In een portret in het FD van 13 december vertelt Donald Pols hoe hij in 2015, twee weken na zijn aanstelling als directeur van Milieudefensie, het managementteam overtuigd heeft alle pijlen te richten op Shell. Alle andere projecten werden geschrapt, aldus Donald Pols. Nu is twee weken wel erg snel. We nemen aan dat het democratisch proces binnen Milieudefensie wat meer tijd nodig had…
Maar de keuze leidde tot een spectaculaire overwinning. Na het proces tegen Shell blijft Milieudefensie haar pijlen richten op het bedrijfsleven. Zo komt er een campagne voor een ‘wettelijke klimaatplicht’ voor bedrijven: bedrijven wettelijk verplichten hun beleid in overeenstemming te brengen met het klimaatakkoord van Parijs. Ze moeten in kaart brengen hoeveel CO2 ze uitstoten, en een plan tot 2030 maken om die uitstoot te verlagen.
Lokale groepen van Milieudefensie gaan zich vastbijten in specifieke vervuilende bedrijven, en met allerlei middelen die bedrijven onder druk zetten om zich te conformeren aan het akkoord van Parijs. Op die manier kan Milieudefensie lokaal verder worden uitgebouwd tot een actieve ledenbeweging. Het is een interessante invalshoek, omdat de tegenstelling op scherp gezet wordt tussen het winstmotief dat de motor is van elk bedrijf, en maatschappelijke belangen.
Beperkingen
Maar deze aanpak heeft ook beperkingen. Veronderstel dat je lokaal een autofabriek aanpakt: wat ga je dan eisen? Dat de auto’s op een schonere manier worden geproduceerd? Dat sneller wordt overgeschakeld op elektrische auto’s? Dat overgestapt wordt op de productie van fietsen?
Is het wel mogelijk bedrijf per bedrijf een ‘klimaatplan’ op te stellen? Een effectief klimaatplan grijpt in op alle aspecten van ons bestaan, hoe we wonen, werken, ontspannen, opvoeden,… Hoever kom je dan met een aanpak bedrijf per bedrijf?
Dezelfde kanttekening kan je maken bij de roep alle overheidssubsidies aan de fossiele energieproductie stop te zetten. De SP bijvoorbeeld zet daar op in, en wil ook pensioenfondsen verbieden nog te investeren in de fossiele industrie. Het volstaat inderdaad niet groene energie te subsidiëren: die groeiende groene energie blijkt immers niet in de plaats te komen van fossiele energie, maar er bovenop: de globale energiebehoefte blijft toenemen in een economie gericht op materiële groei. Er moet dus een actief beleid komen om fossiele energie in de grond te houden. Maar dat gaat niet lukken zonder de behoefte aan energie zelf - en dus de economische groei, en dus de richting van de maatschappelijke ontwikkeling – aan te pakken.
Regeerakkoord
In een eerste reactie op het regeerakkoord stelt Milieudefensie dat het kabinet de vervuilende industrie de hand boven het hoofd houdt. In plaats daarvan pleit Milieudefensie opnieuw voor een wettelijke opgelegde ‘klimaatplicht’.
Op de vaststelling van Milieudefensie valt niets af te dingen. Het regeerakkoord legt de grote vervuilers geen strobreed in de weg. Met de 10 tot 20 grootste uitstoters van broeikasgassen zullen ‘bindende maatwerkafspraken’ worden gemaakt: afspraken dus, geen opgelegde normen. Het kabinet rekent erop dat de 35 miljard in het klimaatfonds zullen volstaan om de vervuilers vrijwillig over de brug te halen. Bovendien vermeldt het regeerakkoord om de haverklap dat rekening moet gehouden worden met ‘weglekeffecten’ (de bedrijven moeten in Nederland gehouden worden) en ‘het verdienvermogen van Nederland’ (de bedrijven moeten wel winst kunnen blijven maken). Zo zitten deze grote vervuilers in een zetel.
Mocht het niet lukken de grote vervuilers te overtuigen dan houdt het regeerakkoord met nieuwe kerncentrales en de ondergrondse opslag van CO2 nog twee ‘oplossingen’ achter de hand.
Ook de stopzetting van subsidies voor fossiele brandstoffen staat niet daadwerkelijk in het regeerakkoord. Lees maar mee: “We onderzoeken de mogelijkheden om financiële prikkels voor fossiele brandstoffen af te bouwen om vervolgens de financiële stimulering voor deze brandstoffen waar mogelijk te beëindigen. We doen dit zoveel mogelijk met andere landen, met het oog op ons vestigingsklimaat.”
Ook geen visie
Maar het echte probleem met dit regeerakkoord is het gebrek aan visie - laat staan een maatschappelijk plan – om de klimaat- en milieucrisis aan te pakken.
Neem de mobiliteit: op enkele elementen na (vrachtvervoer meer over spoor en water, internationaal reizigersverkeer meer via het spoor) blijft alles bij het oude, maar dan wel op groene energie. Of en waarom al die mobiliteit nodig is vraagt de nieuwe regering zich niet af, die keuze wordt overgelaten aan de markt. De regering beperkt zich ertoe met miljarden de keuzes die de markt maakt in de mate van het mogelijke te ‘vergroenen’, of van een groen vernis te voorzien (grijze waterstof, synthetische kerosine, ondergrondse opslag CO2,…).
Eisen zoals een ‘wettelijke klimaatplicht’ of het ‘stopzetten van subsidies aan fossiele energie’ zetten de regering onder druk om de grote vervuilers harder aan te pakken. Maar het zou sterker zijn als dit gekoppeld werd aan de boodschap dat de overheid, de democratie dus, zelf de regie van de maatschappelijke ontwikkeling in handen moet nemen als we daadwerkelijk grote klimaat- en milieurampen willen voorkomen.
Elon Musk siert de voorpagina van Time als ‘persoon van het jaar’. Dat is terecht, want het privaat kapitaal heeft beslist dat wij allemaal in 2030 in elektrische auto’s gaan rijden. Noch u, noch ik, noch Mark Rutte zijn ooit naar hun mening gevraagd over deze ‘oplossing’ voor de klimaatcrisis. Al wat ons wordt gevraagd is de nodige miljarden op te hoesten voor het asfalt en de laadpalen.
Tja, leuke tegenargumentatie…
Tja, leuke tegenargumentatie. Helpt de discussie op gang. Hoe passen we de bestaande situatie aan? Het probleem is internationaal, en er wordt hoofdzakelijk ingezet op lapmiddelen, en over enige tijd kerncentrales. Vergeet de verhandelbare emissierechten daarbij niet te noemen en onderuit te halen. Wat is de oplossing? Wereldwijde inzet op andere prioriteiten. Hoofdstukje Marx? En als aanloop een cursusje Epicurus? Nooit weg...
Reactie toevoegen