Met enig voorbehoud natuurlijk. De Nederlandse troepenmacht in Uruzgan levert Taliban-strijders over aan de VS – als eerst plechtig wordt beloofd dat ze niet worden doodgemarteld. Minister Bot voert liever gesprekken met weduwen van Israëlische soldaten die in Libanon zijn gesneuveld dan met de minister van buitenlandse zaken van de democratisch gekozen Palestijnse regering – maar hij zegt ook dat hij de Israëlische bombardementen van Libanon 'buitenproportioneel' vindt.
Toch blijft Nederland onmiskenbaar lid van de 'coalitie van bereidwilligen'. Dat wil zeggen, van de groep regeringen die de bezetting van Irak en de NAVO-troepenmacht in Afghanistan ondersteunen, en die vinden dat de Israëlische bombardementen van Libanon zelfverdediging waren. Samen met Groot-Britannië en Duitsland, heeft Nederland zijn rol van advocaat van Israël binnen de EU opnieuw bevestigd, bijvoorbeeld door de oproep voor een onmiddellijk staakt-het-vuren in Libanon tegen te houden.
Het gekke is dat de regeringen die het hardste schreeuwen tegen terreur te zijn, dezelfde zijn die het meeste dood en verderf zaaien in het Midden-Oosten. Dat is makkelijk af te lezen aan de cijfers uit Libanon: ongeveer tien keer zoveel doden aan Libanese kant als aan Israëlische kant. En ondanks de raketten van Hezbollah, bestond de meerderheid van doden aan de Israëlische kant uit militairen, terwijl de meeste slachtoffers aan Libanese kant burgers waren.
Laat staan de doden in Palestijnse gebieden. Bijna zonder uitzondering maken Israëls buitenrechtelijke executies meer slachtoffers onder onschuldige omstanders dan onder hun vermeende doelwitten. Vooral de laatste tijd is het Israëlische leger, volgens Gideon Levy van het dagblad Ha'aretz, 'als een dolle tekeer gegaan in Gaza - er zijn geen andere woorden voor - door zonder aanziens des persoons te moorden en te verwoesten'.
Hezbollah-leider Hassan Nasrallah heeft overigens benadrukt dat zijn beweging raketten begon af te vuren nadat Israël aan zijn bombardementen begon. Israël heeft dus meer burgers gedood en was er eerder mee begonnen. Kortom, staatsterreur is dodelijker dan verzetsterreur.
De misdaden van de staatsterreur aankaarten is geenszins verzetsterreur goedpraten. Maar de feiten laten zien dat Nederland in het Midden-Oosten de kant heeft gekozen van de ergste barbarij tegen een minder erge.
Libanon
Verrassend is dat niet. Want de tegenstanders van de VS en Israël hebben hun achterban onder de grote massa's van de armste mensen. En de middelen die nodig zijn om grote massa's arme mensen bang te maken en in toom te houden, zijn onvermijdelijk barbaars.
In Libanon, bijvoorbeeld, is het beleid van Israël en de VS altijd gericht geweest tegen de shi'ieten. De shi'ieten zijn de grootste groepering in Libanon, de armste, en politiek het zwaarst ondervertegenwoordigd in het communalistische systeem dat de Fransen zeventig jaar geleden aan het land oplegden.
Al staat Hezbollah dicht bij Syrië en Iran, ze hebben het ook vaak over de Libanese nationale eenheid. Ook zien ze hun militie als Libanons enige middel om zichzelf te verdedigen tegen Israël. Dat het Libanese leger daarvoor nutteloos is, betwijfelt niemand.
Gilbert Achcar legt in zijn artikel 'Libanon: de 33-daagse oorlog en Veiligheidsraad resolutie 1701' uit dat Israël hoopte door grootschalige bombardementen de achterban van Hezbollah tegen de partij op te zetten. Meer in het algemeen hoopte Israël de rest van de Libanese bevolking in gijzeling te nemen om ze tegen Hezbollah op te hitsen.
Maar staatsterreur en verzetsterreur hebben met elkaar gemeen dat ze contraproductief werken. Evenals de raketten van Hezbollah de bevolking van Israël achter de oorlog deden scharen, deden de bommen van Israël de bevolking van Libanon achter Hezbollah scharen. Politiek gezien, luidt een brede internationale consensus, was de oorlog een nederlaag voor Israël. Volgens driemalig Israëlisch minister van defensie Moshe Arends, betekende de oorlog 'binnen een maand het einde van ons afschrikkende postuur'.
Gelukkig is de VN er om het gezicht van Israël te redden, en politiek voor elkaar te krijgen wat de militaire overmacht van Israël niet lukte. Nederland draagt waarschijnlijk ook zijn steentje bij door een marineschip te sturen. Hopelijk wordt de vredesbeweging niet bedrogen door vrome speeches over 'vredeshandhaving'. Israël stemde in met de zending van de troepen in de hoop dat deze zouden doen wat haar niet gelukt was, namelijk Hezbollah ontwapenen, en niet uit een zucht naar vrede.
Afghanistan
Ook daar waar Nederlandse troepen direct betrokken zijn, in Afghanistan, kiest Nederland de kant van staatsterreur tegen verzetsterreur. Niet dat de staatsterreur van de Afghaanse staat komt, want een Afghaanse staat is er nauwelijks. In Afghanistan komt de staatsterreur direct van de VS, die een enkel klein land als Nederland gebruiken als schaamlapje.
Ook in Afghanistan, al zijn de Taliban nog reactionairder dan Hezbollah, hebben de tegenstanders van de VS arme massa's van de grootste bevolkingsgroep als achterban. In het geval van Afghanistan zijn dat de Pashtuns.
Met hun martelpraktijken en bombardementen van trouwfeesten hebben de VS zich niet geliefd gemaakt. Ook het herhaaldelijke niet nakomen van beloftes, inclusief de meest recentelijke belofte van een Marshall-plan voor Afghanistan na het omverwerpen van de Taliban in 2001, heeft het Westen geen vrienden opgeleverd.
Van de 30 miljard dollar die volgens experts nodig was voor de wederopbouw van het land, is er 5 miljard beloofd op een internationale donor-conferentie in Tokio in 2002 en hebben de VS er 1,3 miljard besteed - dit terwijl de VS en NAVO jaarlijks 15 tot 18 miljard besteden aan hun militaire operaties. En het grootste deel van het geld is verkwist door Amerikaanse multinationals die connecties hebben in Washington. Het feit dat vijf jaar na de beloftes maar één van de drie bewoners van Kaboel stroom heeft, en slechts één van de drie nachten, zegt genoeg.
Volgens voormalig mujahideen-leiden Akbar Sherzai 'hebben de Amerikanen het vertrouwen van de mensen in het zuiden verloren'. De Nederlandse journalist Alex Strick van Linschoten concludeerde na een rondreis in het zuiden, 'Nostalgie voor de zekerheid van de Taliban-tijd is haast alomtegenwoordig.' VS-generaal Michael Maples gaf in maart 2006 toe dat de dreiging van de Taliban groter is dan op ieder ander moment sinds eind 2001. Volgens een rapport van Barnett Rubin van de Council on Foreign Relations in de VS, hebben de Taliban een derde van het land onregeerbaar gemaakt.
De provincie waar Nederlandse troepen zijn gestationeerd, Uruzgan, is naast Helmand, Kandahar en Zabul, een van de vier zuidelijke Taliban-bolwerken (en centra van de opium-teelt). Volgens sommige berichten zijn de VS van plan om al voor november duizenden van hun 23.000 troepen terug te trekken.
Dan blijven landen als Nederland achter - zogenaamd om vrouwenrechten en democratie te verdedigen. Wat vrouwenrechten betreft, al bestaat een kwart van het parlement uit vrouwen, de Afghaanse gevangenissen puilen uit van vrouwen die er zijn beland na verkracht te zijn - en vervolgens van overspel beschuldigd werden. Van de Afghaanse weduwen ziet 65 procent geen andere uitweg uit hun lijden dan zelfmoord.
Ook de Afghaanse democratie heeft weinig om het lijf. Onder de 249 parlementsleden, gekozen door maar 53 procent van kiesgerechtigde Afghanen, zijn tientallen beschuldigd van oorlogsmisdaden, mensenrechtenschendingen, drugshandel of lidmaatschap van criminele bendes. Hoe ze hun zetels hebben gewonnen? Volgens de Onafhankelijke Commissie voor de Mensenrechten is '80 procent van de winnende kandidaten in de provincie en 60 procent in de hoofdstad verbonden aan gewapende groeperingen'.
Alternatief?
Iran, Syrië en alle tegenstanders van de VS en Israël putten moed uit de hopeloze toestand van de VS-bezetting in Irak. Volgens journalist Seymour Hersh heeft de Pentagon de Israëlische aanval op Libanon gezien als een oefening voor een oorlog tegen Iran - met gelukkige gevolgen voor Iran. De nederlagen van de VS en Israël scheppen ruimte voor onafhankelijke krachten. Maar zolang de leemte gevuld wordt door fundamentalisten, heeft links geen reden om te juichen.
In het Midden-Oosten bestaan nog steeds krachten die noch verzets- noch staatsterreur verdedigen. Zelfs in Afghanistan blijft de Revolutionary Association of Afghan Women ondergronds actief, aandacht eisende voor de aanvallen op vrouwen door beide kanten. In Libanon lieten de mobilisaties van vorig jaar, die te simpel als alleen 'anti-Syrisch' werden bestempeld, zien dat democratische veranderingen nog steeds mogelijk zijn in het Midden-Oosten.
Staatsterreur en verzetsterreur zijn niet de enige opties. Maar de armen de regio moeten zien dat ook erbuiten krachtig wordt geprotesteerd tegen het geweld dat hun wordt aangedaan.
Reactie toevoegen