SP en een links alternatief

Jarenlang was het kommer en kwel ter linkerzijde. In acht jaar Paars liet de vakbeweging zich wegzetten als een tandeloze polder club. Radicaal links was vooral met zichzelf bezig. GroenLinks probeerde onder Paul Rosenmőller aansluiting te vinden bij het politieke establishment. De opkomst van de SP en de nieuwe beweging tegen de neoliberale globalisering waren in de tweede helft van de jaren negentig de eerste tekenen van een herstel van links. De Fortuyn revolte in 2002 en het aantreden van het meest rechtse kabinet sinds de tweede wereldoorlog maakten duidelijk dat het menens is. Rechts is echt van plan – en bezig – om de belangrijkste sociale verworvenheden af te breken.
De afgelopen twee jaar heeft links laten zien dat verzet tegen dat beleid mogelijk is. De vakbondsacties in 2004 waren onverwacht massaal en dwongen de regering tot concessies, ook al was de uitkomst lang niet wat de actievoerders wilden. Het overtuigende 'Nee' in het referendum van 1 juni vorig jaar was vooral een stem tegen het beleid van Balkenende en tegen het neoliberale afbraak beleid vanuit Brussel. De komende jaren gaat het er om of en hoe dat verzet omgezet kan worden in een reëel politiek alternatief.

Internationaal
Het opkrabbelen van links is geen Nederlands verschijnsel. In Latijns Amerika zijn nieuwe socialistische bewegingen en partijen het meest duidelijk weer in de aanval. Met vallen en opstaan. Waar de PT en de regering Lula in Brazilië nu de weg van de minste neoliberale weerstand kiest, wil dat niet zeggen dat het in Venezuela of Bolivia dezelfde kant op zal gaan. In de achtertuin van George Bush wordt gesproken over en gewerkt aan een nieuw socialisme voor de 21e eeuw!
Dichterbij, in Europa, heeft het verzet van de vakbeweging, van links en van de anders globaliseringsbeweging de afgelopen jaren aan kracht gewonnen. In landen als Italië, Frankrijk en Griekenland eerder en krachtiger dan in ons land. In veel Europese landen is de opkomst van politieke stromingen die zich baseren op dat groeiende verzet onmiskenbaar. Meest duidelijke voorbeelden daarvan zijn Rifondazione in Italië en het Links Blok in Portugal. Maar ook de Scottish Socialist Party (SSP), Respect in Groot-Brittannië en WASG/Linkspartei passen in dat beeld.
De afgelopen jaren is er op Europees niveau meer samenwerking en onderlinge discussie op gang gekomen tussen die verschillende stromingen. Dat kreeg z'n beslag in de drie Europese Sociale Forums, in Europees Links en in de EACL (Europese antikapitalistisch links). Van land tot land zijn er grote verschillen waar het gaat om de traditie, de kracht en de mate van worteling van de diverse partijen en stromingen. Maar de overeenkomsten zijn zo duidelijk dat we werkelijk kunnen spreken over een “nieuw” links in Europa. Overal gaat het onderliggende strategische debat over de vraag of we blijven kiezen voor de versterking van het verzet tegen het neoliberalisme om van daaruit vorm te kunnen geven aan een alternatief, of dat we de keuze maken voor een weg binnendoor: compromissen sluiten met het sociaal-liberalisme van de Europese sociaal-democratie en een keuze voor een “breed” linkse strategie. Die discussie is van groot belang voor de mogelijkheid van een links alternatief in Europa.
In ons land is het vooral de SP die politiek uitdrukking geeft aan het gegroeide verzet. Daarom is de verdere opbouw van die partij en de debatten over de toekomst van de SP van cruciaal belang voor iedereen die op zoek is naar een socialistisch alternatief.

Sociale organisatie
Het grootste probleem in de opbouw van een reëel links alternatief voor het neoliberalisme in Nederland is de relatieve zwakte van de permanente organisatie van sociale bewegingen, de vakbeweging voorop. In en na de acties van 2004 zijn er weer wat meer mensen in de vakbeweging die terug willen vechten. Dat is een begin. Maar deze oppositie is nog te zwak om op korte termijn vorm te kunnen geven aan een meer strijdbare koers van de vakbeweging in z'n geheel. Van tijd tot tijd is het mogelijk om de onvrede met de gevolgen van het rechtse beleid massaal te mobiliseren. Veel moeizamer is de permanente organisatie van die onvrede in een sterkere vakbond op het niveau van bedrijven en instellingen, meer organisatie van bewoners in buurten en wijken en uitbouw van de globaliseringsbeweging.

SP
Verzet en organisatie aan de basis zijn een noodzakelijke, maar niet voldoende voorwaarde voor de opbouw van een links alternatief. Wat we ook nodig hebben is politieke organisatie. De mogelijkheid om te werken aan zo'n politieke organisatie is het grootst in de SP. De SP is de afgelopen jaren spectaculair gegroeid – zowel electoraal als wat betreft leden en activisten – door het protest en verzet tegen rechts en tegen paarse politiek te vertalen. Tegelijkertijd is de partij breder, opener en meer pluralistisch geworden.
De kracht van de SP is dat de partij al jarenlang consequent en actief de kant kiest van werknemers, uitkeringsgerechtigden en huurders. Door een groot aantal acties in buurten, wijken en steden slaagde de SP er in zichzelf op te bouwen tot een partij met 45.000 leden, met gemeenteraadsfracties in 59 gemeentes en de potentie om bij de volgende landelijke verkiezingen door te groeien naar zo'n tien procent van het electoraat. De landelijke doorbraak van de SP in de jaren negentig werd mogelijk toen de PvdA onder leiding van Wim Kok lijnrecht tegenover de belangen van de eigen achterban een begin maakte met de ontmanteling van de WAO. In die periode liet de SP zien wėl terug te willen vechten tegen de afbraak van de sociale zekerheid. Dat leverde de SP niet alleen veel goodwill op, maar ook de eerste kamerzetels in 1994.
Ook in de afgelopen jaren maakte de SP als enige partij op alle belangrijke issues een consequente keuze voor een op actie gerichte oppositie tegen het neoliberale offensief: tegen de oorlogen in Afghanistan en Irak, ‘Nee’ tegen de Europese Grondwet, tegen liberalisering van de zorg. Ook in de komende jaren zal dat de kracht van de SP moeten blijven. Maar om stappen vooruit te kunnen zetten op weg naar een reëel links alternatief zullen er ook antwoorden moeten komen op de zwakke punten van de SP.

Verbreding
Hoewel ledenaantallen en verkiezingsuitslagen anders doen vermoeden is de sociale worteling van de SP in belangrijke delen van het land, en zeker in de grote steden, relatief zwak. Een deel van de activisten uit bewonersorganisaties, vakbondskaderleden, mensen uit migranten organisaties en anderen in het linkse 'middenveld' kijken in toenemende mate naar de SP als het gaat om verkiezingen. Maar de keuze om ook actief mee te werken aan de uitbouw van de partij wordt nog te weinig gemaakt. Het zijn juist die mensen die de SP zal moeten winnen om een kwalitatieve stap vooruit te kunnen zetten. Dat kan vooral door in acties op een gelijkwaardige en open manier samen te werken met sociale bewegingen, zonder daarbij de SP-inbreng onder stoelen of banken te steken. Bij een deel van de activisten bestaan nog steeds veel weerstanden tegen de SP: de SP claimt en monopoliseert acties is een veel gehoorde klacht. Alleen door in de praktijk te laten zien dat de partij volop wil samenwerken met sociale bewegingen en vakbondsactivisten en te laten zien dat de SP bijdraagt aan de versterking van het gezamenlijke verzet, kunnen die weerstanden overwonnen worden.
Een andere kwalitatieve stap vooruit zal gemaakt moeten worden in de sociale samenstelling van de partij. Net als de rest van radicaal links in Nederland is de partij te oud, te wit en te mannelijk. Om dat te doorbreken is het nodig dat de SP onomwonden stelling neemt tegen het islamofobe en racistische discours van populistisch rechts. Het gebrek aan profilering op feministische kwesties is ook een zwak punt van de SP. De partijorganisatie en de cultuur in de partij moet aantrekkelijker gemaakt worden voor jongeren, migranten en vrouwen. Meer zelforganisatie en democratie van onderop, ook in de SP zelf, is daarvoor noodzakelijk. Alleen een partij met interne democratie en een levendig debat is aantrekkelijk voor mensen van uiteenlopende sociale achtergrond en kan deze ook langdurig motiveren. Naast zich te verbreden in Nederland moet de partij ook op Europees niveau intensiever gaan samenwerken met andere radicaal linkse krachten. Doet zij dit niet, dan komt de SP internationaal zwak te staan. Internationale samenwerking van links is een absolute voorwaarde voor een effectieve strijd tegen het neoliberale project van de Europese elite.

Links alternatief
Linkse activisten kunnen een verschil maken: met de poten in de modder. Opbouwen vanaf de basis. Dit zal tijd kosten maar ons richten op een linkse electorale meerderheid, oppervlakkig gezien misschien een strategie die meer concrete resultaten kan opleveren, is voor links de dood in de pot. Een meerderheid voor links in de Tweede Kamer zal er, zelfs als Wouter Bos plaats maakt voor een PvdA die kiest voor een linkse regering, niet in slagen om een werkelijke politieke trendbreuk op gang te brengen als die niet kan steunen op voldoende actieve steun en organisatie vanuit sociale bewegingen en de vakbeweging. De PvdA kiest nu voor een eigen ‘sociaal liberale’ versie van het neoliberalisme. De deelname van de Duitse Groenen aan de regering Schröder heeft de afgelopen jaren meer dan afdoende duidelijk gemaakt wat de risico's zijn van deelname aan een dergelijke politiek. De mogelijkheden zijn er om de komende jaren stappen vooruit te zetten in de opbouw van een links alternatief. Het speelkwartier is voorbij.

Andere recente artikelen:
Balkenende weg
25-01-2006 Rechts onheil, linkse perspectieven 24-09-2005 Het moet en kan anders 15-11-2004 Het kabinet Bos, Marijnissen, Halsema?

Dossier

Reactie toevoegen

Plain text

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd>
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
Uw reactie zal niet meteen verschijnen, deze wordt eerst goedgekeurd door de beheerder.
pagetoptoptop