Waarom zou Marc Zuckerberg president van de Verenigde Staten willen worden, terwijl hij aan het hoofd staat van zijn eigen mondiaal imperium zonder grenzen. Als bewijs van ongenaakbaarheid, kondigt hij nu de schepping aan van Libra, de mondiale Facebookmunt. De naam Libra moet de (valse) indruk wekken dat het om vrijheid gaat. Het gaat er echter om dat enkele supergrote ondernemingen de staat opzij schuiven ten bate van hun eigen internationale extraterritoriale imperiums.
Vrienden
Valt Zuckerberg met zijn Libra dan niet de macht van de bankiers aan? Die bankiers die alsmaar hogere kosten aan de klanten rekenen, gokken en crisissen veroorzaken? Achter die Libra staan wel groepen als Visa, MasterCard, PayPal, e-Bay, Booking.com en Uber. De zetel van Libra is in Genève, het centrum van de menslievende bankwereld. Onder de geldschieters ook Xavier Niel, aandeelhouder van de krant Le Monde en de baas van telecombedrijf Free. Vrijheid. In Frankrijk kan Zuckerberg bovendien rekenen op de vriendschap van president Macron. Na een bezoek aan het Elysée begin mei was Zuckerberg één en al glimlach.
Bestrijders van georganiseerde misdaad zijn er niet gerust op, Libra zou wel wat extra vrijheden kunnen scheppen voor het versluizen van maffiagelden. En bovendien schept dat geldverkeer weer zeer veel nieuwe mogelijkheden voor het verzamelen van data, het goud van de 21ste eeuw. En wie zal daar op toezien? Sinds het schandaal met Cambridge Analytics, dat de gegevens van 87 miljoen Facebookvrienden verkocht om al die ‘vrienden’ te bestoken met gerichte publiciteit van Donald Trump, weten we hoe gevaarlijk die concentratie van gegevens is.
Soeverein
De staten kijken schijnbaar machteloos toe. Wat kunnen individuele staten tegen dergelijke reuzen waarvan er nu één een mondiale munt lanceert? Daar kan alleen internationaal tegen opgetreden worden, maar zelfs bij het doen betalen van belastingen botsen lidstaten van de EU onderling met elkaar. Alleen sterke internationale instellingen kunnen iets uithalen. EU-commissaris Marghrete Vestager moet Ierland onder druk zetten om te zorgen dat Facebook daar belasting ging betalen. Dublin vindt dat schadelijk voor zijn reputatie als belastingparadijs. Ze wedijveren onderling om die reuzen aan te trekken, zoals Nederland dat Shell vrijstelt van belasting en gewezen Renault-baas Ghosn gastvrijheid bood om aan belastingen te ontkomen.
Veel burgers hebben dan ook de indruk dat staten machteloos staan – of willen staan – tegenover die gigantische privéondernemingen. Toen Ford-Genk indertijd sloot, zei wijlen Stevaert ‘Dat is jammer, maar we kunnen niets doen’. Hetzelfde zei Van Miert toen Renault-Vilvoorde sloot. Intussen zijn we zoveel verder en zijn er de Facebooks en Amazones bijgekomen die grenzelozer dan ooit tewerk gaan, ook in het vermijden van belastingen. Dit machteloos vertoon van staten voedt het gevoel van veel burgers dat ‘de politiek’ toch weinig voorstelt, want “ze kunnen toch niets doen”.
Internationale
Tegenover die mondiale expansie van enkele grote privéondernemingen staat links helemaal ontwapend. Ergens wordt nog wel bij gelegenheid de Internationale gezongen, maar zelfs dat hebben enkele “linkse soevereinisten” als La France insoumise opgeborgen.
De internationale vakbeweging zou hier een tegenmacht moeten bieden, maar het politieke antwoord vereist een mondiaal gestructureerde beweging. Die er nu niet is, met linkse en progressieve burgerbewegingen die binnen de eigen grenzen zitten, sommigen zelfs binnen hun stads- of dorpsgrenzen. Internationalisme, meer dan ooit nodig, maar ver te zoeken.
Dit artikel verscheen eerder op Uitpers.
Reactie toevoegen