Trump van een tweede termijn af te houden. Anderen pleiten voor een duidelijke linkse stem op de kandidaat van de Groen partij. Daarbij is de situatie in afzonderlijke staten natuurlijk ook verschillend. In een staat waarvan het duidelijk is dat een van twee grote partijen een comfortabele meerderheid zal behalen heeft een stem op een ‘derde’ partij natuurlijk een ander effect dan in een van ‘swing  states’.

Maar welke positie je in dat debat ook inneemt er is een ding dat socialisten te allen tijde moeten voorkomen, en dat is het creëren van illusies in de Democratische partij als een linkse of progressieve kracht. Socialisten zullen steeds moeten benadrukken dat werkelijke progressieve politiek alleen het gevolg kan zijn van sociale strijd en zelforganisatie, van het feit dat mensen zelf het heft in handen nemen en afstand nemen van beide kapitalistische partijen.

Groet Willem.

Socialisten zijn voor de emancipatie van vrijwel de gehele mensheid. Uitbuiters en onderdrukkers uitgezonderd, hoewel sommigen soms beweren dat ook zij uiteindelijk baat hebben bij een wereld zonder oorlog, vervreemding en discriminatie. De emancipatie omvat dus ook allerlei groepen met een eigen identiteit bovenop die van mens en persoon die deel uitmaakt van de arbeidersklasse in brede zin. Socialisten ondersteunen die emancipatiestrijd. Dat neemt niet weg dat de wijze waarop die strijd wordt gevoerd binnen die arbeidersklasse in brede zin, met het kapitalisme als vijand, op gespannen voet kan staan met de strijd van andere delen van die arbeidersklasse. De door mij genoemde Jill Lepore geeft daarvan o.a. in haar boek Deze Waarheden voorbeelden.
De kritiek op het slotgedeelte van mijn artikel kan ik slechts onderschrijven. Daarin heb ik te veel aangeleund tegen de schrijvers van de twee besproken artikelen in De Groene Amsterdammer. Het is heel goed mogelijk, zelfs waarschijnlijk, dat de progressieve punten in het verkiezingsprogramma van de Democratische Partij (DP) slechts bedoeld zijn als lippendienst aan de oude aanhang. Als een poging electoraal een deel van de witte handarbeiders terug te winnen. Het is niet eens uitgesloten dat deze manoevre nog succesvol is ook en stemmen terug zal winnen. Maar gezien het karakter van de DP als een partij die ondanks Bernie Sanders nog altijd onverbrekelijk verbonden is met het Amerikaanse grootkapitaal, is het een illusie te denken dat de DP op termijn ook daadwerkelijk verbetering in de positie van de arbeidende bevolking en de met hen verbondenen zal brengen. Daarvoor is inderdaad zelforganisatie en sociale strijd noodzakelijk.

Reactie van:

Willem Bos

di, 10/13/2020 - 10:51

Hoi Rob. Toch nog even over die ‘identiteitspolitiek’, want je redenering daarover begrijp ik  niet (of misschien moet ik zeggen: ben ik het niet mee eens). ‘Socialisten zijn voor de emancipatie van (vrijwel) de gehele mensheid.’ ‘De emancipatie omvat dus ook allerlei groepen met een eigen identiteit bovenop die van mens en persoon die deel uitmaakt van de arbeidersklasse in brede zin’, schrijf je. In feite gaat het natuurlijk om delen van de arbeidersklasse in brede zin die door hun eigen identiteit (als vrouw, als mens met kleur, als LHBTI+ mens, als mens met een migratieachtergrond, of een combinatie daarvan) discriminatie en extra uitbuiting ervaren. Want ook wij Rob, als witte hetro-mannen hebben een eigen identiteit. Alleen is dat een identiteit die geen extra uitbuiting en onderdrukking oplevert, maar juist een ‘wit/hetro privilege’. (En door sommige met die identiteit wordt een keiharde identiteitspolitiek gevoerd om dat privilege te behouden).

Socialisten steunen de strijd van die extra onderdrukte/gediscrimineerde groepen. Maar dat betekent natuurlijk niet dat ze iedere concrete vorm waarin die strijd zich kan manifesteren steunen. Vrouwen die de strijd voor vrouwenbevrijding zien als een strijd tegen alle individuele mannen en mensen van kleur die de strijd voor hun belangen zien als een strijd tegen alle individuele witte mensen zullen voor die strijd weinig steun van socialisten krijgen. Maar dat geldt toch even goed voor witte arbeiders die denken dat ze het best voor  hun belangen op komen door te strijden tegen  buitenlanders, tegen toelating van vrouwen in hun beroep enz. Het rare is dat het hele begrip ‘identiteitspolitiek’ altijd alleen gezien (en ter discussie gesteld wordt) als het gaat om de identiteit van extra onderdrukten groepen. Terwijl die van de minderheid van witte hetro mannen als normaal wordt gezien.

Groet Willem.

Reactie van:

Gerrit Zeilemaker

di, 10/13/2020 - 20:27

Tsjonge Willem Bos: "Alleen is dat een identiteit die geen extra uitbuiting en onderdrukking oplevert, maar juist een ‘wit/hetro privilege’" Zo dus ik als 'witte' man ben in het bezit van privileges. Welke zijn dat dan? Dat wil ik wel heel graag weten. 

Reactie van:

Willem Bos

wo, 10/14/2020 - 14:47

Beste Gerrit. Dat wil ik je graag uitleggen. Wij als witte mannen, en dan nog wel witte mannen met een onmiskenbare Hollandse voor- en achternaam hebben op vele punten net een beetje meer de wind in de rug dan anderen, dat blijkt telkens weer uit een veelheid aan onderzoeken. Kinderen van ouders die geen migratie-achtergrond hebben wonen gemiddeld in betere wijken in minder arme gezinnen en hebben betere kansen. Witte kinderen krijgen gemiddeld een net iets hoger schooladvies dan niet witte. Sollicitanten met een Hollandse achternaam hebben meer kans om voor een gesprek uitgenodigd te worden en meer kans om aangenomen te worden. Ook de carrière kansen voor witte mannen zijn gunstiger en mannen verdienen gemiddeld meer dan vrouwen. Ook op de woningmarkt geldt dat privilege. Met een witte huid en een Hollandse naam is het makkelijker om een huurwoning te krijgen of een hypotheek af te sluiten. Niet witte mannen hebben meer kans om in aanraking met de politie en justitie te komen en volgens sommige onderzoeken worden ze zwaarder gestraft. Dat alles bij elkaar maakt de groep witte mannen, die natuurlijk een minderheid van de bevolking is ten opzichte van de vrouwen en de niet witte mannen gigantisch oververtegenwoordigd is als het gaat om geld en macht. Op vrijwel alle plaatsen waar beslissingen genomen worden: in het openbare bestuur en de politiek, in het bedrijfsleven maar ook in bij voorbeeld de vakbeweging, linkse organisaties en redacties van linkse websites zie je een sterke oververtegenwoordiging van witte mannen.

Die oververtegenwoordiging kan je op twee manieren verklaren.

De eerste is dat witte mannen nu eenmaal beter zijn: dat vrouwen te emotioneel en te weinig rationeel zijn om leiding te geven, dat zwarte mannen en mannen van kleur niet de kwaliteiten hebben van witte mannen, omdat ze gewoon inferieur zijn of afkomstig uit een achtergebleven cultuur enz. De redenering dat God nu eenmaal de man geschapen heeft om als hoofd van het gezin de baas te spelen over de vouw en de witte man om de zwarte man te overheersen of te beschaven is eeuwen lang de rechtvaardiging geweest van de overheersende positie van de witte man en is nog steeds diep in onze cultuur verankerd.

De tweede manier om de oververtegenwoordiging van witte mannen te verklaren is dat er in de maatschappij een aantal mechanismen werkzaam zijn (het patriarchaat, seksisme, structureel racisme) die er voor zorgen dat witte mannen het net altijd wat makkelijker hebben en dat er maatschappelijke krachten zijn die er belang bij hebben die situatie in stand te houden.

Bij beide verklaringen is er dus sprake van een privilege. In het eerste geval van een privilege dat niet alleen aanvaard, maar ook met hand en tand verdedigd moet worden. In het tweede geval een privilege dat de arbeidersklasse in brede zin verdeelt en gezamenlijke strijd belemmert.

Hopelijk heb ik hiermee je vraag voldoende beantwoord.

Hartelijke groet Willem.

Reactie van:

Gerrit Zeilemaker

wo, 10/21/2020 - 16:56

Beste Willem,
Dit is een belangrijke discussie, maar ik had nog wat andere klusjes. Dus daar komt ie. Alles wat je zegt over het voortrekken, beter schooladvies, enz. is op zich juist, waarbij het schooladvies dikwijls van progressief stemmende onderwijsmedewerkers komt, die zeggen niet te discrimineren en ik denk dat ze ook niet willen! Het zijn lieve mensen. Uit onderzoek van de onderwijsvakbond blijkt dat onderwijsmensen overwegend op GroenLinks, PvdA en SP stemmen. Institutioneel rascisme zit diep. Maar dit institutioneel rascisme zal een lange weg moeten afleggen. Zelfs in een socialistische maatschappij. Maar in een kapitalistische maatschappij zal rascisme, instrumenteel en virulent, altijd onderdeel blijven van de verdeel en heers politiek.
De kernzin in je eerdere reactie op die van Rob was "de neiging van sommigen om de strijd van vrouwen, homo's en zwarten voor hun rechten als identiteitspolitiek te labelen en als een belemmering te zien van de gezamenlijke strijd tegen het kapitalisme als hoofdvijand van de mensheid." Welnu dat wordt inderdaad door de tegenpartij geinstrumentaliseerd in een verdeel en heers politiek. Maar ook de bewegingen van vrouwen en homo's laten het zich ook welgevallen en vallen ten prooi aan neoliberale spin. Dan wordt het vrouwenvraagstuk verengt tot het glazen platform en de dwang om evenveel als mannen te gaan werken, alsof werken bevrijdt (zeg ik dan als gepensioneerde witte man die in het rijk der vrijheid is aangekomen). Gelijke en hogere beloning en gelijke kansen op de arbeidsmarkt valt zomaar uit beeld. Wie op gelikte websites van bedrijven hun 'missie' leest, wordt al misselijk van de ronkende zelfprijzing. Hoeveel vrouwen en homo's die al gered hebben. En je vindt er altijd een foto met mensen met een kleurtje. Maar laat je niet belazeren; alles ten dienste van de winstzucht. Dan mag je zelfs tijdens de gayparade in je blote kont dansen op een boot van de Rabobank!
Ik had in ieder geval de grootste moeite als stagebegeleider in het HBO om jongens van Turkse, Marokkaanse en Afghaanse afkomst geplaatst te krijgen. Ze deden niet onder voor jongens van Nederlandse ouders. De discriminatie en achterstelling is er. Zonder twijfel! 
Maar binnen dat hele complex is er de vraag; gelden die witte privileges voor ALLE witte mannen en vrouwen. Mijn stelling is dat dit niet het geval is! De traditiondele witte arbeidersklasse nam deel in het Keynesiaanse klassencompromis van na de oorlog wat tot een hoogtepunt kwam in de zestiger jaren van de vorige eeuw en met de opstanden van '68 een gevaar werd voor de heersende klasse die een tegenaanval deed. Ze omarmden het neoliberalisme en begonnen de arbeidersklasse en haar vakbonden te vernietigen. Tegelijkertijd werd een enorme ideologische campagne met reeksen 'ngo's' en denktanks georganiseerd die zijn invloed had tot ver in de arbeiderspartijen en vakbonden. Verpersoonlijkt door Tony Blair, Win Kok en Gerhard Schröder in de sociaal democratie, maar ook Rosenmöller en Halsema bij GroenLinks en bij de Grünen met Joschka Fischer en Rote Danny.
De vernietiging van de arbeidersklasse was de centrale lijn, maar vooral de demonisering van de arbeiders wereldwijd. In de VS als 'white trash', de 'deplorables' van Hillary Clinton. in het VK de 'chav's en in Nederland de 'tokkies'. Uiteindelijk was de trotse, stakende en strijdbare, georganiseerde  arbeider gereduceerd tot een onbetrouwbare, grove, bezopen rabauw rijkelijk voorzien van tatoeages, waar de gegoede middenklasse zijn neus voor ophaalt.
MAAR GEEN SPRAKE VAN PRIVILEGES! Hoppend langs slecht betaalde baantjes of zzp-klussen proberen ze het hoofd boven water te houden. Hun vertrouwen in de politiek is weg hun inkomen holt steeds meer achteruit. Hun pensioenpotten worden in een nieuw neoliberaal pensioenplan geworpen met als uitkomst dat ze de gigantische ombouw van het systeem met miljarden uit hun eigen pensioenbesparingen moeten betalen. Bovendien, en dat is het typisch neoliberale, worden zowel premiebepaling als pensioenuitkering afhankelijk van de markt! Het betekent dat ze na 12 jaar lang niet-indexeren al minstens 20% pensioen kwijt zijn geraakt. En dat gaat nog zes jaat door. Allemaal als gevolg van de super lage rekenrente voorgeschreven door De Nederlandsche Bank, het neoliberale instituut bij uitstek, met hulp van de PvdA-huurling Dijsselberg, tevens de beul van Griekenland, hoofdacteur van de nederlaag van Syriza. Zelfs hier op Grenzeloos verscheen een stuk (zonder commentaar van de redactie!) wat dit neoliberale plan verdedigde. Een plan zonder garantie dat ook precaire werkers en zzp-ers een pensioenvoorziening gegaradeerd krijgen. Dat moet nog uitonderhandeld worden in onderhandelingen die besloten zijn, waar geen notulen of video's van zijn. Alles vind in de beslotenheid plaats en je kunt er vergif op innemen dat er verdere verslechteringen aan komen, want crisis! DUS WAT NU PRIVILEGES!
De echte privileges zitten bij de profiteurs, de financiële intermediairs, de advocaten, de notarissen, de bankiers, de ondernemers, de miljoenairs en miljardairs!
Jouw privileges zijn dus klassenprivileges, waarvan de witte arbeiderskjlasse hoogstens wat kruimels krijgt!
De echte verenigende strijd kan alleen maar de sociaal-economische strijd zijn op basis van een juiste economische analyse en theorie. Aanvallend en strijdbaar. En die strijd kan alleen met die witte arbeiders ERBIJ gewonnen worden en daarmee IEDEREEN bevrijden, want strijd bevrijd en verbroederd! Iedere andere opstelling, ieder verdeeld optreden zal falen!
De historica Ellen Meiksin Wood vroeg zich af of het feminisme kon slagen binnen het kapitalisme. Misschien, dacht ze. Maar belangrijker vond ze de vraag: kun je met het feminisme het kapitalisme verslaan. Ze dacht het niet!

Reactie van:

Willem Bos

vr, 10/23/2020 - 10:51

Beste Gerrit,

Dank voor je uitvoerige en in zekere zin verhelderende reactie. Verhelderend omdat die m.i. duidelijk maakt dat je met een nogal eenzijdige (witte/manlijke/sociaal economische) blik naar de werkelijkheid kijkt.

Aan de ene kant erken je het bestaan van institutioneel racisme en je geeft er voorbeelden van uit je eigen beroepspraktijk. Je schrijft: “Alles wat je zegt over voortrekken, beter schooladvies, enz. is op zich juist.”. Maar als ik dat ‘voortrekken enz.’ van witte leerlingen als ‘wit privilege’ omschrijf gaan al je stekels overeind staan. De witte arbeidersklasse heeft geen privileges, zo stel je. ‘De echte privileges zitten bij de profiteurs, de financiële intermediairs, de advocaten, de notarissen, de bankiers, de ondernemers, de miljoenairs en miljardairs!” Geheel tot je dienst, al zou ik persoonlijk niet alle ‘financiële intermediairs, de advocaten en notarissen’ tot de bourgeoisie rekenen, maar je heb natuurlijk gelijk dat de witte arbeidersklasse geen privileges heeft ten opzichte van de bourgeoisie. Maar daar ging en gaat deze discussie natuurlijk niet over, die gaat over de privileges van delen van de arbeidersklasse ten opzichte van andere delen. (Binnen de door jou zo geïdealiseerde witte arbeidersklasse van de 50er en 60 jaren waren de witte boordenwerkers (het kantoor personeel) ook geprivilegieerd ten opzichte van de blauwe boorden in de fabriek, maar natuurlijk niet ten opzichte van de bankiers en de ondernemers.)

Wat betekent dat in de praktijk voor de opstelling van socialisten. Laten we kijken naar jouw gekleurde leerlingen. Die krijgen een lager schooladvies, moeilijker een stageplaats of een baan en moeilijker een woning dan hun witte klasgenoten. Wat zeg je dan tegen die leerlingen: ‘Ja meisjes en jongens, er is nu eenmaal institutioneel racisme’, en ‘in een kapitalistische maatschappij zal racisme, instrumenteel en virulent, altijd onderdeel blijven van de verdeel en heers politiek.’ Ik hoop het niet. Ik hoop dat je dan zegt: het is schandelijk dat degene van jullie die van Turkse, Marokkaanse of Afghaanse afkomst zijn niet dezelfde kansen en mogelijkheden krijgen als jullie witte  klasgenoten, daar moeten we gezamenlijk tegen strijden. Ik hoop dat je je leerlingen dan aan zal sporen zicht te organiseren en strijd te voeren, en dat je ze daarbij als leraar, maar ook als vakbondslid en politiek activist op alle mogelijke manier zal steunen.

Natuurlijk kan je als socialist dan ook de discussie met je leerlingen aangaan over het structurele karakter van het racisme, het belang dat het kapitalisme daar bij heeft en dus de noodzaak om de strijd niet alleen maar tegen hun achterstelling als gekleurde leerlingen te voeren, maar die ook in het kader van een bredere antikapitalistische strijd te plaatsen. En misschien kan je in die discussie sommigen tot socialistische inzichten brengen. Dat zou heel mooi zijn. Maar dat kan en mag nooit een voorwaarde zijn om hun strijd tegen hun concrete achterstelling te steunen. Zoals socialisten altijd de strijd van achtergestelde delen van de arbeidersklasse dienen te steunen.

En wat geldt voor jouw gekleurde leerlingen geldt ook voor vrouwen en niet hetro’s. Ook hen steunen socialisten in hun strijd tegen hun achterstelling en voor gelijke rechten. Ook al ben je je er als socialist van bewust dat tegenstellingen steeds aangewakkerd worden en werkelijke gelijke rechten voor alle delen van de arbeidersklasse binnen het kapitalisme niet bereikt zal worden. Maar mensen worden niet als socialist geboren, ze worden dat in de concrete strijd voor hun rechten, en op basis van de lessen die ze uit die strijd trekken. Dat geldt voor witte arbeiders net zo goed als voor alle andere delen van de arbeidersklasse.

Het lijkt wel alsof het je ontgaan is dat ook de Nederlandse arbeidersklasse inmiddels in meerderheid bestaat uit vrouwen en mensen met een kleur, en dat de witte manlijke arbeiders een minderheid vormen, met name in de cruciale en slechtst betaalde sectoren als de schoonmaak, de zorg, het transport en distributie, de detailhandel, maar ook het onderwijs.

Je geeft wel een erg karikaturaal beeld van verschillende delen van de arbeidersklasse. ‘De bewegingen van vrouwen en homo's laten het zich de verdeel en heerspolitiek welgevallen en vallen ten prooi aan neoliberale spin.’ Het vrouwenvraagstuk verengt tot het glazen plafond en wat betreft de homostrijd kom je aan met het in je blote kont dansen op een bood op de gay parade.

Maar ook van de witte arbeidersklasse geeft je een zeer karikaturaal beeld als je de witte arbeidersklasse van voor 1968 omschrijft als: “de trotse, stakende en strijdbare, georganiseerde arbeider”. Even voor de duidelijkheid: ook in de jaren 50 en 60, toen de Nederlandse arbeidersklasse inderdaad voor het grootste deel wit was was een meerderheid van de arbeiders ongeorganiseerd (geen lid van een vakbond), van de vakbondsleden was een aanzienlijk deel georganiseerd in de katholieke en christelijke vakbeweging en de meerderheid van de leden van het NVV volgde trouw de lijn van klassensamenwerking van de sociaal democratische leiding van die organisatie. De trotse, stakende en strijdbare georganiseerde arbeider vormde helaas een kleine minderheid.

Een deel van die witte arbeiders die toen op de PvdA, de KVP, of een van de kleine linkse partijen stemden steunt nu Wilders of Baudet. Dat moet voor links absoluut geen reden zijn deze mensen af te schrijven en als racisten of zelfs fascisten weg te zetten. Links moet hun problemen en grieven serieus nemen, uitleggen waar die problemen vandaan komen en een links perspectief formuleren. Maar wat links vooral niet moet doen is meegaan met de seksistische, racistische en homofobe sentimenten.

De gezamenlijke strijd waar jij terecht voor pleit, vind alleen maar plaats als er ook oog is voor de specifieke belangen en de specifieke onderdrukking van verschillende delen van de arbeidersklasse en niet alleen op basis van “de sociaal-economische strijd”. Je kan niet tegen vrouwen, gekleurde mensen en niet hetro mensen zeggen: ik begrijp dat jullie achtergesteld en gediscrimineerd worden, maar daar hebben we het nu even niet over: eerst gezamenlijk ‘de sociaal economische strijd’ voeren.

Groet Willem.

Veel van wat Willem Bos beweert is waar. Ondanks dat hij een witte, heterosexuele man is??? Hoe kan dat? Als de blik van Gerrit Zeilmaker suspect is, althans eenzijdig, omdat hij een witte man is, zoals Willem suggereert, geldt dit dan niet voor Willem zelf? Graag verwijs ik in dit verband naar het uitstekende artikel van Mathieu Peulen op Vrij Links, waarin hij duidelijk maakt dat een goed gesprek op basis van identitaire eigenschappen geen goed idee is. Zie: https://www.vrij-links.nl/artikelen/racisme-is-niet-alleen-wit-iedere-kleur-discrimineert/.

Reactie van:

Willem Bos

vr, 10/23/2020 - 16:17

Hoi Rob,

Ik beweer niet dat wat Gerrit zegt niet waar is omdat hij (net als jij en ik) een witte man op leeftijd is. Ik beweer als het goed is zelfs niet dat het niet waar is, maar dat ik het er niet mee eens ben. Ik zal ook nooit beweren dat iemand gelijk heeft omdat ze, jong, zwart en vrouw is. Nee, een goed gesprek op basis van identitaire eigenschappen is geen goed idee, daarom ga ik zo uitvoering in op de argumenten van Gerrit. Karl Marx en zeker zijn vriend Engels waren intellectuelen met een burgerlijk achtergrond, toch hebben ze dingen geschreven die voor de arbeidersbeweging van belang waren.

Prettig weekend.

Reactie van:

Gerrit Zeilemaker

za, 10/24/2020 - 14:28

Beste Willem,
Wij kunnen onze huid niet afstropen, maar vaak wordt daaraan de suggestie verbonden dat we daarom ook discriminatie niet kunnen begrijpen of invoelen. Dat we ons niet in de positie en strijd van homo's, zwarten en vrouwen kunnen indenken. Zo ging de arbeidersbeweging aan een aantal specifieke problemen van vrouwen voorbij. Dat kon alleen door vrouwen gecorrigeerd worden in een aanvulling van het gemeenschappelijke (!) program. Overigens weet ik over discriminatie genoeg als kind van een communistische vader die in een provinciestadje in 1956 de moed had vanaf plaats 16 in de gemeenteraad te stappen nadat de anderen voor de eer bedankt hadden en verder niet thuis gaven. Spugen en slaan, schoppen en schelden en stront in de brievenbus op de koop toe. Niemand wilde mijn vader een hand geven de eerste keer. Na twintig jaar stond men tot op de straat in de rij om hem de hand te schudden. Consequente communistische politiek! Helaas verdwenen onder andere in de verdeeldheid over identitaire vrouwenpolitiek!
Natuurlijk was de arbeidersbeweging geen volmaakte beweging. Het FNV gebruikte de BVD om strijdbare arbeiders buiten de bond te houden. Het is mij zelf overkomen. Maar in 1981 werd wel met een amendement van de CPN in artikel 1 van de grondwet de volgende zinssnede opgenomen (of op welke grond dan ook)  die zeer toekomstgericht bleek te zijn. 
Allen die zich in Nederland bevinden, worden in gelijke gevallen gelijk behandeld. Discriminatie wegens godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht of op welke grond dan ook, is niet toegestaan.
Dacht je dat Marcus Bakker toen wist dat je je ook nog naar een ander geslacht kon ombouwen? Natuurlijk niet, maar de progressieve arbeidersbeweging heeft altijd open gestaan voor de vrijheid van een ieder om te zijn wie ze zijn! Maar die vrijheid kan naar mijn mening alleen ten volle in een democratische socialistische maatschappij gerealiseerd worden.
Nee de arbeidersbeweging is niet heilig. Ik heb 12,5 jaar als metselaar op bouwwerken rondgezworven. Mijn maats hadden over veel onderwerpen rechtse standpunten om over vrouwen en homo's maar te zwijgen. Ik spreek ze nog steeds in mijn stamcafé (nu godbetere gesloten!) maar de één heeft een zoon die uit de kast is gekomen en de andere is door zijn vrouw de deur uit geschopt en mag pas terugkomen als hij zich gedraagt. Ze zijn allemaal veranderd. Evengoed zijn de grappen en grollen niet van de lucht, maar waar ze echt kwaad over zijn is het verraad van de PvdA en de slappe politiek van GroenLinks. En de SP wordt ook gewantrouwd. Over Baudet en Wilders hoor ik ze nauwelijks. Hun aanhang zit vooral bij de kleine middenstand en ondernemertjes die nog niet door hebben dat ze zo direct massaal failliet gaan.
Alleen een beweging met als ruggegraad een consequent sociaal-economisch karakter onverzoenlijk gericht tegen het neoliberalisme kan ze allemaal verenigen. Alle identiteiten mogen hun vlag wat mij betreft meedragen, maar de indentitaire beweging alleen, zonder die vermaledijde witte arbeiders zal het niet redden. Eenheid is macht!
 
 

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop