McKinney’s voornaamste prioriteit is in dialoog te raken met Barack Obama. Die dialoog pakt ze op een opmerkelijke manier aan. Op haar website feliciteert ze Obama hartelijk met het winnen van de Democratische nominatie. 'Velen van ons geloofden nooit dat we in ons leven een zwarte presidentskandidaat zouden zien die een serieuze kans maakte’. Ze is ook blij dat Obama miljoenen enthousiaste kiezers voor zich heeft gewonnen en duizenden activisten mobiliseerde met zijn roep om verandering – die 'meer lijkt dan een losse campagnekreet'.
McKinney komt ook zelf met voorstellen voor verandering: Garanties voor de integriteit van verkiezingen; een massaal, milieuvriendelijk programma om de gehavende infrastructuur (in bijvoorbeeld New Orleans) opnieuw op te bouwen en mensen aan het werk te krijgen; erkenning van huisvesting als een mensenrecht; herstelbetalingen aan de nakomelingen van zwarte slaven; excuses aan alle activisten die het slachtoffer waren van spionage en provocaties; een einde aan de 'oorlog tegen drugs'; gezondheidszorg voor iedereen door middel van één openbare dienst; gratis onderwijs voor iedereen; het terugdraaiing van wetten die vakbonden benadelen; een amnestiewet ten gunste van alle illegale migranten; onmiddellijke terugtrekking van de troepen uit Irak en Afghanistan. Tegen Obama zegt McKinney: 'Waarom neem je mijn suggesties niet gewoon over?'
Tactiek
Deze boodschap aan Obama is natuurlijk in werkelijkheid gericht aan zijn achterban. Op deze manier lijkt McKinney het advies over te nemen van een deel van radicaal links, dat een alternatief wil voor de Democraten maar geen frontale botsing met de talloze jongeren die voor het eerst politiek actief zijn geworden door de campagne van Obama. Onder andere de links-socialistische organisatie Solidarity, die half mei een stemadvies gaf voor McKinney, maakt een onderscheid tussen Obama en zijn achterban.
Niets is makkelijker dan linkse kritiek op Obama, aldus Solidarity: de politicus is de zoveelste centristische Democraat die aan de leiband van het bedrijfsleven loopt. Wie naar Obama’s standpunten over bijvoorbeeld het Midden-Oosten kijkt - recentelijk stelde hij dat Jeruzalem de onverdeelde hoofdstad van Israël moet blijven –ziet hoe groot het contrast is met McKinney. Het is vooral dankzij haar uitgesproken steun aan de Palestijnen dat ze door het Democratische establishment uit het Congres is gewerkt.
Solidarity zegt ook: 'We moeten ons– op een kritische en sympathieke manier, maar zonder illusies – richten op het massale sentiment onder zwarte Amerikanen en onder jongeren van alle kleuren die zich rond Obama hebben gemobiliseerd'. Ze wil dus ook de linkse mensen die niet voor McKinney kiezen met respect bejegenen. En niet alleen de Obama-stemmers. Want McKinney is niet de enige linkse kandidaat dit jaar.
Ralph Nader
Ralph Nader heeft zich bijvoorbeeld ook weer kandidaat gesteld. In 2000 deed Nader het als presidentskandidaat van de Groenen, met 2,7 procent van de stemmen, het beter dan welke linkse kandidaat ook sinds 1924. Toen kreeg hij door veel mensen de schuld in de schoenen geschoven voor de nederlaag van Al Gore en de verkiezing van George Bush. In 2004 werd Nader onder andere daarom niet genomineerd door de Groenen, die na een harde strijd kozen voor David Cobb. Cobb voerde alleen campagne in de 'veilige staten', de staten waar óf Bush óf Democraat John Kerry verzekerd waren van de overwinning. Nader, die als onafhankelijke kandidaat campagne voerde in nagenoeg alle staten, deed het iets beter dan Cobb; maar samen evenaarden ze lang niet de score van Nader in 2000.
Dit jaar deed Nader geen poging om kandidaat te worden van de Groenen. Hij vindt het 'een goede zaak voor de Groenen' dat ze in McKinney een zwarte vrouw hebben als kandidaat, maar hij wil zelf geen kandidaat meer zijn voor de Groenen. Waarom hij zich naast McKinney kandidaat heeft gesteld in plaats van haar te ondersteunen - en waarom hij dus de stemmen van onafhankelijk links verdeelt - legt hij niet uit. McKinney is niet van plan haar campagne te beperken tot de veilige staten, dus dat argument heeft Nader niet. Zelfs het deel van radicaal links dat hem in 2004 nog steunde ziet hem daarom nu als een hopeloze egocentrist. Aan de andere kant heeft hij nog steeds meer naamsbekendheid dan McKinney en een vrij goed geoliede verkiezingsmachine. McKinney heeft naast de verzwakte Green Party alleen de organisatie van haar vader in Georgia, een burgerrechtenactivist die vele jaren in het parlement van zijn staat zat.
Nader krijgt ook steun van een aantal linkse mensen die niets moeten hebben van McKinneys tactische benadering van Obama. Naders site spreekt van een 'nieuwe Obama' die aarzelt om het vrijhandelsakkoord NAFTA te verwerpen; die heeft gekozen voor privé-financiering van zijn campagne in plaats van zich aan het wettelijke maximum te houden; die zich heeft omringd met veteranen van het militair industrieel complex; en die de taal spreekt van het bedrijfsleven. Aantijgingen die stuk voor stuk waar zijn, maar geen begrip tonen voor de beweegredenen van Obama’s zwarte en jonge fans. Daardoor bevestigt Nader de indruk van veel mensen dat hij slechts oog heeft voor economische vraagstukken en ongevoelig is voor huidskleur, etniciteit, seksualiteit en gender.
Deels daardoor wordt McKinney als kandidaat verwelkomd door een aantal linkse veteranen. Zo heeft de bekende zwarte gevangene Mumia Abu Jamal zijn steun uitgesproken voor McKinney, niet slechts omdat ze zwart en vrouw is maar ook omdat 'ze zichzelf heeft bewezen als lid van het Congres, als iemand die niet te koop is' en iemand die hoop biedt 'op een veel meer inhoudelijke en betekenisvolle manier dan wie dan ook'. Ook Cindy Sheehan, lang een boegbeeld van de anti-oorlogsbeweging, heeft gezegd dat ze de meest sympathie heeft voor McKinney.
Bierkaai
Toch wordt de campagne van McKinney een gevecht tegen de bierkaai. Het zijn niet alleen de grote media die haar doodzwijgen. Zelfs de kandidaat van de piepkleine, rechtse Libertarian Party krijgt veel meer media-aandacht dan zij. Ook de meerderheid van links, die dit jaar hartstochtelijk hoopt dat Obama wint, wil haar naam noemen noch horen. De feministisch columniste Katha Pollitt van het progressieve weekblad The Nation wijdde een hele column aan het belachelijk maken van Nader als een blanke man die lichtzinnig de kansen van Obama of - toen nog – Hillary Clinton verpestte. Voor dat soort gelegenheidsaanvallen is McKinney natuurlijk minder kwetsbaar; aan die discussie begon Pollitt dus niet eens.
De obstakels lijken McKinney tot nu toe niet zo erg te deren. Ze heeft de Democraten voorgoed vaarwel gezegd nadat ze zag hoe weinig ze sinds 2006 hebben gedaan met hun meerderheid in de beide kamers van het Congres: 'De Democratische meerderheid had de geldkraan voor de oorlog dicht kunnen draaien, maar dat hebben ze niet gedaan. Ze hadden het minimumloon tot een fatsoenlijk niveau kunnen verhogen, maar ook dat hebben ze niet gedaan. Ze hadden de Patriot Act, de afluisterpraktijken en de geheime rechtbanken kunnen terugdraaien, maar dat deden ze niet. Ik heb genoeg van de mensen van ‘niet doen’. Ik wil verder met mensen die iets wel willen doen.'
Anders dan Nader of de linkse fans van Obama, lijkt McKinney de nadruk te leggen op het opbouwen van een onafhankelijk linkse kracht voor de langere termijn. Voor links in de VS, waarvan de zwakheid diepe wortels heeft, is dat een taak die al te lang is uitgesteld.
Voor meer informatie: mckinney2008.com; www.votenader.org. De documentaire American Blackout, over hoe rechts Cynthia McKinney uit het Congres en George Bush in het Witte Huis heeft gekregen, is ook op het net te bekijken: http://www.allthingscynthiamckinney.com/AmericanBlackout
Reactie toevoegen